2. Programmeren
[44]
[45]
[46]
2
[47]
[48]
[50]
[51]
[60]
[61]
[70]
[71]
[72]
[73]
[74]
13-52 SL-controlleractie
Array [20]
[0]
[1]
[2]
[3]
[4]
[5]
[10]
[11]
[12]
[13]
182
Toets Reset
Toets links
Toets rechts
Toets omhoog
Toets omlaag
Comparator 4
Comparator 5
Log. regel 4
Log. regel 5
SL time-out 3
SL time-out 4
SL time-out 5
SL time-out 6
SL time-out 7
*
Uitgesch.
Geen actie
Kies setup 1
Kies setup 2
Kies setup 3
Kies setup 4
Kies ingest. ref 0
Kies ingest. ref 1
Kies ingest. ref 2
Kies ingest. ref 3
MG.33.M2.10 – VLT
Selecteer de booleaanse ingang (TRUE of FALSE) om de Smart
Logic Control-gebeurtenis te definiëren. Zie par. 13-01
starten
([0] - [61]) en par. 13-02
voor meer informatie.
Selecteer de actie die overeenkomt met de SLC-gebeurtenis.
Acties worden uitgevoerd wanneer de bijbehorende gebeurtenis
(gedefinieerd in par. 13-51) als TRUE is geëvalueerd. De vol-
gende acties kunnen worden geselecteerd:
*UITGESCH.
[0]
Geen actie
[1]
Kies setup 1
[2] - wijzigt de actieve setup (par. 0-10) naar '1'.
Kies setup 2
[3] - wijzigt de actieve setup (par. 0-10) naar '2'.
Kies setup 3
[4] - wijzigt de actieve setup (par. 0-10) naar '3'.
Kies setup 4
[5] - wijzigt de actieve setup (par. 0-10) naar '4'.
Bij een wijziging van de setup wordt de setup samengevoegd
met andere setupcommando's die via de digitale ingangen of
een veldbus worden gegeven.
Kies ingest. ref
0 [10] - selecteert vooraf ingestelde referentie
0.
Kies ingest. ref
1 [11] - selecteert vooraf ingestelde referentie
1.
Kies ingest. ref 2
[12] - selecteert vooraf ingestelde referentie
2.
Kies ingest. ref 3
[13] - selecteert vooraf ingestelde referentie
3.
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
FC 300 Programmeerhandleiding
Gebeurt.
Gebeurt. stoppen
([70] - [74])