Houdbaarheid overschreden (E3)
De houdbaarheidstimer van de ProMix™ II werkt niet als de ProMix™ II wordt gebruikt met meerdere pistolen. Om te
voorkomen dat gemengd materiaal uithardt in de apparatuur moet u de houdbaarheid zorgvuldig op een ander manier
bewaken.
Functie van houdbaarheidstimer
De houdbaarheidstimer, en daarmee het alarm, wordt inactief na het doorspuiten van het systeem. De ProMix™ II heeft een
dosis van component B (of een complete cyclus) nodig om de houdbaarheidstimer te starten. Als hij eenmaal is herstart, wordt
de houdbaarheidstijd telkens opnieuw ingesteld als het houdbaarheidsvolume (zie blz. 36) door het systeem is gegaan.
Oorzaak
De tijd dat het gemengde materiaal in de leidingen zit, heeft de
houdbaarheidstijd overschreden (Zie Houdbaarheidstijd op
blz. 32).
Mengverhouding incorrect (E4)
Oorzaak
De vergelijking van het gespoten volume Component A en
Component B in de vorige cyclus voldoet niet aan de ingestelde
toleranties. Zie Tolerantie op blz. 32. Dit kan de oorzaak zijn:
•
Als het alarm tijdens de start optreedt, na het doorspuiten,
dan was de stroomsnelheid waarschijnlijk te hoog.
•
Als het alarm optreedt als u al enige tijd aan het spuiten
bent, is de druk van de vloeistoftoevoer op beide materi-
alen mogelijk niet in balans.
•
Trage activering van de kleppen van componenten A of B.
Dit kan de oorzaak zijn:
➜ De luchtdruk naar de klepaandrijving is te laag.
➜ Er is iets dat de relais van de leiding blokkeert en in de
weg zit van de lucht voor de aandrijving de van de
klep.
➜ De pakkingen op de doseerkranen van het mengstuk
doseerkranen zitten te strak.
➜ Een doseerkraan is te ver dichtgedraaid.
➜ De vloeistofdruk is hoog en de luchtdruk is laag.
310804C
Alarm, foutopsporing ◆ ProMix™ II-alarmsignalen
VOORZICHTIG
Oplossing
Druk op de toets Alarm uitschakelen
uit te schakelen. U moet het gemengde materiaal via een door-
spuitprocedure uit het systeem verwijderen voordat de code E3
verdwijnt. Spuit het systeem door met oplosmiddel van nieuw
gemengd materiaal.
•
Oplosmiddel - Druk op de toets Doorspuiten
operatorstation. Het systeem wordt doorgespoten tot de
vooringestelde doorspuittijd voltooid is. Zie ook Gemengd
materiaal uit het systeem verwijderen op blz. 44.
•
Nieuw gemengd materiaal - Druk op de toets Mengen
en spuit het oude materiaal met nieuw materiaal door.
Oplossing
•
Beperk de beweging van de pistoolnaald om de eerste
vloeistofafgifte in te perken tot de vloeistofslangen volledig
zijn gevuld met materiaal.
•
Stel de druk van de regelaars van de vloeistoftoevoer
naar componenten A en B zo in dat ze ongeveer gelijk
zijn. Als de druk al ongeveer gelijk is, controleer dan of de
doseerkranen voor component A en B goed functioneren.
Bedien de relaiskleppen van doseerkranen A en B
handmatig, zoals staat aangegeven in de ProMix™
II-servicehandleiding 310653 om te kijken of ze goed
werken.
➜ Verhoog de luchtdruk.
➜ Er kan vuil of vocht in de luchtaanvoer zitten. Zorg
voor geschikte filtratie.
➜ De momentwaarde op de pakkingen moet 25 in-lbs
(2.8 N•m) zijn. Zie blz. 39.
➜ Zie de Checklist onder Opstarten op blz. 39 voor
de juiste afstelling. Tip: Breng een stukje papier aan
op de knoppen nadat ze correct zijn afgesteld om
iedereen te ontmoedigen om de afstellingen te ver-
anderen.
➜ Stel de luchtdruk en de vloeistofdruk in.
om het geluidssignaal
op het
53