Inhoudsopgave
Advertenties
Inbedrijfstelling
Temperatuurregeling
Fan Coil
°C
15
14
13
18
12
11
1
10
9
8
7
6
8
Vloerinstallatie
23
°C
22
21
20
19
1
18
17
16
15
14
8
Wanneer de buitentemperatuur (zo-
mer) hoger wordt, kunnen er zich drie
condities voordoen:
– De kamertemperatuur wordt hoger,
wat aangeeft dat er een curve met
een kleinere helling moet worden
ingesteld.
– De kamertemperatuur wordt lager,
wat aangeeft dat er een curve met
een grotere helling moet worden in-
gesteld.
– De kamertemperatuur blijft con-
stant, wat aangeeft dat de ingestelde
curve de juiste helling heeft.
Zodra u de curve heeft gevonden die
de kamertemperatuur constant houdt,
dient u de waarde ervan te controleren.
23 28
33
14
19
24
29
34
39
2
30
25
20
15
10
5
0
14
19
24
29
34
39
2
BELANGRIJK:
Als de kamertemperatuur hoger is
dan de gewenste waarde, moet u
de curve parallel naar beneden ver-
plaatsen. Als de kamertemperatuur
daarentegen lager is, moet u de cur-
ve parallel naar boven verplaatsen.
Als de kamertemperatuur overeen-
komt met de gewenste tempera-
tuur, is de curve de juiste.
In de hierboven vermelde grafische
afbeelding zijn de curven in twee
groepen verdeeld:
– Installaties met fan coil
– Vloerinstallaties
44 °C
Afb. 114
44 °C
Afb. 115
1
Temperatuur van de uitgaande lei-
ding installatie
2
Buitentemperatuur
1
Temperatuur van de uitgaande lei-
ding installatie
2
Buitentemperatuur
4.5.4 Parallelle verschuiving
Draai de keuzeknop
, stel de meest
geschikte waarde in en druk op de knop
om te bevestigen.
4.5.6 Maximumtemperatuur
voerwater
Draai de keuzeknop
, stel de meest
geschikte waarde in en druk op de knop
om te bevestigen.
4.5.7 Minimumtemperatuur
voerwater
Herhaal de eerder beschreven hande-
lingen om de waarden van zone 2 in te
stellen (indien aanwezig) door menu 5
te selecteren.
aan-
aan-
97 / NL
Advertenties
Inhoudsopgave
