6. Steek de kiepborgbouten (g) in en borg deze met
de veiligheidssplitpen (h).
7. Hang de vangkorf (2) in.
m GEVAAR!
Brand- en explosiegevaar!
Brandstof kan zich bij het vullen ontsteken en even-
tueel exploderen. Dit leidt tot ernstige verbrandingen
of zelfs de dood.
- Schakel de motor uit en laat deze afkoelen.
- Houd uit de buurt van hitte, vlammen en vonken.
- Vul brandstof alleen in de open lucht bij.
- Draag veiligheidshandschoenen.
- Vermijd huid- en oogcontact.
- Start het product met een afstand van min. 3 m tot
de vullocatie van de brandstof.
- Let op voor ondichte plekken. Start de motor niet
als er benzine uitloopt.
m WAARSCHUWING!
Gevaar voor de gezondheid!
Bij het inademen van benzine-/smeeroliedampen
kan er ernstige gezondheidsschade, bewusteloos-
heid ontstaan en dit in extreme gevallen zelfs tot de
dood leiden.
- Adem benzine-/smeeroliedampen niet in.
- Gebruik het product alleen in de open lucht.
AANWIJZING!
Productbeschadiging
Als het product zonder of met te weinig motor- of
transmissieolie wordt gebruikt, kan dit tot motorscha-
de leiden.
- Vul voor de ingebruikname benzine en olie in. Het
product wordt zonder motor- of transmissieolie ge-
leverd.
AANWIJZING!
Milieuschade!
Uitgelopen olie kan het milieu ernstig verontreinigen.
De vloeistof is zeer giftig en kan snel tot waterveront-
reiniging leiden.
- Olie alleen vullen/aftappen op effen, stevige on-
dergronden.
- Gebruik een vulpijp of trechter.
- Vang afgetapte olie in een geschikte container op.
- Veeg gemorste olie direct zorgvuldig weg en ver-
wijder de doek conform de lokale voorschriften.
- Verwijder olie conform de lokale voorschriften.
%HQ] L QHELMYX O OHQDIE
m Let op!
De benzine-opzitmaaier wordt zonder benzine ge-
leverd. 9RRULQJHEUXLNQDPHGDDURPDOWLMGEHQ]LQH
ELMY X OOHQ
Gebruik hiertoe Super E5 / E10 benzine.
1. Klap de stoel (1) om.
2. Maak de omgeving van het vulgedeelte schoon.
Verontreinigingen in de tank veroorzaken be-
drijfsstoringen.
120 | NL
3. Open voorzichtig de tankdop (17) zodat eventue-
le overdruk kan ontsnappen.
4. Vul de tank met behulp van een trechter (niet bij
de levering inbegrepen) met benzine (Super E5 /
E10). Let op het max. vulpeil. Vul voorzichtig de
benzine bij tot aan de onderkant van de vulpijp.
5. Sluit de tankdop (17) opnieuw. Controleer of het
tankdeksel goed is afgesloten.
6. Maak het tankdeksel en de omgeving goed
schoon.
7. Controleer de tank en de brandstofleidingen op
lekkage.
8. Neem minimaal drie meter van de plek waar u
brandstof hebt bijgevuld voordat u de motor start.
10.4 Bandenspanning controleren
De juiste bandenspanning is de wezenlijke voorwaar-
de voor een perfect uitgebalanceerd snijgereedschap
en daarmee ook voor een gelijkmatig gemaaid gazon.
1. Controleer de bandenspanning met een stan-
daard voetluchtpomp in regelmatige intervallen.
2. Vul indien nodig, met een standaard voetlucht-
pomp (niet bij de levering inbegrepen) lucht bij,
door eerste de wieldoppen (4a + 7a) van de velg
af te trekken en de kap van het ventiel te verwijde-
ren. De correcte bandenspanning is 1,3 bar aan
de voorwielen (7) en 1,8 bar aan de achterwielen
(4).
$ D QZLM ] L QJ Als u vaststelt dat de banden of wielen
beschadigd zijn, moet u contact opnemen met de
klantenservice resp. gespecialiseerde werkplaats.
10.5 Contactschakelaar van de blokkeerrem con-
troleren (afb. 1)
De contactschakelaar van de blokkeerrem garan-
deert dat de motor alleen dan gestart kan worden als
de blokkeerrem is aangehaald.
Voorwaarde: De motor is uit.
1. Ga op de bestuurdersstoel (1) zitten.
2. Geef de blokkeerrem (8) vrij door het rempedaal
(9) in te drukken.
3. Laat het rempedaal (9) los. Zorg ervoor dat de
benzine zitmaaier beveiligd is tegen wegrollen. .
4. Probeer de motor te starten (contactsleutel (30) in
positie "Start" draaien).
5. De motor mag niet starten!
$ D QZLM ] L QJ Als u vaststelt dat de contactschake-
laar niet correct werkt, moet u contact opnemen met
de klantenservice resp. een gespecialiseerde werk-
plaats.
10.6 Maaicontactschakelaar controleren (afb. 1)
De maaicontactschakelaar garandeert dat de motor
niet kan starten als de maaier is ingeschakeld.
1. De motor is uit.
2. Ga op de bestuurdersstoel (1) zitten.
3. Druk het rempedaal (9) geheel in en bedien de
blokkeerrem (8).
www.scheppach.com