Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruikershandleiding
Stortbunker
RH 20 / RH 24 / RH 28
Originele gebruikershandleiding
MAN.07682
BA19_TYP.05710-02_V1.0_NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor GRIMME RH 20

  • Pagina 1 Gebruikershandleiding Stortbunker RH 20 / RH 24 / RH 28 Originele gebruikershandleiding MAN.07682 BA19_TYP.05710-02_V1.0_NL...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Trekdissel demonteren ....................36 Bunkerzijwand van transport- naar werkstand omschakelen ......... 37 Elektrische voedingsleiding aansluiten ................53 6.4.1 400 Volt aftakking (optie) ......................54 Bedieningsterminal aansluiten ..................54 6.5.1 Bedieningsterminal GBT 831 aansluiten ................54 6.5.2 Bedieningsterminal GRIMME VC 50 aansluiten ..............55...
  • Pagina 4 8.11 Capacity Control (optie) ....................110 8.11.1 Capacity Control met GBT 831 instellen en bedienen ............111 8.11.2 Capacity Control met GRIMME VC 50 inschakelen / uitschakelen ........114 8.11.3 Sensor voor Capacity-Control instellen ................115 8.11.4 Sensor instellen........................117 8.12...
  • Pagina 5 Turbo Clean (optie) ..................... 152 8.16.1 Turbo Clean handmatig activeren met GBT 831 ..............152 8.16.2 Turbo Clean handmatig activeren GRIMME met VC 50 ............153 8.16.3 Turbo Clean automatisch activeren (optie) ................155 8.16.4 Transportrichting van de afvoerbanden na de walsenreiniging omschakelen ...... 162 8.17...
  • Pagina 6 13.1.2 Onderhoudsrooster voor de GRIMME distributiepartner ............233 13.1.3 Onderhoudsrooster voor de GRIMME service-technicus ............. 234 13.2 Inspectie / instandhouding ..................235 13.3 Bestellen van onderdelen .................... 236 13.4 Laswerkzaamheden ....................237 13.4.1 Aanpak bij laswerkzaamheden aan de machine ..............237 13.5...
  • Pagina 7: Aanwijzingen Bij De Gebruikershandleiding

    De plaatsvermeldingen voor, achter, links en rechts gelden altijd in transportrichting. Gebruikershandleiding met mobiele eindapparatuur oproepen Door de hier afgebeelde QR-code te scannen wordt de internetsite van GRIMME geo- pend / opgeroepen Door de op de machine aangebrachte QR-code te scannen kunnen de voor deze machine geldige gebruikershandleidingen opgeroepen en gedownload worden.
  • Pagina 8: Belangrijke Aanwijzingen Voor De Gebruiker

    Belangrijke aanwijzingen voor de gebruiker Machinevarianten De stortbunker is in de modellenseries RH 20, RH 24 en RH 28 verkrijgbaar. De twee machinevarianten van de betreffende modellenserie verschillen qua lengte van de bun- kerbodem en qua uitvoering van de grondreinigings- en voorsorteereenheid.
  • Pagina 9: Gebruik Volgens De Voorschriften

    Belangrijke aanwijzingen voor de gebruiker Gebruik volgens de voorschriften De stortbunker RH van GRIMME is uitsluitend geschikt voor het opnemen, transporte- ren, grondreinigen en voorsorteren van veldproducten als ruw product (aardappelen, penen, uien) met een maat van 28 tot 200 mm. Hierbij kan het product afval als grond, loof en stenen bevatten.
  • Pagina 10: Originele Conformiteitsverklaring

    Aanduiding van de machine: Stortbunker Modellenseries: RH 20 / RH 24 / RH 28 Identificatienummer: vanaf 57102794 voldoet aan de eisen van de volgende EU-richtlijnen:  Richtlijn 2006/42/EG, Publicatieblad van de EU L157/24 d.d. 09.06.2006 – kort: machinerichtlijn ...
  • Pagina 11: Beschrijving Van Het Product

    Info Het gebruik van onderdelen van andere fabrikanten is alleen na toestemming van de fabrikant toegestaan. Originele GRIMME onderdelen en door de fabrikant geautoriseerd toebehoren dienen de veiligheid. Het gebruik van niet originele onderdelen kan de aansprakelijkheid voor de gevolgen daarvan opheffen.
  • Pagina 12: Grimme-Service

    Belangrijke aanwijzingen voor de gebruiker GRIMME-service Voor technische informatie staat de GRIMME-service ter beschikking. U kunt altijd in- formatie verkrijgen via de betreffende contactpersoon, per telefoon, fax, e-mail of via internet. ► Zie voor verdere informatie pagina 11. Copyright Behandel de gebruikershandleiding vertrouwelijk. Deze is uitsluitend bestemd voor per- sonen die zich met de machine of het apparaat bezighouden.
  • Pagina 13: Veiligheid

    Wanneer bepaalde aanwijzingen in de gebruikershandleiding niet duidelijk zijn, moet u om opheldering vragen voordat de machine in gebruik wordt genomen. Voor vragen over de machine of de gebruikershandleiding staan de distributiepartners van GRIMME en GRIMME Landmaschinenfabrik graag ter beschikking.
  • Pagina 14: Verklaring Van De Symbolen

    Veiligheid Verklaring van de symbolen Waarschuwingen worden in deze gebruikershandleiding gekenmerkt door symbolen. De aanwijzingen worden door signaalwoorden aangegeven, die de omvang van het gevaar tot uitdrukking brengen. De aanwijzingen houden in dat voorzichtig moet worden gehandeld, om ongelukken, persoonlijk letsel en materiële schade te voorkomen. Waarschuwingen GEVAAR! ...
  • Pagina 15: Verantwoordelijkheid Van De Exploitant

    Veiligheid Verantwoordelijkheid van de exploitant De machine of het apparaat wordt commercieel gebruikt. De exploitant is daarom ge- houden aan de wettelijke plichten met betrekking tot de arbeidsveiligheid. Naast de instructies met betrekking tot de werkveiligheid in deze gebruikershandleiding moeten de veiligheids- ongevallenpreventie-, milieubeschermingsvoorschriften voor dit toepassingsgebied van de machine of apparaat in acht worden genomen.
  • Pagina 16: Persoonlijke Beschermingsmiddelen

    Deskundig personeel is op basis van vakopleiding, kennis en ervaring en kennis van alle bepalingen in staat om de werkzaamheden waarmee zij zijn belast uit te voeren en mogelijke gevaren zelf te herkennen. Bij het deskundig personeel horen distributiepartners van GRIMME en servicetechnici van GRIMME. Persoonlijke beschermingsmiddelen Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen is een belangrijke bouwsteen voor de veiligheid.
  • Pagina 17: Bijzondere Gevaren

    Veiligheid Bijzondere gevaren In het volgende gedeelte worden de restriscos's aangegeven, die op basis van de ri- sicoanalyse ontstaan. Neem de hier aangevoerde veiligheidsinstructies en de waarschuwingen in de andere hoofdstukken van deze gebruikershandleiding in acht, om gezondheidsrisico's te re- duceren en gevaarlijke situaties te voorkomen.
  • Pagina 18: Algemene Veiligheids- En Ongevallenpreventievoorschriften

    Veiligheid Algemene veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften De in deze handleiding beschreven veiligheidsvoorschriften, de bestaande nationale regelgeving omtrent veiligheid, als ook de eventuele eigen interne arbeids-, bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften moeten in acht worden genomen.  De aangebrachte stickers met waarschuwingen en aanwijzingen geven belangrijke informatie over hoe u de machine zonder gevaar kunt gebruiken.
  • Pagina 19: Veiligheidsvoorschriften Op De Elektrische / Elektronische Installatie

    Veiligheid Veiligheidsvoorschriften op de elektrische / elektronische installatie Alleen originele zekeringen met de voorgeschreven sterkte gebruiken. Bij een storing in de elektrische stroomvoorziening onmiddellijk de machine uitschakelen. Werkzaamheden aan het elektrische systeem of bedrijfsmiddelen mogen slechts door hiervoor opgeleide specialisten worden uitgevoerd, met het in acht nemen van de va- ktechnische regels en normen.
  • Pagina 20: Veiligheidsvoorschriften Voor Stationaire Machines

    Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor stationaire machines  Machine alleen aan de daarvoor bestemde inrichtingen bevestigen!  Machine veilig wegzetten!  Opname- en (over)laadorganen, bv. banden, zeefinrichtingen en elevatoren, kun- nen vanwege hun functie door constructieve maatregelen niet compleet worden be- veiligd; bewaar daarom tijdens het werk een veilige afstand ten opzichte van de bewegende delen! Dit geldt ook voor alle verdere extra uitrusting.
  • Pagina 21: Waarschuwingstekens En Aanwijzingstekens Op De Machine

    (nieuwe) gebruikers doorgeven. Waarschuwingstekens en aanwijzingstekens moeten schoon en goed leesbaar worden gehouden! Beschadigde of ontbrekende waarschuwingstekens en aanwijzingstekens meteen bij de GRIMME distributeur bijbestellen en weer op de daarvoor bestemde plaats bevestigen. 3.11.1 Waarschuwingstekens op de machine Vóór de inbedrijfstelling de gebruikershandleiding en de veiligheids-...
  • Pagina 22: Aanwijzingstekens Op De Machine

    Veiligheid Grijp nooit in het knelbereik / intrekbereik zolang de betreffende delen kunnen bewegen! Voor het laden van de machine moeten geschikte dwarstraversen wor- den gebruikt. Bunkerbodem nooit bij een ingeschakelde aandrijving en een draaiende motor betreden. 3.11.2 Aanwijzingstekens op de machine Hier aanslagmiddelen aanbrengen!
  • Pagina 23 Veiligheid...
  • Pagina 24: Veiligheidsvoorzieningen

    Veiligheid 3.12 Veiligheidsvoorzieningen WAARSCHUWING! Kans op letsel! Ernstige letsels mogelijk! Machines met niet werkende of ontbrekende veiligheidsvoorzieningen zijn een risico en mogen niet in bedrijf worden gesteld. Bij veronachtzaming dreigt er afgezien van mogelijke ongevallen ook materiële schade.  Veiligheidsvoorzieningen vóór ieder gebruik op aanwezigheid en functionaliteit con- troleren! De machine is met verschillende veiligheidsvoorzieningen uitgevoerd.
  • Pagina 25: Opbouw En Werkwijze

    Opbouw en werkwijze Opbouw en werkwijze Werkwijze van de machine De stortbunker is een machine voor de ontvangst van geoogst product. Gewoonlijk wordt het product achterwaarts met een kipwagen in de vultrechter gekipt. De stortbunker is met een lamellen-bunkerbodem uitgerust, die zorgt dat het product optimaal wordt meegenomen, zodat de stortbunker gemakkelijker leegloopt.
  • Pagina 26: Overzicht Van De Machine

    Opbouw en werkwijze Overzicht van de machine Info De volgende afbeeldingen bevatten optionele uitvoeringen. Positie Naam Trekdissel Aannamekleed Rangeerhulp-signaal Stortbunker Bunkerbodem Capacity Control...
  • Pagina 27 Opbouw en werkwijze Positie Naam Grondreinigingswalsen Voorsorteerwalsen Afdekzeil voor rollenreiniger Turbo Clean Grondafvoerband Sorteerafvoerband Productafvoerband...
  • Pagina 28 Opbouw en werkwijze Positie Naam Hydraulisch aggregaat Starteenheid 400 Volt aftakking...
  • Pagina 29: Definitie

    Opbouw en werkwijze Definitie = Receiving-Hopper = Stortbunker RH C = Receiving-Hopper-Cleaning = Stortbunker met grondreinigingseenheid RH CF = Receiving-Hopper-Cleaning-Fractionating = Stortbunker met grondreinigings- en voor- sorteereenheid (optie) = Earth-Conveyor = Grondafvoerband = Fractionating-Conveyor = Voorsorteerafvoerband (optie) = Product-Conveyor = Productafvoerband...
  • Pagina 30: Volgende Machines

