Installatie
4
Installatie van de optionele vermogenscomponenten
4.2.4
Uitgangsfilters serie HF...
16
AANWIJZING
•
Uitgangsfilter naast de bijbehorende regelaar inbouwen. Onder en boven het
uitgangsfilter een vrije ventilatieruimte aanhouden van minstens 100 mm (4 in);
zijdelingse vrije ruimte is niet noodzakelijk.
•
De leiding tussen regelaar en uitgangsfilter inkorten op de noodzakelijke lengte.
Maximaal 1 m / 3.3 ft bij niet-afgeschermde motorleiding en 10 m / 33 ft bij afge-
schermde leiding.
•
Bij bedrijf van een groep motoren aan een regelaar kunnen verschillende motoren
gemeenschappelijk aan een uitgangsfilter worden aangesloten. De som van de
nominale motorstromen mag de nominale doorgangsstroom van het uitgangsfilter
niet overschrijden.
•
De parallelschakeling van twee gelijke uitgangsfilters aan de uitgang van één rege-
laar voor de verdubbeling van de nominale doorgangsstroom is toegestaan. Sluit bij
de uitgangsfilters dan de gelijknamige aansluitingen parallel aan.
•
Bij bedrijf van de regelaar met f
uitgangsfilter (bij HF...-503) of 7 (bij HF...-403) niet worden aangesloten.
Aansluiting uitgangsfilters HF...-...
B
X2/3
X1
+R
= 4 of 8 kHz mag aansluiting V5 van het
PWM
Technische handleiding basisapparaat – MOVITRAC
®
B