nl
6.4.2.3 Olie in de afdichtingsruimte con-
troleren
+
Fig. 6: Afdichtingsruimte: Oliepeil controleren
6.4.3
Stationaire natte opstelling
4
1
5
6
Fig. 7: Natte opstelling, stationair
22
Motor FKT 27.x
+
Afdichtingsruimte met olie vullen
-
Afdichtingsruimte olie aftappen
✓
De pomp is niet geïnstalleerd.
✓
De pomp is niet aangesloten op het elektriciteitsnet.
✓
De beschermingsuitrusting wordt gebruikt!
1.
Plaats de pomp verticaal op een stevige ondergrond.WAARSCHUWING! Beknellingsge-
vaar voor handen. Zorg ervoor dat de pomp niet kan omvallen of wegglijden!
2.
Plaats een geschikt reservoir om de bedrijfsstof in op te vangen.
3.
Sluitplug (+) eruit draaien.
4.
Sluitplug (-) eruit draaien en bedrijfsstof aftappen. Als er een afsluitkogelkraan op de
uitlaatopening gemonteerd is, de afsluitkogelkraan openen.
LET OP! Ter volledige lediging de olie opzuigen of de afdichtingsruimte spoelen.
5.
Bedrijfsstof controleren:
⇒
Als de bedrijfsstof helder is, bedrijfsstof hergebruiken.
-
⇒
Als de bedrijfsstof vervuild (zwart) is, nieuwe bedrijfsstof vullen. Bedrijfsstof volgens
de lokale voorschriften afvoeren!
⇒
Als er water in de bedrijfsstof zit, nieuwe bedrijfsstof vullen. Bedrijfsstof volgens de
lokale voorschriften afvoeren!
⇒
Als de bedrijfsstof metalen spaanders bevat, breng dan de servicedienst op de hoog-
te!
6.
Als er een afsluitkogelkraan bij de uitlaatopening is geïnstalleerd, sluit deze dan.
7.
Reinig de sluitplug (-), voorzie deze van een nieuwe dichtingsring en draai deze er weer
in. Max. aandraaimoment: 8 Nm (5,9 ft·lb)!
8.
Bedrijfsstof via de opening van de sluitplug (+) vullen.
⇒
De opgegeven bedrijfsstofsoort en -hoeveelheid moeten worden aangehouden! Als
een bedrijfsstof opnieuw wordt gebruikt, moet ook de hoeveelheid worden gecon-
troleerd en indien van toepassing worden aangepast!
9.
Reinig de sluitplug (+), voorzie deze van een nieuwe dichtingsring en draai deze er weer
in. Max. aandraaimoment: 8 Nm (5,9 ft·lb)!
De pomp wordt geïnstalleerd in een pompput of een bassin. Om de pomp aan te sluiten op
de persleiding wordt een inhanginrichting geïnstalleerd. Op de inhanginrichting wordt de
niet inbegrepen persleiding aangesloten. De pomp wordt via een koppelingsflens aangeslo-
ten op de inhanginrichting.
De persleiding moet aan de volgende eisen voldoen:
•
De aangesloten persleiding is zelfdragend. De inhanginrichting mag niet door de perslei-
ding worden ondersteund!
•
De persleiding mag niet kleiner zijn dan de persaansluiting van de pomp.
•
Alle voorgeschreven armaturen (afsluiter, terugslagklep ...) zijn aanwezig.
•
Persleiding vorstvrij geïnstalleerd.
•
Ventilatievoorzieningen (bijv. ontluchtingskleppen) geïnstalleerd. Luchtbellen in de
pomp en de persleiding kunnen leiden tot transportproblemen.
1
Afsluiter
2
Terugslagklep
3
Inhanginrichting
4
Geleidebuizen (niet inbegrepen)
2
5
Bevestigingspunt voor hijsmiddel
6
Minimaal waterpeil
✓
Opstellingsplaats voorbereid.
✓
Inhanginrichting geïnstalleerd.
3
✓
Koppelingsflens op de pomp gemonteerd.
1.
Hijsmiddel met een schakel aan het bevestigingspunt van de pomp bevestigen.
2.
Pomp optillen en over de putopening draaien.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo Motor FKT 20.2, 27.1, 27.2:, EMU FA, Rexa SUPRA, Rexa SOLID • Ed.02/2024-11