    Opbouw en werkwijze Volgende machines Afhankelijk van de toepassing van de stortbunker kan het te transporteren product over- gebracht worden naar verschillende volgende machines. 4.4.1 Verlengband TC De verlengband TC (1) is een machine waarmee het product over transportbanden naar de volgende machines kan worden geleid.
  • Pagina 31: Transporteren / Rangeren

    Transporteren / rangeren Transporteren / rangeren Voor het transport en bij het rangeren met de machine moeten de volgende punten in acht genomen worden:  Met deze machine mag niet aan het openbaar verkeer deelgenomen worden.  Bij transport is een snelheid van maximaal 5 km/h toegestaan. ...
  • Pagina 32: Trekdissel Monteren

    Transporteren / rangeren Trekdissel monteren VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten! Voor het transport of het rangeren moet de machine helemaal leeggemaakt en de trek- dissel gemonteerd worden.
  • Pagina 33: Trekker Aankoppelen

    Transporteren / rangeren 5.2.1 Trekker aankoppelen WAARSCHUWING! Beknellingsgevaar! Ernstige letsels en dood mogelijk! Personen die zich bij het aankoppelen tussen trekker en machine bevinden lopen ge- vaar voor letsel.  Stuur de trekker langzaam en aandachtig. Neem de gebruikershandleiding van de trekker altijd door.
  • Pagina 34: Steunpoten Op Transportstand Zetten (Optie)

    Transporteren / rangeren Steunpoten op transportstand zetten (optie) Aanwijzing Zet de steunpoten pas op transportstand als de trekdissel stevig met de trekker ver- bonden en beveiligd is. VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels. ...
  • Pagina 35: Machine Neerzetten

    Machine neerzetten Machine neerzetten Aan de volgende minimale eisen moet op de plek van toepassing zijn voldaan:  Stevige, vaste ondergrond  Vlak terrein zonder gaten in de vloerplaat. De machine moet horizontaal staan. Als de machine niet horizontaal staat moet de locatie uitgelijnd worden. ...
  • Pagina 36: Trekdissel Demonteren

    Machine neerzetten 2. Steunpoot (1) omlaagklappen. 3. Pen (3) als getoond monteren en met veerklem borgen. 4. Steunpoot door draaien aan de handslinger (2) op de grond laten zakken en belas- ten. Info Instelling aan alle steunpoten gelijkmatig uitvoeren. Trekdissel demonteren VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.
  • Pagina 37: Bunkerzijwand Van Transport- Naar Werkstand Omschakelen

    Machine neerzetten Bunkerzijwand van transport- naar werkstand omschakelen Info De hierna beschreven werkzaamheden moeten uitgevoerd worden als de linkerbun- kerzijwand van de machine voor transport ingeklapt is. Voor het transport wordt de linkerbunkerzijwand (1) van de stortbunker ingeklapt. Voordat de stortbunker in bedrijf gesteld kan worden moeten er montagewerkzaamhe- den uitgevoerd worden.
  • Pagina 38 Machine neerzetten Info Voor de hierna beschreven werkzaamheden dienen ter voorkoming van ongevallen de erkende technische regels voor het veilige en deskundige werken in acht worden ge- nomen. Het negeren kan personen en milieu alsmede de machine in gevaar brengen! Voor het begin van de werkzaamheden moet de gehele beschrijving aandachtig door- genomen worden! Open vragen moeten voor het begin van de werkzaamheden opge- helderd worden!
  • Pagina 39 Info De werkstappen 2 t/m 9 hoeven alleen bij machines met hydraulisch instelbaar stor- trubber uitgevoerd te worden! RH 20-45 en RH 24-45 2. Houder (1) en zijbalk links (2) demonteren. 3. Houder van de zijbalk demonteren. De houder is niet nodig voor de montage van de bunkerwand.
  • Pagina 40 Machine neerzetten RH 20-60 en RH 24-60 6. Houder (1) en zijbalk links (2) demonteren. 7. Houder van de zijbalk demonteren. De houder is niet nodig voor de montage van de bunkerwand. 8. Houder (1) en zijbalk rechts (2) demonteren.
  • Pagina 41 Machine neerzetten Info De volgende werkstappen moeten bij alle machinevarianten (RH 20-45 / 60 en RH 24- 45 / 60) uitgevoerd worden. 10. Houder (1) en draaiencoder (2) demonteren. (Alleen noodzakelijk als de machine met Capacity Control is uitgevoerd.) 11. Ketting (1) aan hijsvoorziening bevestigen en als getoond in het hijsoog (2) vastha- ken.
  • Pagina 42 De adapters zijn niet nodig voor de montage van de bunkerwand. Info De twee machinevarianten RH 20-45 / 60 en RH 24-45 / 60 verschillen qua lengte en breedte van de bunkerbodem. De demontage resp. montage van de bunkerzijwand is bij beide varianten gelijk.
  • Pagina 43 Machine neerzetten 17. Houders (1), (2), (3), (4) van de bunkerzijwand (5) demonteren. De houders zijn niet nodig voor de montage van de bunkerwand. 18. Bunkerzijwand (1) als getoond op het bunkerframe (2) plaatsen. De zijwand moet in de hiervoor bedoelde uitsparing vastgezet worden.
  • Pagina 44 Machine neerzetten RH 20-60 en RH 24-60 19. Schroefverbindingen tussen de houders (1), (2), (3), (4) en het bunkerframe (5) de- monteren. 20. Bunkerzijwand optillen. 21. Houders (1), (2), (3), (4) van de bunkerzijwand (5) demonteren. De houders zijn niet nodig voor de montage van de bunkerwand.
  • Pagina 45 Info De volgende werkstappen moeten bij alle machinevarianten (RH 20-45 / 60 en RH 24- 45 / 60) uitgevoerd worden. 23. Bij de montage van de bunkerwand moet er op worden gelet dat de afdichtstrook (2) juist gepositioneerd is om een optimale afdichting tussen bunkerwand (1) en bunkerbodem (3) te verkrijgen.
  • Pagina 46 Machine neerzetten 24. Schroefverbindingen (1) demonteren en hijsoog (2) verwijderen. Het hijsoog is niet meer nodig. 25. De schroefverbindingen moeten na afloop weer gemonteerd worden. 26. Beschermplaat (1) als getoond monteren. Schroefverbindingen (2) monteren en aandraaien.
  • Pagina 47 Machine neerzetten 27. Huder links (1) voor het stortrubber net als de houder rechts (2) monteren. 28. Stortrubber (3) aan de houders (1) en (2) monteren (optie). 29. Houder links (1) met schroefverbindingen (2) aan de bunkerzijwand monteren. De montage van de houder aan de rechterkant wordt precies zo uitgevoerd. 30.
  • Pagina 48 Machine neerzetten Info De werkstappen 31 t/m 33 hoeven alleen bij machines met een hydraulisch instelbaar stortrubber uitgevoerd te worden! 31. Zijbalk links (1) met schroefverbindingen (2) aan de bunkerzijwand monteren. 32. Rubber (1) en rail (2) monteren. De montage van de zijbalk aan de rechterkant van de machine wordt precies zo uitgevoerd.
  • Pagina 49 Machine neerzetten Info De volgende werkstappen moeten bij alle machinevarianten (RH 20-45 / 60 en RH 24- 45 / 60) uitgevoerd worden. 34. Houder (1) voor Capacity Control (optie) als getoond op de bunkerzijwanden (2) monteren. 35. Sensorhouder (3) monteren.
  • Pagina 50 Machine neerzetten 37. Kabel (1) voor Capacity Control (optie) van de bunkerzijwand naar de sensor leg- gen. Kabel aan de dwarsbuis (2) bevestigen, door het holle profiel (3) leiden en op de sensor (4) aansluiten. 38. Houder (1) en draaiencoder (2) als getoond monteren.
  • Pagina 51 Machine neerzetten Info De werkstappen 39 t/m 41 hoeven alleen aan de machinevarianten RH 20-60 en RH 24-60 uitgevoerd te worden! 39. Plaat (1) demonteren. Schroefverbindingen (2) demonteren. De platen (3) zijn niet nodig voor de montage. 40. Op de gedemonteerde plaat (1) moet het rubber (2) als getoond gemonteerd wor-...
  • Pagina 52 Machine neerzetten 41. De plaat (1) als getoond op de linkerbunkerzijwand (2) monteren. Info Werkstap 42 hoeft alleen bij machines uitgevoerd te worden die het optionele rangeer- hulp-signaal hebben! 42. De ontvanger (2) voor het lichtgordijn van het rangeerhulp-signaal aan de linker- bunkerzijwand moet uitgelijnd worden.
  • Pagina 53: Elektrische Voedingsleiding Aansluiten

    Machine neerzetten Elektrische voedingsleiding aansluiten GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Bij aanraking van de onder spanning staande onderdelen is er levensgevaar door elekt- rische stroom!  Om beschadigingen te voorkomen, moeten de verzorgingsleidingen zo worden ge- legd, dat deze niet kunnen worden beschadigd.
  • Pagina 54: Volt Aftakking (Optie)

    Machine neerzetten 6.4.1 400 Volt aftakking (optie) De machine kan optioneel worden uitgerust met een 400 Volt aftakking (1). De aftakking maakt de aansluiting van de volgende machines (bijv. verlengband) voor de afvoer van product en afval eenvoudiger. De aftakking moet met een aparte verlengkabel op het elektrische verzorgingsnet aan- gesloten worden.
  • Pagina 55: Bedieningsterminal Grimme Vc 50 Aansluiten

    Machine neerzetten 2. BUS-kabel van de bedieningsterminal aan de bus (2) van de machine insteken en vastdraaien. 6.5.2 Bedieningsterminal GRIMME VC 50 aansluiten Aanpak 1. Meegeleverde BUS-kabel aan de bus CAN-IN (1) op de bedieningsterminal inste- ken en vastdraaien. 2. Afsluitstekker op de bus CAN-OUT (2) op de bedieningsterminal aansluiten en va- stschroeven.
  • Pagina 56: Afgiftehoogte Instellen

    Machine neerzetten Afgiftehoogte instellen Info De volgende beschrijving geldt alleen voor de machinevarianten RH 24-80 C6, RH 24- 80 C9 en RH 24-80 CF. De afgiftehoogte van de stortbunker naar de volgende machine (bijv. kistenvuller) kan individueel ingesteld worden. De afgiftehoogte kan met de steunlieren (1) worden ingesteld.
  • Pagina 57 Bediening met GBT 831  Toets (1) of (2) bedienen houden tot de gewenste afgiftehoogte is bereikt. Toets (1) = afgiftehoogte vergroten. Toets (2) = afgiftehoogte verkleinen. Bediening met GRIMME VC 50 Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen. ...
  • Pagina 58 Machine neerzetten Bediening via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Afgiftehoogte vergroten Afgiftehoogte verkleinen 4. Zet na de instelling de hendel (2) op de getoonde stand. 5. Lijn de steunlieren (3) met de stelspindels (4) zo uit dat ze verticaal t.o.v. de ondergrond staan.
  • Pagina 59 Machine neerzetten 6. Monteer de handslinger (5) als getoond. 7. Laat de steunlieren (3) door draaien aan de handslinger (5) tot de grond zakken en belast ze. 8. Demonteer de handlsinger (5) en haak hem als getoond aan het machineframe vast en borg hem met veerstekkers.
  • Pagina 60: Bescherming Van De Sensor Demonteren

    Machine neerzetten Bescherming van de sensor demonteren Info De volgende beschrijving geldt alleen voor machines die met Capacity Control zijn uit- gevoerd. Voor het eerste gebruik van de machine de bescherming (1) van de sensor gedemon- teerd worden. De bescherming moet op een geschikte plaats bewaard en indien nodig weer gebruikt worden.
  • Pagina 61: Veiligheidsvoorzieningen En Afdekkingen Controleren

