Stap 9:
Als de tuimelschakelaar op de extra bedieningsterminal niet wordt meer bediend, wordt
het aparte hydraulische aggregaat na een vooraf ingestelde tijd uitgeschakeld. De LED
in de AUTO-toets op de bedieningsterminal GRIMME VC 50 dooft.
Info
De proefneming kan op ieder tijdstip via de extra bedieningsterminal of met het func-
tiesymbool op de bedieningsterminal GRIMME VC 50 gestopt worden.
Info
Om de functie proefneming op de betreffende omstandigheden aan te passen kunnen
er aan verschillende parameters instellingen uitgevoerd worden. ► Zie voor verdere
informatie pagina 211.
8.18.2
Combinatie van de proefneming met andere functies
Flow Control
Bij het starten van Flow Control wordt er geen positie-opvraag van de proefband uitge-
voerd. De gebruiker moet er voor het starten van Flow Control voor zorgen dat de pro-
efband op beginstand staat.
Turbo Clean
Manuele bediening
Tijden de proefneming kan Turbo Clean met de hand gestart worden. Na de reiniging
door Turbo Clean wordt de bunkerband opnieuw ingeschakeld.
Automatische intervalfunctie:
Tijdens de automatische walsreiniging Turbo Clean kan de proefneming niet gestart
worden. Als de proefneming actief is, wordt Turbo Clean na het nemen van monsters
gestart.
Restleging
Als de bunkerband tijdens de proefneming door de functie stoppen bij restleging wordt
uitgeschakeld, moet de bunkerband door de gebruiker met de hand worden gestart om
de proefneming te onderbreken of de resterende stappen af te laten draaien.
182
Aanwijzingen voor het gebruik