Klaarmaken voor hergebruik
● Bevestig de volgende accessoires aan het apparaat:
– Beademingsslangen
– Filter
– Slang van de beademingsgaszak met beademingsgaszak
– Vochtvanger (voor apparaten uitgerust met een patiëntengas-meetmodule)
– Gassampleleiding (voor apparaten uitgerust met een patiëntengas-
Het beademingscircuit en de filters bevestigen
WAARSCHUWING
Risico op onderdruk in de longen
In de volgende gevallen kan de gassample-flow onmiddellijk leiden tot onderdruk in
de longen, vooral bij neonaten of pediatrische patiënten:
– Filters of slangen zijn verstopt.
– Het samplegas wordt afgenomen tussen de patiënt en een verstopte
component.
Zorg voor het volgende wanneer pediatrische patiënten en neonaten worden
beademd:
Wanneer een filter met fijne poriën dicht bij de patiënt wordt gebruikt:
► Sluit de gassampleleiding tussen de tube en het filter niet aan. Sluit deze leiding
in plaats daarvan rechtstreeks aan op het filter of op het Y-stuk.
● Steek het beademingscircuit (1) in de aansluitingen op het beademingssysteem.
Bevestig de filters op posities (2) en (3).
Neem de instructies voor het configureren van het beademingscircuit en de
filters in acht (raadpleeg de tabel "Toegestane slangconfiguraties" in het
hoofdstuk Montage en voorbereiding in de gebruiksaanwijzing).
48
Instructies voor klaarmaken voor hergebruik
meetmodule)
|
Atlan A100 (XL), A300 (XL), A350 (XL)