     Machine nooit met ontbrekende veiligheidsvoorzieningen of afdekkingen in bedrijf stellen!  Machine voor de eerste inbedrijfstelling op ontbrekende veiligheidsvoorzieningen of afdekkingen controleren en indien nodig de distributiepartner van GRIMME waar- schuwen!  Beschermingen en zijplaten voor de inbedrijfstelling vergrendelen! Voor de inbedrijfstelling van de machine moeten alle veiligheidsvoorzieningen en afdek- kingen op functionaliteit gecontroleerd en gesloten worden.
  • Pagina 62: Bedieningsterminal

    Bedieningsterminal Bedieningsterminal Hoofdbedieningsterminal 7.1.1 Bedieningsterminal GBT 831 De machinefuncties worden via folietoetsen bediend. Op iedere folietoets staat een symbool. Op het display kunnen waarden van de afzonderlijke functies weergegeven worden die met het scrollwieltje ingesteld kunnen worden. Basisfuncties Naam Functie Aan / Uit Machinebesturing inschakelen / uitschakelen.
  • Pagina 63 Bedieningsterminal Functietoewijzing van de folietoetsen Een gedeelte van de folietoetsen is met lichtdiodes uitgevoerd. Brandende diodes ge- ven aan of er automatische functies actief of machinefuncties ingeschakeld zijn. Toets Functie Verdere informatie Hydraulisch aggregaat inschakelen / ► Zie voor verdere informatie pagina 92. uitschakelen Flow Control inschakelen / uitschakelen ►...
  • Pagina 64 Bedieningsterminal Toets Functie Verdere informatie Turbo Clean voor voorsorteerwalsen ac- tiveren ► Zie voor verdere informatie pagina 152. Turbo Clean voor grondreinigingswalsen activeren Afstand van de grondreinigingswalsen in- ► Zie voor verdere informatie pagina 122. stellen Helling van de grondreinigingswalsen in- ►...
  • Pagina 65: Taal Selecteren

    Bedieningsterminal 7.1.2 Taal selecteren 1. Bladertoets (1) gedurende ca. 20 seconden ingedrukt houden om het diagnoseni- veau op te roepen. Ook kunnen de toetsen B en C tegelijkertijd ca. drie seconden worden bediend. Afhankelijk van de instelling verschijnt de volgende tekst: Taal Displayweergave Duits...
  • Pagina 66 Bedieningsterminal 3. Bladertoets indrukken. 4. Selecteer de gewenste taal in met het scrollwieltje. Afhankelijk van de taal verschijnt de volgende tekst: Taal Displayweergave Sprache Deutsch Duits language english Engels Nederlands taal nederlands langue francais Frans ВЫБОР: РУССКИЙ Russisch Pools jeszyk polski lengua esponol Spaans kieli suomalaine...
  • Pagina 67: Menustructuur

    1. Druk de bladertoets (1) zo vaak in tot de weergave Menu-einde verschijnt. 2. Bladertoets (1) indrukken om het menuniveau te verlaten. Taal Displayweergave Functie/betekenis GRIMME * RH Duits Melding bij het inschakelen van de bedieningsterminal. Engels GRIMME * RH...
  • Pagina 68 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Bunkerband: ___% Duits Snelheid van de bunkerbodem weergeven en instellen. ► Zie voor verdere informatie pagina 108. Bunkerfloor:___% Engels Bunkerband: ___% Nederlands Frans Fond mouvant___% Russisch ТР-Р БУНКЕР:___% Pools Taśma zbior:___% Spaans Cinta tolv: ___% Fins S„iliïel.: ___% Na.
  • Pagina 69 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Frakwalz.P1:___% Snelheid van de voorsorteerwalsen (pakket 1) weerge- ven en instellen. ► Zie voor verdere informatie pagina Engels frac.rol.P1:___% 141. Nederlands Frak.walsen1___% Roul.Fract.1___% Frans ФРАК. ВАЛ. П1:_% Russisch W.frakc.P1: ___% Pools Rod.Frac.P1:___% Spaans Jakot. P1: ___% Fins Italiaans...
  • Pagina 70 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Abfuhrband: ___% Snelheid van de afvoerbanden weergeven en instellen. ► Zie voor verdere informatie pagina 164. Engels Ref. Web: ___% Nederlands Afvoerband: ___% BandeTransp.___% Frans ПР. ТР-П:______% Russisch Tasma odpro:___% Pools Cint.Evac.: ___% Spaans Poistohih.: ___% Fins Italiaans Na.asporto: ___%...
  • Pagina 71 Bedieningsterminal Overzicht menuniveau 2 Menuniveau oproepen:  Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen.  Door de bladertoets nog een keer in te drukken beweegt men in het menu vooruit.  Terugbladeren: Toets C (3) en vervolgens de bladertoets indrukken. ...
  • Pagina 72 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Cap. Control: Capacity-Control inschakelen / uitschakelen. ► Zie voor verdere informatie pagina 111. Engels Cap. Control: Cap. Control: Nederlands Frans Cap. Control: Russisch Cap. Control: Cap. Control: Pools Spaans Cap. Control: Cap. Control: Fins Cap. Control: Italiaans Roemeens Cap.
  • Pagina 73 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Resthïhe _.__m Resthoogte die bij het uitschakelen in de bunker moet blijven liggen. Engels Rem. dist. _.__m ► Zie voor verdere informatie pagina 113. Resthoogte _.__m Nederlands Frans Haut.Resid._.__m Russisch ВЫС. ОСТАТ._.__m Poz.wys. _.__m Pools Spaans Alt.Rest.
  • Pagina 74 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Sens.Abgl. _.__m Sensorafstelling voor Capacity Control uitvoeren. ► Zie voor verdere informatie pagina 117. Engels Sens.Cali. _.__m Nederlands Sens.Inst. _.__m Tar.Capteur_.__m Frans HAСТР.СЕНСОР_._m Russisch Kalibr.czujn_._m Pools Ajus.Sens. _.__m Spaans Ant. tas. _.__m Fins Italiaans Cal.sensore_.__m Roemeens Calib.sen.
  • Pagina 75 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Frakw TC ATM Automatische Turbo Clean regeling voor voorsorteerwal- Engels frac.r.TC ATM ► Zie voor verdere informatie pagina 155. Nederlands TC Frak. ATM TC Roul.F.ATM Frans ФРАКЦ. ТС АТМ Russisch WFrak TC ATM Pools RFrac.TC AUTO Spaans Jakot.
  • Pagina 76 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits TC Intervall __m Automatisch Turbo Clean, intervaltijd instellen ► Zie voor verdere informatie pagina 157. Engels TC Interval T__m Nederlands TC Interval T__m Intervalle TC__m Frans ТС ПЕРИОДИЧН.__m Russisch TC Częstotl. __m Pools TC Intervalo __m Spaans TC aikav„li Fins...
  • Pagina 77 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits TC Erdw. P1+2 De grondreinigingswalsen pakketten 1 en 2 kunnen of samen danwel apart worden gereinigd. Engels clod r.TC 1+2 0 = Walspakketten worden afzonderlijk gereinigd Nederlands TC Grond P1+2 1 = Walspakketten worden samen gereinigd TC R.D.V.E.1+2 _ Frans C÷uP.
  • Pagina 78 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis FrakwTC Impuls__ Duits Voorsorteerwalsen: Aantal reinigingsimpulsen per reini- gingsinterval instellen. frac.r.TC puls__ Engels Instelbereik: 1 t/m 10 TC Frak.impuls__ Nederlands Frans TC R.F.V.Imp. __ Russisch ìPAK.TC ÎMиÊb__ Pools WFrak TC pulse__ Spaans RFrac.TCimpuls__ Fins JakotTC impuls__ Ru.fr.TC impul__ Italiaans CilfrTC impuls__...
  • Pagina 79 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits Betr.std ____._h Weergave van de actuele bedrijfsuren. Engels Op.hours ____._h Nederlands Bedr.uren____._h Heur.trav____._h Frans ЧАС РАБ. ____._h Russisch Robgodz. ____._h Pools Horas func.__._h Spaans K„yttït. _._h Fins Italiaans OreLav. _._h Roemeens Ore func _._h Tsjechisch Prov.hod _._h Hongaars...
  • Pagina 80: Mogelijke Waarschuwings- En Informatiemeldingen

    Bedieningsterminal 7.1.4 Mogelijke waarschuwings- en informatiemeldingen Hierna worden alle mogelijke meldingen aangegeven. Het kunnen foutmeldingen, waar- schuwingsmeldingen of algemene statusweergaven zijn. Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits NOT-AUS De stopschakelaar op de bedieningsterminal is bediend of het interne noodstop-circuit werd onderbroken. Engels Emergency Stop _ NOOD UIT Nederlands...
  • Pagina 81 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits !!Motorschutz!!_ De motorbeveilging is ingeschakeld. Motor laten afkoe- Engels !Motorprotection! !Motorbeveilig.! Nederlands Frans !Securite moteur! Russisch !РЕЛЕ МОТОРА!_ !!Zab.silnika !! Pools Spaans !!Guardamotor !! Fins !!Moott.suoja !! !!Salvamotore !! Italiaans Roemeens !! Prot.motor !! Tsjechisch !! Mot.jistic !! !!Motorvedelem!! Hongaars...
  • Pagina 82 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits ! Sensor n. OK ! Ingangsdiagnose: Engels ! sensor n. OK ! Sensor nicht ok ! Sensor n. OK ! Nederlands Frans ! Det.En Panne ! Russisch ! Ò¦¹¾¯± ´« OK ! ! Czujnik n.OK ! Pools Spaans ! Sensor no ok !
  • Pagina 83 Bedieningsterminal Taal Displayweergave Functie/betekenis Duits GRIMME Type ? Geen machinetype aanwezig. Engels GRIMME Type ? GRIMME distributiepartner of GRIMME service waar- schuwen. GRIMME Type ? Nederlands Frans GRIMME Type ? Russisch GRIMME T¯¶? GRIMME Type ? Pools Spaans GRIMME Tipo ?
  • Pagina 84: Bedieningsterminal Grimme Vc 50

    Bedieningsterminal 7.1.5 Bedieningsterminal GRIMME VC 50 Informatie over de machinebediening met deze bedieningsterminal staat in de apart meegeleverde gebruikershandleiding voor de GRIMME VC 50 en GRIMME CCI 100 / CCI 200 bedieningsterminal. 7.1.6 Toewijzing van de bedieningsterminal GRIMME VC 50 De volgende toewijzing is slechts een voorbeeld.
  • Pagina 85: Extra Bedieningscomponenten

    Bedieningsterminal Bedieningsniveau B (aanzicht GRIMME VC 50) bij uitvoering met grondreiniging- seenheid en tweetrapse voorsorteereenheid Extra bedieningscomponenten 7.2.1 Extra bedieningsterminal voor proefnemer Via de extra bedieningscomponenten kan de functie voor het nemen van proeven be- diend worden. Plaats de bedieningscomponent op een goed bereikbare plek aan de...
  • Pagina 86: Aanwijzingen Voor Het Gebruik

    Aanwijzingen voor het gebruik Aanwijzingen voor het gebruik Gedragsregels voor de inbedrijfstelling van de machine Houd vóór en tijdens het gebruik van de machine rekening met het volgende:  Machine nooit zonder toezicht laten draaien.  Machine regelmatig controleren op olielekkage. Defecte onderdelen onmiddellijk vervangen.
  • Pagina 87: Stop-Schakelaar Aan De Machine

