nl Assist
Op "Verwarmingsmethoden" drukken.
2.
Druk op de gewenste verwarmingsmethode.
3.
a Op het display verschijnt de bijbehorende voorge-
stelde temperatuur.
11.4 Na elk gebruik met stoom
Na elke bereiding met stoom pompt het apparaat het
restwater terug in de watertank. Leeg en droog aanslui-
tend de watertank en de bereidingsruimte.
Watertank legen
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Tijdens het gebruik van het apparaat kan de watertank
heet worden.
Heeft u het apparaat zojuist gebruikt, wacht dan tot
▶
de watertank is afgekoeld.
Neem de watertank uit de tankschacht.
▶
LET OP!
Het drogen van de watertank in de hete binnenruimte
leidt tot beschadiging van de watertank.
De watertank niet drogen in de hete binnenruimte.
▶
Wanneer de watertank in de vaatwasser wordt gerei-
nigd veroorzaakt dit schade.
De watertank niet reinigen in de vaatwasmachine.
▶
Reinig de watertank met een zachte doek en een in
▶
de handel gebruikelijk schoonmaakmiddel.
Het bedieningspaneel met
1.
De watertank eruit nemen.
2.
Het deksel van de watertank voorzichtig verwijderen.
3.
De watertank legen, met een afwasmiddel reinigen
4.
en met schoon water grondig uitspoelen.
Alle onderdelen drogen met een zachte doek.
5.
De afdichting van het deksel droog wrijven.
6.
12 Assist
Met de functie "Assist" helpt u uw apparaat bij de berei-
ding van verschillende gerechten en kiest u automa-
tisch de optimale instellingen.
12.1 Vormen
Het bereidingsresultaat is afhankelijk van de kwaliteit
en de grootte van de vorm.
Gebruik een hittebestendige vorm, die geschikt is voor
temperaturen tot 300°C. Vormen van glas of glaskera-
miek zijn het meest geschikt. Braadstukken moeten de
bodem van de vorm voor ca. 2/3 bedekken.
Vormen van het volgende materiaal zijn niet geschikt:
¡ Licht gekleurd, glanzend aluminium
¡ Niet geglazuurde klei
¡ Kunststof of kunststof grepen
12.2 Instellingen van de gerechten
Om de gerechten optimaal te bereiden, gebruikt het
apparaat verschillende instellingen.
Opmerking: Het bereidingsresultaat is afhankelijk van
de kwaliteit en de aard van de levensmiddelen. Ge-
bruik verse levensmiddelen, het best op koelkasttem-
peratuur. Diepvriesgerechten direct uit het diepvriesvak
gebruiken.
18
openen.
Laat de watertank drogen met geopend deksel.
7.
Het deksel op de watertank plaatsen en aandruk-
8.
ken.
De watertank inzetten en bedieningspaneel sluiten.
9.
Lekgoot droogmaken
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Het apparaat wordt heet tijdens het gebruik.
Het apparaat voor het schoonmaken laten afkoelen.
▶
Vereiste: De binnenruimte is afgekoeld.
De apparaatdeur openen.
1.
2.
Opmerking:
De lekgoot
bevindt zich onder de binnenruimte.
Het water in de lekgoot
zuigen en voorzichtig opnemen.
Binnenruimte drogen
Droog de ovenruimte na elk gebruik met stoom.
De ovenruimte met de hand drogen of de functie
▶
"Drogen" gebruiken.
→ "Drogen", Pagina 25
Tips en aanwijzingen bij de instellingen
Als u een gerecht instelt, geeft het display voor dit
gerecht relevante informatie weer, bijv.:
¡ Geschikte inschuifhoogte
¡ Geschikte accessoires of vormen
¡ Toevoegen van vloeistof
¡ Tijdstip voor het keren of omroeren
Zodra dit tijdstip bereikt is, klinkt er een signaal.
Druk op"Tip" of om de informatie op te roepen. Som-
mige aanwijzingen verschijnen automatisch.
Programma's
Bij programma's zijn het optimale verwarmingstype, de
temperatuur en de duur vast vooringesteld.
Om een optimaal bereidingsresultaat te bereiken, moet
u bijkomend het gewicht instellen. Indien niet anders
aangegeven, stelt u het totale gewicht van uw gerecht
in. Het gewicht kunt u alleen in het daarvoor bestemde
bereik instellen.
Insteladvies
Bij insteladviezen is de optimale verwarmingsmethode
vast vooringesteld. Het display toont de verwarmings-
methode.
met een sponsdoekje op-