Inhoudsopgave
Advertenties
Opbouw en werking
3 Opbouw en werking
De drukregelaar wordt gebruikt om de
meet-, regel- en stuurinrichtingen van con-
stante hulpenergie te voorzien. De druk van
het in de systemen beschikbare persluchtnet-
werk van maximaal 12 bar wordt verlaagd
naar een instelbare gereduceerde druk van
0,2 tot 1,6 bar of 0,5 tot 6 bar.
De drukregelaar is aan de ingangszijde
voorzien van een filterpatroon met een
maaswijdte van 20 µm. Daarnaast kan de
regelaar ook worden voorzien van een filter-
houder en een manometer aan de uitgangs-
zijde.
5
3
1
20
21
Fig. 1: Overzicht type 4708
12
De perslucht aan de ingang stroomt via het
filter door de vrije doorsnede tussen zitting
(1.1) en plug (1.2) en verlaat afhankelijk van
de plugpositie de uitgang met gereduceerde
druk.
De te regelen uitgangsdruk wordt via de ver-
bindingsboring (1.3) op het membraan (2.1)
overgedragen en in een stelkracht omgezet.
Met deze stelkracht wordt de ventielplug af-
hankelijk van de kracht van de stelveer (6)
versteld.
Door het draaien van de gewenstewaarde-
schroef (7) wordt de veerkracht gewijzigd en
wordt de gewenste waarde ingesteld.
Het bereik van de gewenste waarde van de
drukregelaar van 0,2 tot 1,6 bar en 0,5 tot
6 bar wordt bepaald door de verschillende
dikten van de ingebouwde stelveer (6).
Het in de perslucht aanwezige condensaat
kan worden opgevangen en verwijderd als
het filterpatroon (11) horizontaal staat of de
filterhouder (13) verticaal naar beneden
staat. Het condensaat wordt afgevoerd door
de dop (12) los te draaien of door de hand-
matige afvoer (16) te activeren.
12
EB 8546 NL
Advertenties
Inhoudsopgave