    STOP-schakelaar op de hoofdbedieningsterminal  Bedieningsterminal GBT 831  Bedieningsterminal GRIMME VC 50 Door de STOP-schakelaar (1) te bedienen worden alle via de bedieningsterminal be- dienbare machineaandrijvingen uitgeschakeld. STOP-schakelaar aan de extra bedieningsterminal Als de machine met een proefnemer is uitgevoerd heeft de machine een extra STOP- schakelaar (1).
  • Pagina 88: Functiesymbolen

    Aanwijzingen voor het gebruik Functiesymbolen Symbool Betekenis Symbool Betekenis Motor stortbunker Motor II stortbunker Motor Tandem Hopper Motor proefneming Valhoogteherkenning Tandem Hop- Bunkerbodem Bunkerbodem Tandem Hopper Grondreinigingswalsen pakket 2 Grondreinigingswalsen pakket 1 Afstand grondreinigingswalsen Turbo Clean grondreinigingsrollen Voorsorteerwalsen pakket 1 Hoogte grondreinigingswalsen Hoogte voorsorteerwalsen Voorsorteerwalsen pakket 2...
  • Pagina 89: Knoppen / Weergavevelden

    Aanwijzingen voor het gebruik Knoppen / weergavevelden Afstand van de grondreinigings- en voorsorteer- Afstand van de voorsorteerwalsen instellen walsen instellen Afvoerbanden inschakelen / uitschakelen (Afhankelijk van de uitvoering van de machine Capacity-Control inschakelen / uitschakelen kunnen er maximaal vier afvoerbanden worden weergegeven.) Automatisch Turbo Clean voor grondreinigings- Automatisch Turbo Clean voor voorsorteerwal-...
  • Pagina 90 Aanwijzingen voor het gebruik Turbo Clean: Reinigingsinterval voor voorsor- Streefgewicht voor proefneming instellen teerwalsen instellen Turbo Clean: Reinigingsinterval voor voorsor- Adjustment Control: Toerentalweergave voor teerwalsen II instellen grondreinigings- en voorsorteerwalsen...
  • Pagina 91: Informatieveld

    Aanwijzingen voor het gebruik Informatieveld Het informatieveld bevindt zich op alle bedieningsniveaus op dezelfde plek. In het bovenste gedeelte van het informatieveld wordt de datum en de tijd aangegeven. In het onderste gedeelte worden machinespecifieke informaties (als bijv. bedrijfsuren) weergegeven. Met de pijltoetsen kan door de informatie worden gebladerd. Symbool Betekenis Bedrijfsurenteller Hoogte van het product op de bunkerbodem [cm]...
  • Pagina 92: Hydraulisch Aggregaat Inschakelen / Uitschakelen

    Aanwijzingen voor het gebruik Hydraulisch aggregaat inschakelen / uitschakelen GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Draaiende of bewegende machinedelen kunnen ernstige letsels tot gevolg hebben!  Bij het inschakelen van de aandrijving mag zich geen persoon op de machine of in de gevarenzone ervan bevinden.
  • Pagina 93: Hydraulisch Aggregaat Inschakelen

    Aanwijzingen voor het gebruik Variant 2  Directe starter (1) met segmentweergave 8.6.1 Hydraulisch aggregaat inschakelen Variant 1 Aanpak 1. Hoofdschakelaar (1) op 1 zetten. 2. Let er op dat de CAB-BUS leidingen aangesloten en alle STOP-schakelaars ont- grendeld zijn. 3.
  • Pagina 94  Toets (2) bedienen om het hydraulisch aggregaat in te schakelen. De LED brandt nadat de elektromotor is opgestart. Hydraulisch aggregaat met GRIMME VC 50 inschakelen  Functiesymbool oproepen. Hydraulisch aggregaat inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie)
  • Pagina 95: Beschrijving

    Aanwijzingen voor het gebruik Waarschuwingslampje Op het huis bevinden zich twee waarschuwingslampen. Index Symbool Beschrijving De fasen in de aansluitstekker zijn verwisseld. ► Zie voor verdere informatie pagina 98. Motorbeveiliging werd geactiveerd. ► Zie voor verdere informatie pagina 220. Variant 2 Aanpak 1.
  • Pagina 96  Toets (2) bedienen om het hydraulisch aggregaat in te schakelen. De LED brandt nadat de elektromotor is opgestart. Hydraulisch aggregaat met GRIMME VC 50 inschakelen  Functiesymbool oproepen. Hydraulisch aggregaat inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie)
  • Pagina 97 Aanwijzingen voor het gebruik Statusweergave / foutmeldingen De motorsturingsmodule Direct Start is van een segmentweergave met drie plaatsen voorzien die de actuele status van het apparaat aangeeft. Na het inschakelen van de hoofdschakelaars op positie (I) worden na elkaar de vol- gende parameters resp.
  • Pagina 98: Faseomkering

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.6.2 Faseomkering De aansluitstekker heeft een faseomkering (1). Als de waarschuwingsweergave gaat branden of als in de segmentweergave de fout- melding 532 wordt weergegeven, zijn de fasen in de aansluitstekker verwisseld. Ver- wijder de aansluitstekker en draai de faseschakelaar met een schroevendraaier 180° om de fasen te verwisselen.
  • Pagina 99 Aanwijzingen voor het gebruik Variant 2 Aanpak 1. Toets (2) bedienen om het hydraulisch aggregaat uit te schakelen. Alternatief kan het hydraulisch aggregaat via de bedieningsterminal worden uitgeschakeld. 2. Hoofdschakelaar (1) uitschakelen. Hydraulisch aggregaat met GBT 831 uitschakelen  Toets (1) bedienen om het hydraulisch aggregaat uit te schakelen.
  • Pagina 100: Hydraulisch Aggregaat Tegen Onbedoeld Inschakelen Beveiligen

    Aanwijzingen voor het gebruik Hydraulisch aggregaat met GRIMME VC 50 uitschakelen  Functiesymbool oproepen. Hydraulisch aggregaat inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie) Geen actie opgeslagen Geen actie opgeslagen 8.6.4 Hydraulisch aggregaat tegen onbedoeld inschakelen beveiligen Aanpak 1. Hydraulisch aggregaat uitschakelen. ► Zie voor verdere informatie pagina 98.
  • Pagina 101: Hydraulische Installatie

    (1) de hydraulische pomp aan, die zich in de tank voor hydraulische olie (2) bevindt. De hydraulische installatie wordt naar wens gevuld met Bio-olie of GRIMME-Fluid. Ver- schillende hydraulische vloeistoffen mogen in geen geval met elkaar vermengd worden. Met de temperatuurschakelaar (3) wordt de temperatuur van de hydraulische olie gecontroleerd.
  • Pagina 102: Vultrechter

    Aanwijzingen voor het gebruik Vultrechter WAARSCHUWING! Beknellingsgevaar! Ernstige letsels en dood mogelijk! Personen die zich bij het vullen van de stortbunker tussen transportvoertuig en machine bevinden lopen gevaar voor letsel.  Stuur het transportvoertuig langzaam en geconcentreerd.  Voordat u naar de bunker rijdt, moeten alle personen zich uit de gevarenzone tus- sen de stortbunker en de kipwagen begeven.
  • Pagina 103: Stortrubber Geveerd

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.8.2 Stortrubber geveerd De machine kan worden uitgevoerd met een geveerd stortrubber. Voor de aanpassing op verschillende transportvoertuigen kan het stortrubber qua hoogte ingesteld worden. Aanpak 1. Veerklem lostrekken en stortrubber (2) met de bok (1) op de gewenste hoogte in- stellen.
  • Pagina 104: Stortrubber Hydraulisch (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.8.3 Stortrubber hydraulisch (optie) De machine kan worden uitgevoerd met een hydraulisch instelbaar stortrubber (1). De hoogte van het stortrubber wordt via de aan de zijkant aangebrachte hydraulische cilin- der (2) ingesteld. De bediening van het hydraulische stortrubber gebeurt via een externe schakelaar (1) aan de stortbunker.
  • Pagina 105: Rangeerhulp-Signaal (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik Rangeerhulp-signaal (optie) Het rangeerhulp-signaal maakt het naderen naar de stortbunker eenvoudiger. Een lichtgrodijn (1) bewaakt het voorste gedeelte van de vultrechter. De aan de zijkant van de stortbunker aangebrachte lampen (2) zijn duurzaam ingeschakeld. Als het na- derende voertuig het lichtgordijn passeert, worden de lampen uitgeschakeld.
  • Pagina 106: Positie Van Het Lichtgordijn Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.9.1 Positie van het lichtgordijn instellen De positie van het lichtgordijn (1) kan via het gatenpatroon (2) op de gebruikte trans- portvoertuigen ingesteld worden. Aanpak 1. Hydraulisch aggregaat uitschakelen. ► Zie voor verdere informatie pagina 98. 2.
  • Pagina 107: Bunkerbodem

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.10 Bunkerbodem De bunkerbodem (1) transporteert het product naar de grondreinigingsvoorziening. De bunkerbodem wordt hydraulisch aangedreven. De bunkerbodemsnelheid kan traploos ingesteld worden. 8.10.1 Bunkerbodem met GBT 831 inschakelen / uitschakelen De bediening is op twee manieren mogelijk: Manuele bediening De bunkerbodem wordt apart ingeschakeld of uitgeschakeld.
  • Pagina 108: Bunkerbodemsnelheid Met Gbt 831 Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.10.2 Bunkerbodemsnelheid met GBT 831 instellen De snelheid van de bunkerbodem kan op de bedieningsterminal worden ingesteld. Aanpak 1. Bladertoets (1) indrukken om op menuniveau 1 te komen. 2. Druk zo vaak op de bladertoets (1) tot er afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt: Duits Bunkerband: ___%...
  • Pagina 109: Bunkerbodem Met Grimme Vc 50 Inschakelen / Uitschakelen En Bunkerbodemsnelheid Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.10.3 Bunkerbodem met GRIMME VC 50 inschakelen / uitschakelen en bunkerbodemsnelheid instellen  Functiesymbool oproepen. Bunkerbodem inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie) Bunkerbodemsnelheid instellen (instelling met het scrollwieltje) Bunkerbodemsnelheid opvoeren Bunkerbodemsnelheid reduceren...
  • Pagina 110: Capacity Control (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.11 Capacity Control (optie) Deze machinefunctie regelt de snelheid van de bunkerbodem automatisch en afhanke- lijk van de toevoer. Daardoor wordt bereikt dat een constante volumestroom verwerkt en afgevoerd wordt. De ultrasoon-sensor (1) geeft de signalen voor de aansturing van deze functie.
  • Pagina 111: Capacity Control Met Gbt 831 Instellen En Bedienen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.11.1 Capacity Control met GBT 831 instellen en bedienen De hierna beschreven instellingen worden altijd met de bladertoets (1) en het scrollwie- ltje (2) op de bedieningsterminal uitgevoerd. Capacity-Control inschakelen / uitschakelen 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen.
  • Pagina 112 Aanwijzingen voor het gebruik Restlediging inschakelen / uitschakelen Met de functie restleging kan worden ingesteld of bij automatisch uitschakelen van de installatie c.q. de bunkerbodem een resthoogte product in de stortbunker achter moet blijven. 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen.
  • Pagina 113 Aanwijzingen voor het gebruik Resthoogte instellen Met deze functie kan worden ingesteld, hoe hoog de resterende hoogte bij het automa- tisch uitschakelen moet zijn. 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen. 2. Druk de bladertoets (1) zo vaak in tot afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt.
  • Pagina 114: Capacity Control Met Grimme Vc 50 Inschakelen / Uitschakelen

