•
TPS1_ETC_NoAdapt, TPS2, TPS3, TPS4
•
TPS1_RangeLow, TPS2, TPS3, TPS4
•
TPS1_RangeHigh, TPS2, TPS3, TPS4
•
BaroRange
•
Injector1_OutputFault, Injector2, Injector3, Injector4, Injector5, Injector6, Injector7, Injector8
•
Horn_OutputFault
•
MAP_Angle_RangeHigh
•
MAP_Angle_RangeLow
•
SysVolt_RangeHigh
•
SysVolt_RangeLow
•
IAT_RangeHigh
•
IAT_RangeLow
•
StbdECT_RangeHigh
•
StbdECT_RangeLow
•
EncoderFault
•
CrankCamTrigger
De motor moet volgens de onderstaande procedure worden gestart om de storing te wissen.
Om de storing te wissen moet de motor drie keer worden gestart. Als de claxon na drie keer starten nog
steeds klinkt, geldt de storing nog steeds. Raadpleeg in dat geval een erkend Mercury-dealer om het
probleem te laten verhelpen en de storing te laten wissen.
Beveiliging tegen overbelasting van elektrisch systeem
Als er elektrische overbelasting optreedt, brandt er een zekering door of opent een stroomonderbreker. Zoek
de oorzaak van het probleem en verhelp dit voordat u de zekering vervangt of de stroomonderbreker weer
omzet.
Een stroomonderbreker beschermt de motorbedrading en de voedingskabel voor de instrumenten. Verricht
een reset door de vlag terug te zetten op de ingetrokken stand.
nld
BEDIENING
NB
27