Opbouwopties en speciale uitvoeringen
4
Waterkoelpatroon /CCT
4.14 Waterkoelpatroon /CCT
4.14.1 Opbouw
62
De waterkoelpatroon is in de oliebak van de tandwielkast aangebracht en wordt via een
wateraansluiting gevoed. De wateraansluiting vindt plaats bij de klant.
De hoeveelheid warmte die afgevoerd kan worden, is afhankelijk van de inlaattempera-
tuur en het doorstroomvolume van het koelmiddel. Het aantal waterkoelpatronen kunt u
vinden in de technische specificatie.
[3]
[4] [3]
[4]
[1]
Koelpijp
[2]
Aansluitstuk
[3]
Afvoer
[4]
Toevoer
De waterkoelpatroon bestaat uit twee hoofdbestanddelen:
•
koelpijpen (CuNi-legering)
•
verbindingsstuk (messing)
Voor de aansluiting op het koelcircuit zijn twee boringen met pijpschroefdraad G 1/4"
voor bouwgrootte X140-170 en G 1/2" voor bouwgrootte X180-320 beschikbaar. De lei-
dingen worden niet meegeleverd.
De tandwielkast in de uitvoering met de waterkoelpatroon wordt volledig gemonteerd
geleverd.
De waterkoelpatronen kunnen achteraf worden ingebouwd. Overleg met Vector
Aandrijftechniek.
AANWIJZING
Bij tandwielkasten van de bouwgrootten 140, 160, 180, 200, 220, 240, 260, 290 en
310 heeft de optie waterkoelpatroon standaard twee waterkoelpatronen, in de bouw-
grootten 150, 170, 190, 210, 230, 250, 270, 280, 300 en 320 één waterkoelpatroon.
AANWIJZING
Bij tandwielkasten met twee waterkoelpatronen moet het koelcircuit parallel worden
aangesloten. Neem het hoofdstuk "Inbouwkoeling waterkoelpatroon" (→ pag. 153) in
acht.
Montage- en technische handleiding – Explosiebeveiligde rechte en haakse tandwielkasten serie X..
[2]
[1]
313751819