    3. Gewenste instelling met het scrollwieltje (2) uitvoeren. De instelling van de inschakelvertraging gebeurt in [s]. Instelbereik: 0 tot 250 seconden. 8.11.2 Capacity Control met GRIMME VC 50 inschakelen / uitschakelen  Bedieningspaneel oproepen.  Knop (1) bedienen. Het veld krijgt een witte achtergrond.  Gewenste instelling met het scrollwieltje uitvoeren.
  • Pagina 115: Sensor Voor Capacity-Control Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.11.3 Sensor voor Capacity-Control instellen De ultrasoonsensor meet de afstand tussen de bunkerbodem c.q. het product. Hoe hoger het product op de bunkerbodem ligt, hoe lager de bunkersnelheid. Het bereik onder de 20 cm tot de sensor is het niet-ingestelde meetbereik. Hier is een optimale regeling van de snelheid niet meer mogelijk.
  • Pagina 116 !!Ajus.Sensor !! !!Ant. tasaus !! Fins !!Cal. sensore!! Italiaans !!Calibr. senz!! Roemeens !!Sensor srov.!! Tsjechisch !!Erzekel szab!! Hongaars Bediening met GRIMME VC 50 OP het display verschijnt de volgende waarschuwing: Symbool Betekenis Sensor instellen in de stortbunker niet met succes voltooid!
  • Pagina 117: Sensor Instellen

    Info Stel de sensor af als de bunkerbodem helemaal leeg is. Bediening met bedieningsterminal GRIMME VC 50 De berekende maat (B) kan aan parameter 518 gecontroleerd in indien nodig opnieuw ingesteld worden. De instelling gebeurt in [m]. ► Zie voor verdere informatie pagina...
  • Pagina 118: Grondreinigingseenheid

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.12 Grondreinigingseenheid De grondreinigingswalsen (1) reduceren of scheiden de grond van het product. De grondreinigingseenheid moet apart op het geoogste product worden afgesteld. Volgende instellingen zijn mogelijk:  Afstand van de grondreinigingswalsen mechanisch instellen  Afstand van de grondreinigingswalsen hydraulisch instellen (optie) ...
  • Pagina 119: Grondreinigingseenheid Met Negen Walsen (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.12.1 Grondreinigingseenheid met negen walsen (optie) De machine kan optioneel worden uitgerust met negen i.p.v. zes grondreinigingswal- sen. De grondreinigingseenheid (1) moet apart op het geoogste product worden afge- steld. Volgende instellingen zijn mogelijk:  Afstand van de grondreinigingswalsen mechanisch instellen ...
  • Pagina 120 Aanwijzingen voor het gebruik Grondreinigingswalsen 1-3 op dezelfde afstand instellen Info De hierna aangegeven montagevolgorde moet beslist nageleefd worden! Aanpak: 1. Hydraulisch aggregaat uitschakelen en elektrische voedingsleidingen scheiden! 2. Pen (1) demonteren. Voer deze instelling na elkaar aan beide zijden van de machine uit. 3.
  • Pagina 121 Aanwijzingen voor het gebruik 5. Pen (2) als getoond monteren en met veerklem borgen. Voer deze instelling na elkaar aan beide zijden van de machine uit. Info Voor de ombouw van de grondreinigingswalsen naar de uitgangspositie moeten de montagestappen in de omgekeerde volgorde uitgevoerd worden. Werkgedeelte van de grondreinigingswalsen 4-9 instellen Het werkgedeelte van de grondreinigingswalsen 4-9 kan alleen ingesteld worden als de grondreinigingswalsen 1-3 vooraf op dezelfde afstand zijn ingesteld.
  • Pagina 122: Afstand Van De Grondreinigingswalsen Mechanisch Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.12.2 Afstand van de grondreinigingswalsen mechanisch instellen GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Draaiende of bewegende machinedelen kunnen ernstige letsels tot gevolg hebben!  Alle werkzaamheden die de aanwezigheid in de gevarenzone vereisen, mogen uits- luitend uitgevoerd worden als de motor uitgeschakeld is.
  • Pagina 123  Toets (1) of (2) bedienen houden tot de gewenste walsafstand is bereikt. Toets (1) = Walsafstand vergroten. Toets (2) = Walsafstand verkleinen. Afstand van de grondreinigingswalsen met GRIMME VC 50 instellen Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen. ...
  • Pagina 124 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Walsafstand vergroten Walsafstand verkleinen Afstand van de grondreinigingswalsen weeregeven De ingestelde afstand van de grondreinigingswalsen kan op de schaal (1) afgelezen worden. De actuele afstand van de walsen wordt met een wijzer (2) aangegeven. Met behulp van de verschuifbare wijzer (3) kan de afstand van de walsen bijv.
  • Pagina 125: Helling Van De Grondreinigingswalsen Mechanisch Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.12.4 Helling van de grondreinigingswalsen mechanisch instellen VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten! ...
  • Pagina 126: Helling Van De Grondreinigingswalsen Hydraulisch Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.12.5 Helling van de grondreinigingswalsen hydraulisch instellen De hellingshoek van de grondreinigingswalsen kan traploos worden ingesteld. Basisinstelling:  Grondreinigingseenheid op middelste helling instellen. Info Een kleine hellingshoek van de grondreinigingseenheid verbetert de reinigingswerking: Bij een grotere productstroom moet u de hellingshoek evenredig vergroten. Info De volgende beschrijving geldt alleen voor de machinevarianten RH 24-80 C6, RH 24- 80 C9 en RH 24-80 CF.
  • Pagina 127 Toets (1) of (2) bedienen houden tot de gewenste helling is bereikt. Toets (1) = walsen steiler instellen. Toets (2) = walsen vlakker instellen. Helling van de grondreinigingswalsen met GRIMME VC 50 instellen Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen.
  • Pagina 128 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Walsen steiler instellen Walsen vlakker instellen...
  • Pagina 129: Toerental Van De Grondreinigingswalsen Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.12.6 Toerental van de grondreinigingswalsen instellen De machine kan met zes, acht of negen grondreinigingwalsen uitgevoerd zijn. Voor een optimale aanpassing op het product kan de snelheid van de grondreinigingswalsen 1- 3-5 (-7-9) en 2-4-6 (-8) apart van elkaar worden ingesteld: Grondreinigingswalsen 1-3-5 (-7-9) (pakket 1) Grondreinigingswalsen 2-4-6 (8) (pakket 2)
  • Pagina 130 Aanwijzingen voor het gebruik Grondreinigingswalsen met GBT 831 inschakelen / uitschakelen De bediening is op twee manieren mogelijk: Manuele bediening  Grondreinigingswalsen met toets (1) inschakelen / uitschakelen Info De voorsorteerwalsen worden tegelijkertijd ingeschakeld / uitgeschakeld. Automatische aanloopsturing Bij deze manier van bedienen worden de functies in een vastgelegde volgorde automa- tisch gestart.
  • Pagina 131 Aanwijzingen voor het gebruik Toerental van de grondreinigingswalsen met GBT 831 instellen De instelling voor de grondreinigingswalsen pakket 1 (P1) en voor de grondreinigings- walsen pakket 2 (P2) moet apart uitgevoerd worden. 1. Bladertoets (1) indrukken om op menuniveau 1 te komen. 2.
  • Pagina 132 Om beschadigingen aan het product te voorkomen, moet de snelheid zo laag mogelijk worden ingesteld. Info Een snelheidsverschil van de walspakketten kan onder droge omstandigheden leiden tot een verhoogd risico op beschadigingen! Grondreinigingswalsen met GRIMME VC 50 inschakelen / uitschakelen en toe- rental instellen Grondreinigingswalsen pakket 1  Functiesymbool oproepen.
  • Pagina 133 Aanwijzingen voor het gebruik Grondreinigingswalsen pakket 2  Functiesymbool oproepen. Grondreinigingswalsen inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie) Toerental van de grondreinigingswalsen instellen (instelling met het scrollwieltje) Toerental opvoeren Toerental reduceren Info De snelheid van de grondreinigingswalsen moet individueel op het product worden aangepast.
  • Pagina 134: Sorteereenheid

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.13 Sorteereenheid De voorsorteerwalsen (1) maken het voorsorteren van het product mogelijk. De sortee- reenheid kan ook als verlengde grondreinigingseenheid gebruikt worden. Volgende instellingen zijn mogelijk:  Afstand van de voorsorteerwalsen hydraulisch instellen.  Helling van de voorsorteerwalsen hydraulisch instellen. ...
  • Pagina 135  Toets (1) of (2) bedienen houden tot de gewenste walsafstand is bereikt. Toets (1) = Walsafstand vergroten. Toets (2) = Walsafstand verkleinen. Afstand van de voorsorteerwalsen met GRIMME VC 50 instellen Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen. ...
  • Pagina 136 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Walsafstand vergroten Walsafstand verkleinen Afstand van de voorsorteerwalsen weergeven De ingestelde afstand van de voorsorteerwalsen kan op de schaal (1) afgelezen wor- den. De actuele afstand van de walsen wordt met een wijzer (2) aangegeven. Met behulp van de verschuifbare wijzer (3) kan de afstand van de walsen bijv.
  • Pagina 137: Helling Van De Voorsorteerwalsen Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.13.2 Helling van de voorsorteerwalsen instellen De hellingshoek van de voorsorteerwalsen kan traploos worden ingesteld. De instelling gebeurt via de hydraulische motor (1). Info Bij de volgende instellingen stoppen de afvoerbanden en de productafvoerband draait nog maar zeer langzaam. Helling van de voorsorteerwalsen met GBT 831 instellen ...
  • Pagina 138 Aanwijzingen voor het gebruik Helling van de voorsorteerwalsen met GRIMME VC 50 instellen Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen.  De knoppen (1) of (2) op het display zo lang bedienen tot de gewenste helling is bereikt. Knop (1) = walsen steiler instellen.
  • Pagina 139: Toerental Van De Voorsorteerwalsen Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.13.3 Toerental van de voorsorteerwalsen instellen De machine is met zes voorsorteerwalsen uitgevoerd. Voor een optimale aanpassing aan het product kan de snelheid van de voorsorteerwalsen 1-3-5 en 2-4-6 apart van elkaar worden ingesteld. Voorsorteerwalsen 1-3-5 (pakket 1) Voorsorteerwalsen 2-4-6 (pakket 2)
  • Pagina 140 Aanwijzingen voor het gebruik Voorsorteerwalsen met GBT 831 inschakelen / uitschakelen De bediening is op twee manieren mogelijk: Manuele bediening  Voorsorteerwalsen met toets (1) inschakelen / uitschakelen Info De grondreinigingswalsen worden tegelijk ingeschakeld / uitgeschakeld. Automatische aanloopsturing Bij deze manier van bedienen worden de functies in een vastgelegde volgorde automa- tisch gestart.
  • Pagina 141 Aanwijzingen voor het gebruik Toerental van de voorsorteerwalsen met GBT 831 instellen De instelling voor de voorsorteerwalsen pakket 1 (P1) en de voorsorteerwalsen pakket 2 (P2) moet apart uitgevoerd worden. 1. Bladertoets (1) indrukken om op menuniveau 1 te komen. 2.
  • Pagina 142 3. Gewenst toerental met het scrollwieltje (2) instellen. Het toerental wordt in [%] weer- gegeven. 0 % = Walsen staan stil 100 % = Walsen draaien met maximum snelheid Voorsorteerwalsen met GRIMME VC 50 inschakelen / uitschakelen en toerental instellen Voorsorteerwalsen pakket 1 ...
  • Pagina 143 Aanwijzingen voor het gebruik Voorsorteerwalsen pakket 2  Functiesymbool oproepen. Voorsorteerwalsen inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie) Toerental van de voorsorteerwalsen instellen (instelling met het scrollwieltje) Toerental opvoeren Toerental reduceren Info Met dalende snelheid van de voorsorteerwalsen wordt de hoeveelheid uitgesorteerd product groter.
  • Pagina 144: Tweetrapse Voorsorteereenheid (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.14 Tweetrapse voorsorteereenheid (optie) De tweetrapse voorsorteereenheid bestaat uit twee walspakketten. Het eerste pakket (1) bevat zes voorsorteerwalsen. Het tweede pakket (2) bevat zeven voorsorteerwal- sen. De voorsorteerwalsen maken het voorsorteren van het product mogelijk. Functie en bediening van het eerste walspakket (1) is identiek aan de voorsorteereen- heid.
  • Pagina 145 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen.  De knoppen (1) of (2) op het display zo lang bedienen tot de gewenste walsafstand is bereikt. Knop (1) = Walsafstand verkleinen. Knop (2) = Walsafstand vergroten.  De procentweergave op het display (3) geeft de afstand van de walsen t.o.v.
  • Pagina 146: Helling Van De Voorsorteerwalsen Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.14.2 Helling van de voorsorteerwalsen instellen De hoek van de voorsorteerwalsen kan traploos worden ingesteld door de hydraulische cilinder (2) in of uit te schuiven. Bediening via het bedieningspaneel  Bedieningspaneel oproepen.  De knoppen (1) of (2) op het display zo lang bedienen tot de gewenste helling is bereikt.
  • Pagina 147: Toerental Van De Voorsorteerwalsen Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik Bediening via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Walsen steiler instellen Walsen vlakker instellen 8.14.3 Toerental van de voorsorteerwalsen instellen De zeven voorsorteerwalsen zijn verdeeld in twee pakketten. Voor de optimale aanpas- sing aan het product kan de snelheid van de voorsorteerwalsen 1-3-5-7 en 2-4-6 apart van elkaar worden ingesteld.
  • Pagina 148 Aanwijzingen voor het gebruik Voorsorteerwalsen 2-4-6 (pakket 2) Voorsorteerwalsen pakket 1  Functiesymbool oproepen. Voorsorteerwalsen inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie) Toerental van de voorsorteerwalsen instellen (instelling met het scrollwieltje) Toerental opvoeren Toerental reduceren...
  • Pagina 149 Aanwijzingen voor het gebruik Voorsorteerwalsen pakket 2  Functiesymbool oproepen. Voorsorteerwalsen inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie) Toerental van de voorsorteerwalsen instellen (instelling met het scrollwieltje) Toerental opvoeren Toerental reduceren...
  • Pagina 150: Adjustment Control(Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.15 Adjustment Control(Optie) Met behulp van de functie Adjustment Control kunnen de afstand en het toerental van de walsen van de afzonderlijke walspakketten voor de grondreinigings- en voorsortee- reenheid weergegeven worden.  Toerentalweergave voor grondreinigingswalsen (1) ...
  • Pagina 151 Aanwijzingen voor het gebruik De afstand van de grondreinigings- en voorsorteerwalsen kan met de pijltoetsen (1) op het display worden ingesteld. De procentweergave op het display (2) geeft de afstand van de walsen t.o.v. elkaar aan. Alternatief kan de bediening ook met de functiesymbolen uitgevoerd worden. Info Als de grondreinigings- en voorsorteerwalsen continu met maximum toerental worden aangedreven, moet de sensor worden gecontroleerd.
  • Pagina 152: Turbo Clean (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.16 Turbo Clean (optie) In de reinigingsmodus Turbo Clean (centrifugale reiniging) draaien de grondreinigings- walsen of voorsorteerwalsen zo snel dat vastzittende kluiten en het vuil eraf vallen. Bij het reinigen draaien de walsen op maximumsnelheid. Hiervoor worden alle andere func- ties van de machine uitgeschakeld.
  • Pagina 153: Turbo Clean Handmatig Activeren Grimme Met Vc 50

