Functie Bij Stop - Danfoss VLT Automationdrive FC 300 Handleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor VLT Automationdrive FC 300:
- Programmeerhandleiding (233 pagina's) ,
- Handleiding (191 pagina's) ,
- Bedieningshandleiding (143 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
FC 300 Design Guide
of 1-75 en zal de uitgangsstroom overeenkomen
met de instelling van de startstroom in par.
1-76. Deze functie wordt vooral gebruikt bij
hijstoepassingen zonder contragewicht, in het
bijzonder bij toepassingen met een Cone-motor,
waarbij de start rechtsom gebeurt, gevolgd door
draaien in de referentierichting.
Selecteer Horizontaal bedrijf [4] om de in
par. 1-74 en par. 1-76 beschreven functie te
verkrijgen tijdens de startvertraging. De motor
zal in de referentierichting draaien. Als het
referentiesignaal gelijk is aan nul (0), zal par.
1-74 Startsnelh. [TPM] worden genegeerd en zal
de uitgangssnelheid gelijk zijn aan nul (0). De
uitgangsspanning komt overeen met de instelling
van de startstroom in par. 1-76 Startstroom.
Selecteer VVC
plus
/Flux rechtsom [5] om alleen
de in par. 1-74 (Startsnelh.) beschreven functie
te verkrijgen tijdens de startvertraging. De
startstroom wordt automatisch berekend.
Deze functie gebruikt de startsnelheid alleen
tijdens de startvertraging. Ongeacht de waarde die
wordt ingesteld door het referentiesignaal, zal de
uitgangssnelheid overeenkomen met de instelling
van de startsnelheid in par. 1-74. Startsnelh./str.
CW [3] en VVC
plus
/Flux rechtsom [5] worden
met name gebruikt voor hijstoepassingen.
Startsnelheid/stroom in referentierichting [4]
wordt met name gebruikt in toepassingen met een
contragewicht en een horizontale beweging.
1-73 Vliegende start [TPM]
Optie:
*
Uit (UITSCH.)
Aan (INSCH.)
Functie:
Deze functie maakt het mogelijk een draaiende
motor 'op te vangen' wanneer deze vrij draait
als gevolg van een netonderbreking.
Selecteer Uit als deze functie niet gewenst is.
Selecteer Aan als de frequentieomvormer in
staat moet zijn de motor 'op te vangen' en in te
schakelen met een draaiende motor.
Wanneer par. 1-73 is ingeschakeld, hebben
par. 1-71 en 1-72 geen functie.
Inschakeling bij draaiende motor is alleen
mogelijk in VVC+ modus.
NB!:
Het wordt aangeraden om deze functie
niet te gebruiken bij hijstoepassingen.
*
standaardinstelling( )
Programmeren
[0]
[1]
waarde gebruikt voor communicatie via seriële communicatiepoort.
display-tekst
[ ]
MG.33.B4.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
1-74 Startsnelh. [TPM]
Bereik:
0-600 TPM
Functie:
Stelt de gewenste startsnelheid van de motor in.
De uitgangssnelheid past zich aan op basis van
de ingestelde waarde. Deze parameter kan
worden gebruikt voor hijstoepassingen (motoren
met een conisch anker). Stel de startfunctie in
par. 1-72 in op [3], [4] of [5] en stel in par.
1-71 een startvertragingstijd in. Er moet een
referentiesignaal aanwezig zijn.
1-75 Startsnelh. [Hz]
Bereik:
0-500 Hz
Functie:
Stelt een startsnelheid in.
Na het startsignaal past de uitgangssnelheid zich
aan op basis van de ingestelde waarde. Deze
parameter kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor
hijswerktoepassingen (schuifankermotoren). Stel
de startfunctie in par. 1-72 in op [3], [4] of [5] en
stel in par. 1-71 een startvertragingstijd in . Er
moet een referentiesignaal aanwezig zijn.
1-76 Startstroom
Bereik:
0,00 - par. 1-24 A
Functie:
Bepaalde motoren, bijvoorbeeld schuifankermo-
toren, hebben extra stroom/startsnelheid (boost)
nodig bij het starten om de mechanische remkracht
te deactiveren. Hiervoor worden par. 1-74 en par.
1-76 gebruikt. Voer de waarde in die nodig is
voor het deactiveren van de mechanische rem. De
startfunctie wordt ingesteld in par. 1-72 op [3] of [4]
en een startvertragingstijd wordt ingesteld in par.
1-71. Er moet een referentiesignaal aanwezig zijn.
1-8* Stopaanpassingen
"
Parameters voor het instellen van speciale
stopfuncties van de motor.
1-80 Functie bij stop
Optie:
*
Vrijloop
DC-houd
Motorcontrole
Voormagnetis.
*
0 TPM
*
0 Hz
*
0,00A
[0]
[1]
[2]
[3]
155
Advertenties
Inhoudsopgave
