e
Strijk de figuurnaad met de strijkbout naar
één kant, zodat deze vlak wordt.
Plooien
Voor tailles van jurken, mouwen van blouses, enz.
a
Selecteer een rechte steek en bevestig
persvoet "J".
b
Stel de steeklengte in op 4,0 mm (ca.
3/16 inch) en de draadspanning op ca. 2,0
(zwakker).
*
Wanneer u drukt op
gedrukt op
, wordt de steeklengte automatisch
ingesteld op 4,0 mm (ca. 3/16 inch) en de
draadspanning automatisch op 2,0.
c
Trek de onder- en bovendraad ongeveer
50 mm (ca. 1-15/16 inch) ("Onderdraad naar
boven halen" in "Basishandelingen") uit.
a Bovendraad
b Onderdraad
c Circa 50 mm (ca. 1-15/16 inch)
na te hebben
en vervolgens op
d
Naai twee rijen rechte steken parallel aan
de naadlijn. Knip vervolgens de overtollige
draad af. Laat ongeveer 50 mm draad
(ca.1-15/16 inch) over.
a Naadlijn
b 10 tot 15 mm (ca. 3/8 inch tot 9/16 inch)
c Circa 50 mm (ca. 1-15/16 inch)
e
Trek de onderdraden uit tot u de gewenste
plooi hebt en knoop de draden vast.
f
Strijk de plooien.
g
Naai op de naadlijn en verwijder de
rijgsteek.
Engelse naad
Om naden te verstevigen en randen netjes af te werken.
a
Selecteer
en bevestig persvoet "J".
b
Naai de afwerkingslijn. Knip de helft van de
marge vanaf de kant waar de Engelse naad
moet komen.
*
Wanneer automatisch draadknippen en
automatische verstevigingssteken vooraf zijn
ingesteld, worden aan het begin van het naaiwerk
automatisch verstevigingssteken genaaid. Druk op
de Achteruitsteektoets om een verstevigingssteek te
naaien en de draad automatisch af te knippen aan
het eind van het naaiwerk.
NAAISTEKEN NAAIEN
Naaien S-29
S
2