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.16.2 Turbo Clean handmatig activeren GRIMME met VC 50 VOORZICHTIG! Kans op letsel! Letsel mogelijk! Rondvliegende onderdelen kunnen in de buurt aanwezige personen raken en verwon- den.  Bij het klinken van het waarschuwingssignaal moet de gevarenzone onmiddellijk worden verlaten! ...
  • Pagina 154 Aanwijzingen voor het gebruik Turbo Clean voor voorsorteringsrollen  Functiesymbool oproepen. Reinigingsmodus inschakelen (ca. twee seconden bedienen) Reinigingsmodus vroeger beëindigen (opnieuw bedienen) (LED brandt bij ingeschakelde functie.) Voorsorteerwalsen (pakket 1) reinigen (De walsreiniging wordt uitgevoerd zolang de toets wordt bediend.) Voorsorteerwalsen (pakket 2) reinigen (De walsreiniging wordt uitgevoerd zolang de toets wordt bediend.) ...
  • Pagina 155: Turbo Clean Automatisch Activeren (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.16.3 Turbo Clean automatisch activeren (optie) Voor de automatische reiniging van de grondreinigings- resp. voorsorteerwalsen zijn er twee varianten:  Reinigen gedurende een vooraf ingestelde tijd De walsen worden gedurende de reinigingstijd met maximum toerental inge- schakeld.
  • Pagina 156 Aanwijzingen voor het gebruik Intervalschakeling inschakelen / uitschakelen De instelling voor de grondreinigingswalsen en de voorsorteerwalsen moet apart uitge- voerd worden. 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen. 2. Druk de bladertoets (1) zo vaak in tot afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt.
  • Pagina 157 Aanwijzingen voor het gebruik Reinigingsinterval voor voorsorteerwalsen instellen Omdat de grondreinigings- en voorsorteerwalsen in verschillende mate vervuild kunnen raken, kan het reinigingsinterval voor de voortsorteerwalsen apart ingesteld worden. 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen.
  • Pagina 158 Aanwijzingen voor het gebruik Tijd voor leeg draaien instellen De tijd waarin de walsen leegdraaien (vrij van aardappelen) voordat Turbo Clean start, kan worden ingesteld. 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen. 2. Druk de bladertoets (1) zo vaak in tot afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt.
  • Pagina 159 Aanwijzingen voor het gebruik Koppeling met restleging Turbo Clean kan aan de functie Resten verwijderen worden gekoppeld (alleen bij uitvo- ering met Capacity Control). 1. Bladertoets (1) gedurende ca. drie seconden indrukken om op menuniveau 2 te komen. 2. Druk de bladertoets (1) zo vaak in tot afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt.
  • Pagina 160: Intervalschakeling Voor Turbo Clean Met Grimme Vc 50 Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.16.3.2 Intervalschakeling voor Turbo Clean met GRIMME VC 50 instellen Om de machine op de betreffende omstandigheden aan te passen kunnen er verschil- lende instellingen uitgevoerd worden. Intervalschakeling inschakelen / uitschakelen De intervalschakeling kan voor de grondreinigings- en voorsorteerwalsen apart inge- schakeld of uitgeschakeld worden.
  • Pagina 161 Aanwijzingen voor het gebruik Reinigingstijd instellen De duur voor de reiniging van de walsen kan met de betreffende parameter ingesteld worden.  Parameters voor grondreinigingswalsen (► Zie voor verdere informatie pagina 207.)  Parameters voor voorsorteerwalsen (► Zie voor verdere informatie pagina 209.) ...
  • Pagina 162: Transportrichting Van De Afvoerbanden Na De Walsenreiniging Omschakelen

    Aanwijzingen voor het gebruik Intervaltijd instellen De intervaltijd is de tijd die tussen twee reinigingsprocedures ligt. De intervaltijd kan worden ingesteld. 1. Bedieningspaneel oproepen. 2. Knop (1) bedienen. Het veld krijgt een witte achtergrond. 3. De gewenste intervaltijd met het scrollwieltje instellen. Instelbereik: 1 tot 60 minuten 8.16.4 Transportrichting van de afvoerbanden na de walsenreiniging omschakelen...
  • Pagina 163: Afvoerbanden

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.17 Afvoerbanden Machines met grondreinigingseenheid De gescheiden grond valt op de grondafvoerband (1). De afvoer van het product naar de overdracht aan de volgende machine vindt plaats via de productafvoerband (2). Machines met grondreinigings- en voorsorteereenheid De gescheiden grond valt op de grondafvoerband (1).
  • Pagina 164: Afvoerbanden Inschakelen / Uitschakelen En Snelheid Instellen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.17.1 Afvoerbanden inschakelen / uitschakelen en snelheid instellen Afvoerbanden met GBT 831 inschakelen / uitschakelen De afvoerbanden kunnen in transportrichting rechts of links worden gestart:  Toets (1) = grondafvoerband rechts starten / stoppen.  Toets (2) = grondafvoerband links starten / stoppen. ...
  • Pagina 165 Aanwijzingen voor het gebruik Snelheid van de afvoerbanden instellen met de GBT 831 Op machines met grondreinigings- en sorteereenheid wordt de snelheid van de grondaf- voerband en sorteerafvoerband samen ingesteld. 1. Druk zo vaak op de bladertoets (1) tot er afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt: Abfuhrband: ___% Duits...
  • Pagina 166 Aanwijzingen voor het gebruik Snelheid van de productafvoerband met GBT 831 instellen(optie) OP machines met grondreinigings- en sorteereenheid kan de snelheid van de pro- ductafvoerband apart ingesteld worden. 1. Druk zo vaak op de bladertoets (1) tot er afhankelijk van de taal de volgende tekst op het display verschijnt: Produktband:___% Duits...
  • Pagina 167 Aanwijzingen voor het gebruik Afvoerbanden met GRIMME VC 50 inschakelen / uitschakelen Bediening via het bedieningspaneel De afvoerbanden kunnen in transportrichting rechts of links worden gestart:  Bedieningspaneel oproepen.  Toets (1) = grondafvoerband transportrichting links starten / stoppen. ...
  • Pagina 168 Aanwijzingen voor het gebruik Snelheid van de afvoerbanden instellen met GRIMME VC 50 Bediening van de grondafvoerband via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Snelheid grondafvoerband instellen (instelling met het scrollwieltje) Grondafvoerband transportrichting rechts starten / stoppen Grondafvoerband transportrichting links starten / stoppen...
  • Pagina 169 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening van de sorteerafvoerband via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Sorteerafvoerband transportrichting rechts starten / stoppen Sorteerafvoerband transportrichting links starten / stoppen Bediening van de sorteerafvoerband II via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Sorteerafvoerband transportrichting rechts starten / stoppen Sorteerafvoerband transportrichting links starten / stoppen...
  • Pagina 170 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening van de productafvoerband via het functiesymbool  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Snelheid productafvoerband instellen (instelling met het scrollwieltje) Productafvoerband transportrichting rechts starten / stoppen Productafvoerband transportrichting links starten / stoppen...
  • Pagina 171: Afvoerband Verschuiven

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.17.2 Afvoerband verschuiven VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten!  Instellingen aan de afvoerbanden alleen uitvoeren als de machine uitgeschakeld is. ...
  • Pagina 172: Top Clean-Afstrijkers

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.17.3 Top Clean-afstrijkers Alle afvoerbanden aan de machine worden met twee Top Clean-afstrijkers (1) uitgevo- erd. De afstrijkers zijn geschikt voor zware omstandigheden. Bij de werking verwijderen de afstrijkers aankoekende grond van de transportbanden. Bovendien kunnen de Top Clean-afstrijkers (1) als bandafsluitrail dienen.
  • Pagina 173 Aanwijzingen voor het gebruik Top Clean-afstrijkers omhoogklappen VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten!  Instellingen aan de afstrijkers alleen uitvoeren als de machine uitgeschakeld is. ...
  • Pagina 174: Valbreker (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik Terughoudplaat monteren VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten!  Instellingen aan de afstrijkers alleen uitvoeren als de machine uitgeschakeld is. ...
  • Pagina 175 Aanwijzingen voor het gebruik Info De volgende beschrijvingen gelden voor beide varianten van de valbreker. Helling van de valbreker instellen VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten! ...
  • Pagina 176 Aanwijzingen voor het gebruik Valbreker demonteren VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten!  Instellingen aan de afstrijkers alleen uitvoeren als de machine uitgeschakeld is. ...
  • Pagina 177: Valgeleider (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.17.5 Valgeleider (optie) Als het product bijv. in een opslagkist wordt getransporteerd kunnen op de afvoerband bovendien valgeleiders (1) aangebracht worden. De valgeleiders reduceren de val- hoogte en besturen de productstroom. In het begin van de kistvulling bevinden de valgeleiders (1) zich op de laagste stand en worden door het stijgende vulpeil in de opslagkist omhooggedrukt.
  • Pagina 178: Proefneming (Optie)

