PROBLEMEN OPLOSSEN -
Weergavestand
Voor weergave van opnamen moet de camera uit staat en moet u de LCD-monitor
activeren. Dat doet u door de display/enter-toets even ingedrukt te houden.
Probleem
Er verschijnt
De LCD-monitor
niets op het
gaat niet aan.
data-scherm.
Er verschijnt
LCD-monitor is
niets op het
uitgeschakeld.
data-scherm.
Vergrote weer-
gave bij bepaald
beeld niet moge-
lijk.
Televisiebeeld
vertoont
storing/ruis.
Kan vanuit com-
Er verschijnt
puter geen toe-
niets op het
gang tot de
data-scherm of
camera krijgen.
op de monitor.
Het
beeldbestand is
beschadigd.
Functioneert de camera niet goed, zet hem dan uit, verwijder en herplaats de
batterijen, of ontkoppel en koppel de netstroomadapter. Schakel de camera altijd uit
met de objectiefschuif (opslagstand) of de display/enter-toets (weergavestand), anders
kan de CompactFlash kaart beschadigd raken en wordt de camera ge-reset.
Symptoom
De batterijen zijn leeg.
De batterijen zijn verkeerd
geplaatst.
De netstroomadapter is
niet goed aangesloten.
De automatische uit-
schakeling heeft de
camera uit gezet.
Beeld werd opgenomen
met digitale zoom en op
half formaat (blz. 54).
Camera staat ingesteld
op verkeerde televisiestan-
daard.
Automatische uitschake-
ling is in werking getreden.
De CompactFlash kaart
werd verwijderd terwijl de
camera aan het
lezen/schrijven was.
Oorzaak
- 91 -
Oplossing
Vervang de batterijen
(blz. 15).
Plaats de batterijen
opnieuw en let er op dat
min- en pluspolen zijn
geplaatst op de manier
zoals die aan de binnen-
kant van het batterijdeurtje
is aangegeven (blz. 20).
Controleer of de net-
stroomadapter goed op de
camera en het lichtnet zijn
aangesloten (blz. 22).
houd de display/enter-toets
ingedrukt totdat de monitor
weer aan gaat (blz. 21).
Stel de juiste televisie-
standaard in het setup-
menu in
(blz. 72 - 75).
Zet de camera aan met de
objectiefschuif. of de
display/enter-toets
(blz. 21).
Verwijder nooit een
CompactFlash kaart als
het groene scherpstel-
lampje brandt.