SATEL
Om verbinding te kunnen maken met de SATEL server dient de DNS server ingesteld
de worden.
Voor communicatie via de SATEL server worden de poorten 1024-65535 gebruikt als
uitgaande poorten. Deze poorten mogen niet geblokkeerd zijn.
Meld geen SATEL server verbinding storing [Gn SATEL stor.] – indien de optie
ingeschakeld is, zal bij communicatie uitval met de SATEL server, dit niet worden
gerapporteerd.
Mobiele applicatie [Mobiele app.] – indien de optie ingeschakeld is kan communicatie met
het alarmsysteem worden gemaakt via de mobiele applicatie. De optie is beschikbaar als
de LAN optie ingeschakeld is.
Alarm 3 x foute code (mobiele applicatie) [Al.3 x foute code] – indien de optie
ingeschakeld is zal na het invoeren van 3 foutieve codes via de VERSA CONTROL
applicatie, een alarm worden gegenereerd.
Push notificaties – indien de optie ingeschakeld is kan de INTEGRA CONTROL applicatie
u van informatie voorzien over alarmsysteem gebeurtenissen via push notificaties.
Informatie
MAC – module hardware adres.
ID – het individuele ID nummer welke door de SATEL server toegewezen wordt aan de
module.
Indien het alarmsysteem op een andere locatie geïnstalleerd gaat worden dient u het
reeds uitgegeven ID te wissen. Dit kunt u vanaf het bediendeel doen bij de laatste stap
van het programmeren van de ingebouwde Ethernet module, indien het alarmsysteem
verbonden is met de SATEL server. Nadat het oude ID nummer verwijdert is zal het
alarmsysteem een nieuw ID ontvangen. INTEGRA CONTROL applicaties welke nog
het oude ID nummer gebruikten kunnen geen verbinding meer maken met het
alarmsysteem.
IP – lokaal IP adres / publiek IP adres van de module.
QR Code – klik op de knop om een scherm te openen waarin de QR code wordt
weergegeven. De QR code bevat informatie die nodig is bij het configureren van de
communicatie instellingen via de SATEL server. U kunt de QR code lezen via een mobiel
apparaat of exporteren naar een bestand en te verzenden naar de gebruikers. De QR-
code vergemakkelijkt het configureren van de VERSA CONTROL applicatie.
Ververs – klik om alle informatie te verversen.
Tijd via een tijdserver
LAN [Tijdserver LAN] – indien de optie ingeschakeld is zal het schema van het alarmsysteem
één maal per dag gesynchroniseerd worden met de tijdserver.
Voor het verbinding kunnen maken met de tijdserver dient de DNS server ingesteld de
worden.
Tijdzone – bepaalt het verschil tussen de universele tijd (GMT) en de tijdzone waarin u zich
bevind. Deze parameter is vereist indien u de klok van het alarmsysteem laat
synchroniseren via een tijdserver.
9.2.1
LAN
ETHM (LAN) [gebruik ETHM] – schakel de optie in om de ingebouwde ETHM module te
gebruiken. Schakel de optie altijd uit indien u geen gebruik maakt van de module. Het
VERSA IP
49