    8.18.1 Functieverloop van de proefneming Stap 1: De proefneming kan via de extra bedieningsterminal of via de bedieningsterminal GRIMME VC 50 gestart worden. Bediening via de extra bedieningsterminal  Tuimelschakelaar (1) gedurende ca. twee seconden op stand (2) zetten.
  • Pagina 179 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening via de bedieningsterminal GRIMME VC 50  Functiesymbool oproepen. Proefneming inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie.) Proefneming aan: Geen actie opgeslagen Proefneming uit: proefband in transportrichting zijafvoerband starten / stoppen Proefneming aan: Geen actie opgeslagen...
  • Pagina 180 Aanwijzingen voor het gebruik Stap 4: De proefband (1) wordt naar de bunkerbodem toe bewogen en op afgiftepositie gezet. Als de proefband de afgiftepositie bereikt, wordt de weegschaal getarreerd. Vervolgens worden de proefband (1), de zijafvoerband (2) en de bunkerbodem weer ingeschakeld. De bunkerbodem wordt met een vooraf ingestelde afgiftesnelheid aangestuurd.
  • Pagina 181 Aanwijzingen voor het gebruik Stap 6: Na de proefneming wordt de proefband (1) op beginstand gezet. Stap 7: Als de proefband de beginstand heeft bereikt, wordt fr bunkerbodem met de als laatste ingestelde snelheid aangestuurd. De proefband wordt voor een vooraf ingestelde tijd in transportrichting bunkerbodem ingeschakeld.
  • Pagina 182: Combinatie Van De Proefneming Met Andere Functies

    Als de tuimelschakelaar op de extra bedieningsterminal niet wordt meer bediend, wordt het aparte hydraulische aggregaat na een vooraf ingestelde tijd uitgeschakeld. De LED in de AUTO-toets op de bedieningsterminal GRIMME VC 50 dooft. Info De proefneming kan op ieder tijdstip via de extra bedieningsterminal of met het func- tiesymbool op de bedieningsterminal GRIMME VC 50 gestopt worden.
  • Pagina 183: Proefband Met De Hand Positioneren

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.18.3 Proefband met de hand positioneren Bij een onderbreking van de proefneming (bijv. door bediening van de STOP- schakelaar) moet de proefband (1) met de hand teruggebracht worden naar de begin- stand. Bediening  Functiesymbool oproepen. Motor voor proefneming inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie.) Geen actie opgeslagen...
  • Pagina 184: Zijafvoerband Met De Hand Inschakelen

    Aanwijzingen voor het gebruik  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen Proefband op beginstand zetten Proefband op afgiftepositie zetten 8.18.4 Zijafvoerband met de hand inschakelen De zijafvoerband (2) kan apart ingeschakeld worden. Het handmatige inschakelen kan alleen bij een uitgeschakelde proefneming uitgevoerd worden.
  • Pagina 185  Tuimelschakelaar (1) op positie (3) zetten. De zijafvoerband wordt ingeschakeld zolang de tuimelschakelaar omlaag op stand (3) geschakeld wordt. Bediening via de bedieningsterminal GRIMME VC 50  Functiesymbool oproepen. Motor voor proefneming inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie.)
  • Pagina 186: Proefband Verschuiven

    Aanwijzingen voor het gebruik  Functiesymbool oproepen. Geen actie opgeslagen (De LED-lamp knippert bij ingeschakelde functie.) Zijafvoerband transportrichting rechts starten / stoppen Zijafvoerband transportrichting links starten / stoppen 8.18.5 Proefband verschuiven VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels. ...
  • Pagina 187: Weegschaal Voor Proefneming

    De waarschuwingsmelding wordt op het LCD- display en op de bedieningsterminal GRIMME VC 50 weergegeven. Nadat het monster in de verzamelbak is getransporteerd, dooft de waarschuwingsmelding.
  • Pagina 188 Aanwijzingen voor het gebruik Symbolen op het LCD-display De volgende symbolen kunnen op het LCD-display weergegeven worden: Index Betekenis Weergave van het actuele gewicht van het monster Weergave voor weegcellen 1 - 4 in bedrijf = foutmelding In diagnosemodus = selectie van de weegcel Weergave van het streefgewicht van het monster Overige tijd voor de proefneming Statusweergave: Weging is actief...
  • Pagina 189 De volgende symbolen kunnen op het LCD-display weergegeven worden: Displayweer- Betekenis Oplossing gave STC-module is niet op de Neem contact op met de GRIMME Error 1 CAN-bus aangemeld. distributiepartner. Kabelbreuk aan een Neem contact op met de GRIMME Error 2 weegcel distributiepartner.
  • Pagina 190 Error 5 (2) gegeven. Het actuele gewicht wordt op het LCD- display weergegeven. Als er op het LCD-display een waarschuwingsmelding wordt weergegeven, verschijnt er tegelijk een waarschuwingsmelding op de bedieningsterminal GRIMME VC 50. ► Zie voor verdere informatie pagina 223. Gewicht van het monster instellen 1.
  • Pagina 191 Aanwijzingen voor het gebruik Weegschaal tarreren  Functiesymbool oproepen. Weegschaal tarreren (ca. drie seconden indrukken) (LED brandt bij ingeschakelde functie) Geen actie opgeslagen Geen actie opgeslagen...
  • Pagina 192: Platform Voor Proefneming (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.18.7 Platform voor proefneming (optie) VOORZICHTIG! Kans op letsel! Letsel mogelijk! Kans op vallen bij het betreden / bij het verblijf op het platform.  Voor het betreden van het platform moet de parkeerrem aan de wielen worden be- diend.
  • Pagina 193 Aanwijzingen voor het gebruik 8.18.7.1 Steun omlaagklappen. Voor het betreden van het platform moet de steun (1) omlaag worden geklapt: Aanpak: 1. Veerklem lostrekken en pen (2) demonteren. 2. Steun (1) omlaagklappen. 3. Pen (2) monteren en met veerklem borgen. Info Voor het omhoogklappen van de steun moeten de werkstappen in de omgekeerde vol- gorde uitgevoerd worden.
  • Pagina 194 Aanwijzingen voor het gebruik Kistengoot zwenken VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels.  Let bij het bewegen of omklappen van verschuifbare of draaibare onderdelen op plet- en snijpunten. Voor de aanpassing op de betreffende omstandigheden kan de kistengoot (3) opzijge- zwenkt worden.
  • Pagina 195: Flow Control

    De programmaverlopen Flow Control START en Flow Control STOP kunnen door de bediener bekeken en gewijzigd worden. De algemene aanpak is beschreven in de apart meegeleverde gebruikershandleiding voor de GRIMME VC 50 en GRIMME CCI 100 / CCI 200 bedieningsterminal.
  • Pagina 196 Aanwijzingen voor het gebruik Inschakelvertraging voor Symbool Actie Beschrijving de volgende functie Grondreinigingswalsen (pakket 1) worden inge- 1,0 s schakeld. 0,0 s Bunkerbodem wordt ingeschakeld. Programmeervoorbeeld Flow Control STOP De volgende programmering is slechts een voorbeeld. Afhankelijk van de uitvoering van de machine kan de programmering er anders uitzien.
  • Pagina 197: Flow Control Inschakelen / Uitschakelen

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.19.1 Flow Control inschakelen / uitschakelen GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Ondanks alle veiligheidsmaatregelen kan niet worden uitgesloten dat er nog een rest- risico voor ongevallen bestaat. Spelende kinderen kunnen bijvoorbeeld tijdens de au- tomatische werking in een gevarenzone van de machine komen en zo gewond raken.
  • Pagina 198: Flow Control-Lijnbesturing (Optie)

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.20 Flow Control-lijnbesturing (optie) Met de functie Flow Control kunnen alle machines binnen een inschuurlijn vanaf een bedieningsterminal met een vastgelegde volgorde ingeschakeld en uitgeschakeld wor- den. Een inschuurlijn bestaat normaal gesproken uit een stortbunker, meerdere transport- banden en een eindapparaat (hallenvuller of kistenvuller).
  • Pagina 199 Aanwijzingen voor het gebruik Inschuurlijn zonder hallenvuller resp. kistenvuller De functie Flow Control wordt hierbij uitsluitend bediend via de bedieningsterminal van de stortbunker. Info Voor deze bedrijfsmodus moet de afsluitstekker gebruikt worden. ► Zie voor verdere informatie pagina 200. Inschakelproces Na het inschakelen van de functie Flow Control wordt eerst de laatste transportband ingeschakeld.
  • Pagina 200: Machines Met Flow Control Verbinden

    Aanwijzingen voor het gebruik 8.20.2 Machines met Flow Control verbinden 1. Zorg ervoor dat alle machines van deze inschuurlijn uitgeschakeld zijn. 2. Alle machines met de 13-polige stekkerkoppelingen (1) na elkaar met elkaar verbinden. Afsluitstekker Met de afsluitstekker (2) is het mogelijk om een inschuurlijn ook zonder hallenvuller resp.
  • Pagina 201: Externe Apparaten Met De Flow Control-Lijnbesturing Inschakelen / Uitschakelen (Optie)

    Externe apparaten met de Flow Control-lijnbesturing inschakelen / uitschakelen (optie) Met behulp van de optioneel verkrijgbare uitschakelbouwgroep voor externe apparaten (AFG-Box) stelt GRIMME een interface beschikbaar om ook externe apparaten via de Flow Control-lijnbesturing in- en uit te kunnen schakelen. De AFG-Box is in verschil- lende uitvoeringen verkrijgbaar.
  • Pagina 202 Aanwijzingen voor het gebruik Bediening met GRIMME VC 50  Functiesymbool oproepen. Flow Control inschakelen / uitschakelen (LED brandt bij ingeschakelde functie.) Geen actie opgeslagen Geen actie opgeslagen...
  • Pagina 203: Programmeer- En Diagnosemenu

    Programmeer- en diagnosemenu Het programmeer- en diagnosemenu dient voornamelijk voor de GRIMME servicetech- nicus / GRIMME distributiepartner bij het opsporen van fouten en bij reparatie werk- zaamheden. Bovendien kunnen parameterwaarden van afzonderlijke machinefuncties in het programmeer- en diagnosemenu gewijzigd of aangepast worden.
  • Pagina 204 Programmeer- en diagnosemenu Niveau A Niveau B Niveau C Niveau D Voorsorteer- Macro (systeem) walsen pakket Afstand van de voorsorteerwal- Hoogte van de voorsorteerwal- Turbo Clean van de voorsor- teerwalsen Grondafvoer- band Sorteerafvoer- band Turbo Clean automatische regeling Dwarsafvoer- band Proefneming (proefband met de hand positi-...
  • Pagina 205: Machineparameters

