PROBLEEMOPLOSSING
Probleem
Hoog piepgeluid
Draad of pluisjes zitten vast in de transporteur. Verwijder stof of pluisjes.
tijdens het naaien
Er zitten stukjes draad in de grijper vast.
Bovendraad is niet juist ingeregen.
Er zitten krassen op het spoelhuis.
U gebruikt niet een van de spoelen die speciaal
voor deze machine is ontworpen.
Letterpatroon valt
U hebt niet de juiste persvoet gebruikt.
verkeerd uit
Patrooninstellingen waren onjuist.
Geen steunstof gebruikt op dunne stof of
stretchstof.
Draadspanning is niet juist ingesteld.
Tijdens het naaien is de stof getrokken, geduwd
of scheef doorgevoerd.
Naaimachine werkt
Er is geen patroon geselecteerd.
niet
U hebt niet op de "Start/stoptoets" gedrukt.
De hoofdschakelaar staat niet aan.
Persvoet staat niet omlaag.
U hebt op de "Start/stoptoets" gedrukt terwijl
het voetpedaal was aangesloten.
U hebt op de "Start/stoptoets" gedrukt terwijl
de machine is ingesteld om de breedte van
zigzagsteken te regelen met de schuifknop voor
snelheidsregeling.
Alle toetsen zijn vergrendeld door
Er gebeurt niets als u
Het scherm is vergrendeld.
op de display drukt
De stof wordt
Het doorvoermechanisme is beschadigd.
doorgevoerd in de
tegenovergestelde
richting.
De display is
Er zit condens op de display.
beslagen.
Borduurpatroon wordt
Draad is verdraaid.
niet goed genaaid
Stof is niet juist gespannen in het raam (stof te
los enz.).
Geen steunstof bevestigd.
Er was een voorwerp bij de naaimachine
geplaatst en de wagen van het borduurraam
heeft het voorwerp tijdens het naaien geraakt.
Stof buiten de raamranden belemmert de
naaiarm, waardoor de borduurtafel niet kan
bewegen.
Stof is te zwaar, waardoor de borduurtafel niet
vrij kan bewegen.
A-32
Oorzaak
Reinig de grijper.
Raadpleeg de stappen voor het inrijgen van
de naaimachine en rijg de machine juist in.
Vervang het spoelhuis of neem contact op
met uw erkende dealer.
Onjuiste spoelen werken niet goed. Gebruik
alleen spoelen die voor deze machine zijn
ontworpen.
Bevestig de juiste persvoet.
Wijzig de patrooninstellingen.
Bevestig steunstof.
Pas de draadspanning aan.
Leid tijdens het naaien de stof met uw
handen, zodat de stof in een rechte lijn wordt
doorgevoerd.
Kies een patroon.
Druk op de "Start/stoptoets".
Zet de hoofdschakelaar aan.
Zet de persvoet omlaag.
Verwijder het voetpedaal of gebruik het
voetpedaal om de naaimachine te bedienen.
Bedien de machine met het voetpedaal in
plaats van de "Start/stoptoets" of zet in het
instellingenscherm de "Breedteregeling" op
"OFF".
.
Druk op
ontgrendelen.
Druk op een van de volgende toetsen om het
scherm te ontgrendelen.
Neem contact op met uw dealer of het
dichtstbijzijnde erkende servicecentrum.
Na een tijd verdwijnt het condens.
Knip bijvoorbeeld met een schaar de
verdraaide draad af en haal deze uit de grijper
enz.
Als de stof niet strak wordt getrokken in het
raam, kan het patroon niet goed uitvallen of
wordt het vervormd. Plaats de stof op de
juiste wijze in het raam.
Gebruik altijd steunstof, vooral bij
stretchstoffen, lichte stoffen, grof geweven
stoffen of stoffen waarbij het patroon kan
vervormen. Neem contact op met uw
erkende dealer voor de juiste steunstof.
Als het raam ergens tegenaan komt tijdens
het naaien, wordt het patroon niet goed
genaaid. Leg niets neer waar het raam
tegenaan kan botsen tijdens het naaien.
Plaats de stof opnieuw in het borduurraam,
zodanig dat de overtollige stof niet bij de
naaiarm in de buurt komt en draai het
patroon 180 graden.
Leg een groot, dik boek of vergelijkbaar
voorwerp onder de bovenkant van de arm om
de zware kant enigszins omhoog te tillen,
waardoor de tafel gelijk komt te staan.
Oplossing
S-21, S-77, E-3,
om alle toetsen te
Pagina
A-19
A-19
B-44
A-19
B-41
S-67
S-82
S-81
S-12, E-30
S-3
E-58
B-10
B-17
B-10
S-4
B-24, S-4
B-51, B-53
—
—
—
A-27
E-14
E-11
E-21
E-14
—