FC 300 Design Guide
Door de motor gegenereerde overspanning
De spanning in de tussenkring neemt toe als de motor als een generator werkt.
Dit gebeurt in de volgende gevallen:
De belasting drijft de motor aan (bij constante uitgangsfrequentie), d.w.z. dat de belasting energie levert.
1.
2.
Als gedurende het vertragen ('uitlopen') het traagheidsmoment hoog is, is de wrijving
laag en is de uitlooptijd te kort om de energie te kunnen afvoeren als een verlies in
de frequentieomvormer, de motor en de installatie.
Een onjuiste instelling van de slipcompensatie kan leiden tot een hogere DC-tussenkringspanning.
3.
De besturingseenheid probeert de uitloop indien mogelijk te corrigeren (par. 2-17 Overspanningsreg.)
Om de transistoren en de tussenkringcondensatoren te beschermen, schakelt de inverter
uit wanneer een bepaalde spanning is bereikt.
Zie par. 2-10 en par. 2-17 om de methode voor het regelen van het span-
ningsniveau in de tussenkring te selecteren.
Netstoring
Tijdens een netstoring blijft de frequentieomvormer in bedrijf tot de spanning in de
tussenkring onder het minimale stopniveau komt, wat meestal 15 % onder de laagste
nominale netspanning voor de frequentieomvormer is.
De netspanning voor de storing en de motorbelasting bepalen hoe lang de inverter erover doet om vrij te lopen.
Statische overbelasting in VVC
Wanneer de frequentieomvormer overbelast is (de koppelbegrenzing in par. 4-16/4-17 is bereikt), zal
de besturingseenheid de uitgangsfrequentie verlagen om de belasting te verminderen.
Als de overbelasting bijzonder groot is, kan een stroom ontstaan die ervoor zorgt dat de
frequentieomvormer na ca. 5-10 s uitschakelt.
De werking binnen de koppelbegrenzing kan in tijd (0-60 s) worden begrensd in par. 14-25.
Thermische motorbeveiliging
"
De motortemperatuur wordt berekend op
basis van motorstroom, uitgangsfrequentie,
en tijd of thermistor. Zie par. 1-90 in het
hoofdstuk Programmeren.
Werking veilige stop (alleen FC 302)
"
De FC 302 kan de aangewezen veiligheidsfunctie 'Ongecontroleerd stoppen door spanningsuitval' (zoals
beschreven in concept IEC 61800-5-2) of stopcategorie 0 (zoals beschreven in EN 60204-1) uitvoeren.
De functie is ontworpen en geschikt bevonden voor de vereisten van veiligheidscategorie 3 in
EN 954-1. Deze functionaliteit wordt Veilige stop genoemd.
Voordat de Veilige stop voor de FC 302 wordt geïntegreerd en toegepast in een installatie, moet
een grondige risicoanalyse worden uitgevoerd op het systeem om te bepalen of de functionaliteit en
veiligheidscategorie van de Veilige stop voor de FC 302 relevant en voldoende zijn.
De Veilige-stopfunctie wordt geactiveerd door de spanning van klem 37 van de veilige inverter weg
te nemen. Door de veilige inverter aan te sluiten op externe veiligheidsapparatuur met een veilig
Inleiding van de FC 300
plus
-modus
MG.33.B4.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
53