Als er kortsluiting optreedt, kan de pomp
draaien op een voeding die niet meer dan
5000 t.p.m. symmetrische ampère levert, op een
maximumspanning van 600 V.
5.2.8 Functionele modules
De functionele modules bestaan uit verscheidene
uitbreidingskaarten met verschillende typen ingangs-
en uitgangsklemmen waarmee de gebruiker
sensoren, schakelaars en relais kan aansluiten.
De gebruiker kan slechts één functionele module
tegelijkertijd aansluiten.
Hierbij kan worden gekozen uit de volgende modules:
•
FM300
•
FM310
5)
•
FM311
5)
Zonder Bluetooth (BLE).
De keuze van de module hangt af van de toepassing
en het vereiste aantal ingangen en uitgangen.
De afscherming van signaalkabels en
busaansluitkabels moet worden aangesloten op de
aarding via één van de geaarde klemmen (H).
Gerelateerde informatie
2.4.3 Identificatie van de functionele module
5.2.10 Signaalkabels
H
17