5.1.
NOODPROCEDURES NA AFWIJKENDE
CONFIGURATIES VAN DE MACHINE
Dit zijn procedures die herstel van de confi guratie van de Machine mogelijk maken en, na
controle, het werk kunnen doen hervatten.
Opmerking: In de volgende paragrafen worden de afzonderlijke handelingen van
de procedures in kort bestek beschreven. We verwijzen toch ook naar de paragrafen
waarin de verschillende handelingen uitgebreid worden beschreven, neem vooral alle
veiligheidsvoorschriften en de waarschuwingen in deze handleiding in acht.
5.1.1.
Procedure voor het opnieuw waterpas zetten van de werkplatform
Voorafgaande voorwaarden:
•
De Machine moet juist gestabiliseerd zijn volgens de procedure in par. "4.4 STABILISATIE".
•
Bedieningspaneel in de werkplatform vrijgegeven (sleutelschakelaar
overeenkomstige symbool).
•
Giek volledig ingetrokken en gesteund op de ondersteuning.
Procedure (Fig. 21)
De manoeuvre wordt uitgevoerd door een uiterst voorzichtig gebruik in de juiste richting van de
hydraulisch bestuurde hendel
Let op: Gebruik het Machine niet als de werkplatform niet perfect waterpas staat.
Opmerking: Neem contact op met de Assistentiedienst de Fabrikant ingeval de
werkplatform geregeld niet meer in het lood staat.
Fig. 21.
Bedieningspaneel op de werkplatform (Bedieningspaneel
Let op: Let erop bij het terugstellen van het niveau dat de werkplatform en/of zijn
steun niet tegen de antibotsingsstaaf, het laddertje of andere onderdelen van de
Machine botsen.
Gevaar: Het wordt aanbevolen om de manoeuvres uiterst voorzichtig en alleen met
de giek op de ondersteuning of met de werkplatform vlakbij de grond uit te voeren.
Wanneer het absoluut noodzakelijk is om de manoeuvres met opgeheven giek uit te
voeren, moet u er goed voor opletten dat u de hendel niet in de verkeerde richting
beweegt om hem niet nog meer uit waterpas te zetten.
C5
(nadat u de betreffende mechanische stop omhoog heeft getrokken).
78
C
)
5
FILENAME: PT Idraulica ed.1 rev.2_uso
A1
staat op het