3. Parameterbeschrijving
De actieve setup (d.w.z. de setup op basis waarvan de frequentieomvormer op dit moment werkt) kan worden geselecteerd via parameter 0-10 en wordt
op het LCP weergegeven. Via de optie Multi setup is het mogelijk om via een digitale ingang of seriële communicatie te schakelen tussen setups (bijv.
voor de nachtstand), waarbij de frequentieomvormer in bedrijf is dan wel is gestopt. Als het nodig is om tijdens bedrijf van setup te wisselen, moet
parameter 0-12 juist zijn geprogrammeerd. Voor de meeste HVAC-toepassingen is het niet nodig om parameter 0-12 in te stellen, zelfs niet als een
wijziging van setup tijdens bedrijf nodig is, maar voor zeer complexe toepassingen kan het nodig zijn om gebruik te maken van de volledige flexibiliteit
van meerdere setups. Parameter 0-11 maakt het mogelijk om parameters binnen elk van de setups te wijzigen terwijl de frequentieomvormer blijft
functioneren in de actieve setup. Dit kan een andere setup zijn dan de setup die wordt gewijzigd. Parameter 0-51 maakt het mogelijk om parameterin-
stellingen van de ene setup naar de andere te kopiëren, waardoor de inbedrijfstelling sneller kan verlopen als vergelijkbare parameterinstellingen nodig
3
zijn in verschillende setups.
0-10 Actieve setup
Option:
[0]
Fabrieksinstell.
*
Setup 1
[1]
[2]
Setup 2
[3]
Setup 3
[4]
Setup 4
[9]
Multi setup
0-11 Setup wijzigen
Option:
[0]
Fabrieksinstell.
[1]
Setup 1
[2]
Setup 2
[3]
Setup 3
[4]
Setup 4
*
Actieve setup
[9]
0-12 Setup gekoppeld aan
Option:
30
Functie:
Selecteer de setup op basis waarvan de frequentieomvormer moet werken.
Kopie setup
Gebruik par. 0-51
om een setup naar een of meer andere setups te kopiëren. Om conflicterende
instellingen van een bepaalde parameter in twee verschillende setups te voorkomen, moeten de setups gekop-
Setup gekoppeld aan
peld worden via par. 0-12
setups waarbij parameters die gemarkeerd zijn als 'niet te wijzigen tijdens bedrijf', verschillende waarden heb-
ben.
Parameters die niet te wijzigen zijn tijdens bedrijf zijn gemarkeerd als FALSE in de parameterlijst in de sectie
Parameterlijsten
.
Kan niet worden gewijzigd. Deze setup bevat de dataset van Danfoss en kan worden gebruikt als gegevensbron
wanneer de andere setups in een bekende staat moeten worden teruggebracht.
Setup 1
[1] tot
Setup 4
[4] zijn de vier afzonderlijke parametersetups waarbinnen alle parameters kunnen wor-
den geprogrammeerd.
Dient voor externe setupselectie via digitale ingangen en de seriële-communicatiepoort. Deze setup maakt ge-
bruik van de instellingen van par. 0-12
Functie:
Selecteer de setup die tijdens bedrijf moet worden gewijzigd (d.w.z. geprogrammeerd); dit kan de actieve setup
zijn of een van de inactieve setups. Het nummer van de setup die wordt gewijzigd, wordt tussen haakjes ()
weergegeven op het LCP.
kan niet worden gewijzigd maar is nuttig als gegevensbron wanneer de andere setups in een bekende staat
moeten worden teruggebracht.
Setup 1
Setup 4
[1] tot
[4] kunnen vrij worden gewijzigd tijdens bedrijf, ongeacht welke setup actief is.
(d.w.z. de setup op basis waarvan de frequentieomvormer werkt) kan ook worden gewijzigd tijdens bedrijf. Het
wijzigen van parameters in de geselecteerde setup wordt gewoonlijk gedaan vanaf het LCP maar is tevens
mogelijk vanaf een seriële-communicatiepoort.
Functie:
Deze parameter hoeft alleen te worden ingesteld als er van setup moet worden gewisseld terwijl de motor loopt.
Het zorgt ervoor dat parameters die niet tijdens bedrijf kunnen worden gewijzigd, dezelfde waarde hebben in
alle relevante setups.
Om probleemloos over te kunnen schakelen naar een andere setup terwijl de frequentieomvormer in bedrijf is,
moeten setups met parameters die niet tijdens bedrijf te wijzigen zijn worden gekoppeld. De koppeling zorgt
MG.11.C4.10 – VLT
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
. Stop de frequentieomvormer alvorens te schakelen tussen
Setup gekoppeld aan
.