1. Zorg ervoor dat de persleiding leeg is en de
hoogte vanaf het middelpunt van de inlaatpoort
tot het eerste tappunt (H
voldoet. Zie paragraaf over leidingaansluiting
(zelfaanzuigende pompen)
2. Open de isolatie-afsluiters in de zuig- en
persleidingen.
3. Open een tappunt dichtbij de pomp, zodat de
lucht kan ontsnappen.
4. Verwijder de vuldop in de pomp. Zie de
onderstaande afbeelding.
5. Als er een vuldop in de persleiding is
geïnstalleerd, moet u deze dop verwijderen en
de opening gebruiken voor het vullen. Gebruik
anders de vulopening in de pomp.
6. Vul het pomphuis en de zuigleiding volledig met
vloeistof, totdat de vloeistof gelijkmatig uit de
vulopening stroomt.
7. Bevestig de vuldop(pen) en draai deze vast.
8. Start de pomp en wacht tot er vloeistof is
verpompt. Als de vulopening in de pomp gebruikt
is, kan het nodig zijn de stappen 1 t/m 8 te
herhalen om er zeker van te zijn dat de pomp
volledig met vloeistof gevuld is.
Indien aangesloten op een frequentie-
omvormer mag de pomp tijdens het
opstarten een maximale
bedrijfssnelheid van (3450 min
hebben.
9. Zie paragraaf over storingen opsporen in
het product als de pomp na verschillende
opstartpogingen niet goed draait.
1
Positie van vulopening en aftapgat
Pos.
Beschrijving
1
Vulopening
2
Aftapgat
) aan de eisen
1
-1
)
1
2
De pomp mag vijf minuten draaien om te
proberen vloeistof aan te zuigen. Als de
pomp onvoldoende druk en debiet
opbouwt, moet u de stappen 1 t/m 8
herhalen.
Gerelateerde informatie
4.2.2 Leidingaansluiting (zelfaanzuigende pompen)
9. Problemen met het product opsporen
6.3 Controle van de draairichting
Onderstaande beschrijving is alleen van toepassing
op drie-fasenmotoren.
Op de kap van de motorventilator staat een installatie
indicatie. Zie de onderstaande afbeelding. Gebaseerd
op de koelende lucht uit de motor geeft deze indicator
de draairichting van de motor aan.
Voordat u de motor voor de eerste keer start, of als
de positie van de indicator gewijzigd is, dient u de
indicatorfunctie te controleren, bijvoorbeeld door het
indicatorveld met een vinger te bewegen.
Om te bepalen of de draairichting juist of onjuist
is, kunt u de indicatie met onderstaande tabel
vergelijken.
Indicatorveld
Zwart
Wit/reflecterend
2)
Schakel de voeding uit en verwissel twee van de
inkomende voedingskabels om de draairichting om te
keren.
Installatie-indicator
Pos.
Beschrijving
1
Indicatorveld
U kunt de indicator op verschillende posities op
de motor plaatsen, maar niet tussen de koelvinnen
dichtbij de schroeven die de ventilatorkap op zijn plek
houden.
De juiste draairichting wordt ook aangeduid door
pijlen op de deksel van de motorventilator.
Draairichting
Correct
2)
Onjuist
1
13