    Sommige machinefuncties zijn van parameters voorzien die door de operator gewijzigd kunnen worden. Voordat er parameterwaarden worden gewijzigd moet de operator het hoofdstuk "Para- meterwaarden van de afzonderlijke machinefuncties wijzigen" in de apart meegeleverde gebruikershandleiding van de bedieningsterminal van GRIMME in acht genomen wor- den. Parameteroverzicht Motor...
  • Pagina 206 Programmeer- en diagnosemenu Grondreinigingswalsen (pakket 2) Parameters Toelichting Aan deze parameter kan de sensor voor de toerentalregeling van de grondreini- gingswalsen ingeschakeld of uitgeschakeld worden. 0 = sensor niet ok / regeling is uitgeschakeld. 1 = sensor ok / regeling is ingeschakeld. Grondreinigingswalsen afstand instellen Parameters Toelichting...
  • Pagina 207 Programmeer- en diagnosemenu Turbo Clean grondreinigingsrollen Parameters Toelichting Automatisch Turbo Clean inschakelen / uitschakelen 0 = automatisch Turbo Clean uitgeschakeld 1 = automatisch Turbo Clean ingeschakeld (reiniging gedurende een vooraf in- gestelde tijd) 2 = automatisch Turbo Clean ingeschakeld (impulsreiniging) Leeglooptijd De tijd waarin de walsen leeg draaien (vrij van aardappelen) voordat Turbo Clean start, kan worden ingesteld.
  • Pagina 208 Programmeer- en diagnosemenu Afstand van de voorsorteerwalsen instellen Parameters Toelichting Aan deze parameter wordt de snelheid ingesteld waarmee de walsafstand wordt ingesteld. Instelbereik: 0 % – 100 % Bij het instellen van de walsafstand wordt er een waarschuwingssignaal gege- ven. 0 = Waarschuwingssignaal uit (standaard) 1 = Waarschuwingssignaal aan Aan deze parameter wordt de minimale walsafstand ingesteld.
  • Pagina 209 Programmeer- en diagnosemenu Turbo Clean voorsorteerrollen Parameters Toelichting Automatisch Turbo Clean inschakelen / uitschakelen 0 = automatisch Turbo Clean uitgeschakeld 1 = automatisch Turbo Clean ingeschakeld (reiniging gedurende een vooraf in- gestelde tijd) 2 = automatisch Turbo Clean ingeschakeld (impulsreiniging) Leeglooptijd De tijd waarin de walsen leeg draaien (vrij van aardappelen) voordat Turbo Clean start, kan worden ingesteld.
  • Pagina 210 Programmeer- en diagnosemenu Turbo Clean automatische regeling Parameters Toelichting Reinigingstijd Aan deze parameter wordt de duur van de reiniging van een walspakket inge- steld. Instelbereik: 0 – 60 seconden Intervaltijd De intervaltijd is de tijd die tussen twee reinigingsprocedures ligt. Instelbereik: 0 - 60 minuten Leeglooptijd De tijd waarin de walsen leeg draaien (vrij van aardappelen) voordat Turbo...
  • Pagina 211 Programmeer- en diagnosemenu Na het reinigen van de walspakketten wordt de sorteerfavoerband II voor de hier ingestelde tijd tegen de transportrichting in ingeschakeld. Instelbereik: 0 – 20 seconden Als deze waarde op 0 seconden wordt ingesteld wordt de transportrichting niet omgekeerd.
  • Pagina 212 Programmeer- en diagnosemenu Weeg voor proefneming Parameters Toelichting Aan deze parameter wordt het streefgewicht van het monster ingesteld. Instelbereik: 0,1 kg – 100,0 kg Aan deze parameter wordt ingesteld voor welke weegcel de diagnose op het LCD-display wordt weergegeven. 0 = geen weegcel geselecteerd, machine in bedrijfstoestand 1 = diagnose van weegcel 1 2 = diagnose van weegcel 2 3 = diagnose van weegcel 3...
  • Pagina 213 Programmeer- en diagnosemenu Voorsorteerwalsen II (pakket 2) Parameters Toelichting Aan deze parameter kan de sensor voor de toerentalregeling van de voorsor- teerwalsen in- of uitgeschakeld worden. 0 = sensor niet ok / regeling is uitgeschakeld. 1 = sensor ok / regeling is ingeschakeld. Afstand van de voorsorteerwalsen II instellen Parameters Toelichting...
  • Pagina 214 Programmeer- en diagnosemenu Turbo Clean voorsorteerwalsen II Parameters Toelichting Automatisch Turbo Clean inschakelen / uitschakelen 0 = automatisch Turbo Clean uitgeschakeld 1 = automatisch Turbo Clean ingeschakeld (reiniging gedurende een vooraf in- gestelde tijd) 2 = automatisch Turbo Clean ingeschakeld (impulsreiniging) Leeglooptijd De tijd waarin de walsen leeg draaien (vrij van aardappelen) voordat Turbo Clean start, kan worden ingesteld.
  • Pagina 215 Programmeer- en diagnosemenu Bunkerbodem Parameters Toelichting Capacity-Control inschakelen / uitschakelen 0 = uitgeschakeld 1 = ingeschakeld Restlediging inschakelen / uitschakelen 0 = restleging uit = er blijft een rest achter in de stortbunker. 1 = restleging aan = de stortbunker wordt volledig geleegd. Aan deze parameter kan ingesteld worden of na het herkennen van de minimum resthoogte ofwel de stortbunker of alle met Flow Control verbonden machines uitgeschakeld moeten worden.
  • Pagina 216 Programmeer- en diagnosemenu Tandem Hopper Parameters Toelichting Aan deze parameter kan de maximum snelheid van de bunkerbodem voor trap 1 ingesteld worden. Instelbereik: 0 – 100 % Aan deze parameter kan de minimale druk voor het omschakelen van de bun- kerbodem van trap 1 (langzaam) naar trap 2 (middel) ingesteld worden.
  • Pagina 217 Programmeer- en diagnosemenu Tandem Hopper valhoogteherkenning Parameters Toelichting Aan deze parameter kan de minimale afgiftehoogte waarheen de stortbunker TH kan worden neergelaten, ingesteld worden. Instelbereik: 0,0 – 90,0° Aan deze parameter kan de maximum afgiftehoogte waarheen de stortbunker TH kan worden opgetild, ingesteld worden. Instelbereik: 0,0 –...
  • Pagina 218: Stopzetten

    Stopzetten Stopzetten Voer de volgende stappen na elkaar uit: 1. Hydraulisch aggregaat uitschakelen. ► Zie voor verdere informatie pagina 98. 2. Machine van de voeding scheiden  Hoofdschakelaar (2) op "0" zetten en elektrische voedingskabel (1) losnemen. 3. Maschine overeenkomstig de aanwijzingen in het hoofdstuk Reinigen van de machine reinigen.
  • Pagina 219: Storing, Oorzaak En Oplossing

    Sommige maatregelen voor het verhelpen van oorzaken mogen uitsluitend door de GRIMME distributiepartner uitgevoerd worden. Deze maatregelen voor de oplossing zijn op de volgende lijst van de aanwijzing "Neem contact op met de GRIMME distributiepartner" voorzien. 11.1 Transportbanden...
  • Pagina 220: Hydraulisch Aggregaat

    STOP-schakelaar bediend. Alle STOP-schakelaars ontgrende- len. Machinebesturing niet inge- Machinebesturing inschakelen. ► schakeld. Zie voor verdere informatie pagina Bedieningsterminal defect (storing Neem contact op met de GRIMME op CAN-bus) distributiepartner. Motorveiligheidsschakelaar geac- Spanningsvoorziening uitgevallen Elektrische voedingsleiding en tiveerd aansluitstekker controleren.
  • Pagina 221: Grondreinigings- En Voorsorteerwalsen

    ► Zie voor verdere infor- mum toerental aangedreven. matie pagina 221. Toerental van de grondreinigings- Sensor van de toerentalregeling Neem contact op met de GRIMME en voorsorteerwalsen kan niet ge- Adjustment Control defect. distributiepartner. regeld worden. Toerentalregeling deactiveren.
  • Pagina 222: Verstoppingen In De Machine

    Storing, oorzaak en oplossing 11.4 Verstoppingen in de machine GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels mogelijk! Draaiende of bewegende machineonderdelen kunnen ledematen intrekken of afsnijden.  Alle werkzaamheden die het verblijf in de gevarenzone vereisen, mogen uitsluitend bij een uitgeschakelde motor uitgevoerd worden. ...
  • Pagina 223: Waarschuwingsmeldingen

    Storing, oorzaak en oplossing 11.5 Waarschuwingsmeldingen In bepaalde situaties worden er waarschuwingen op de bedieningsterminal aangegeven. Alle waarschuwingen (symbolen) die op de bedieningsterminal kunnen verschijnen, zijn genummerd. Aan de hand van de rode nummers kan het symbool aan de lijst worden toegewezen. Nummer Symbool Betekenis Oplossing...
  • Pagina 224 Beschermhek monteren. beschermstand STC-module is niet op de Kabelverbinding controleren. CAN-bus aangemeld. Neem contact op met de GRIMME distributiepartner. Proefband heeft de Proefband met de hand op beginstand zetten. ► Zie uitgangspositie niet bereikt. voor verdere informatie pagina 183. Kabelverbinding controleren.
  • Pagina 225 Oplossing LCD-display is niet op de Kabelverbinding controleren. CAN-bus aangemeld. Neem contact op met de GRIMME distributiepartner. Proefneming werd geannuleerd omdat het vereiste ge- wicht van het monster niet binnen de vooraf ingestelde Maximum tijd werd over- tijd werd bereikt.
  • Pagina 226: Maatregelen Na Het Gebruik

    Maatregelen na het gebruik Maatregelen na het gebruik 12.1 Reinigen van de machine Voor een storingsvrije werking is een regelmatige reiniging van de machine beslist noodzakelijk. Het negeren van de volgende beschrijvingen kan tot verkeerde functies of voortijdige slijtage van de machine of van afzonderlijke componenten leiden. In dit geval is uitsluitend de exploitant verantwoordelijk voor eventueel opgetreden schade! 12.1.1 Aanwijzingen voor de machinereiniging met hogedrukapparatuur...
  • Pagina 227 Maatregelen na het gebruik Algemene reinigingszones Reinig de machine na ieder gebruik grondig om slijtage te voorkomen. De volgende aanwijzingen moeten in acht worden genomen:  Reinig de hele machine grondig aan binnen- en buitenkant. Vuil trekt vocht aan en leidt tot roestvorming! ...
  • Pagina 228 Maatregelen na het gebruik  Bunkerketting  Koelribben en luchtfilter van de elektromotor uitblazen.  Oliekoeler met met perslucht uitblazen.. Info Verontreinigde koelribben beïnvloeden de functie van de oliekoeler. De machine kan door oververhitte hydraulische olie uitgeschakeld worden. Daarom is het van groot belang dat de oliekoeler regelmatig gereinigd wordt. ...
  • Pagina 229 Maatregelen na het gebruik  Grondreinigingseenheid  Sorteereenheid  Overdracht afvoerband (afvoerbanden)  Afstrijkers aan de transportbanden...
  • Pagina 230: Machine Opbergen

    Maatregelen na het gebruik 12.2 Machine opbergen Milieumaatregel Voer reinigingswerkzaamheden uitsluitend uit op speciale wasplaatsen. Stoffen die schadelijk zijn voor het milieu als bijv. oliën, vetten en rubber moeten opgevangen en volgens de voorschriften weggedaan worden. Milieumaatregel De machine mag na gebruik niet worden bespoten met minerale olie om deze te be- schermen tegen roestvorming.
  • Pagina 231: Onderhoud

    GRIMME distributiepartner verantwoordelijk.  de GRIMME distributiepartner van de dealer de maatregelen uitvoert die de bediener van de machine niet mag uitvoeren of bij gebrek aan technische mogelijkheden (bijv. een ontbrekende hijskraan) niet kan uitvoeren.
  • Pagina 232: Onderhoudsrooster Voor De Gebruiker Van De Machine

    Deze maatregelen moeten door de operator van de machine beslist worden uitgevoerd. De uitgevoerde maatregelen en tijdstippen moeten intern gedocumenteerd worden. De exploitant van de machine moet de onderhoudsintervallen controleren en is er verantwoordelijk voor dat de machine op tijd door de GRIMME distributiepart- ner wordt gecheckt. Onderhoudsintervallen...
  • Pagina 233: Onderhoudsrooster Voor De Grimme Distributiepartner

    13.1.2 Onderhoudsrooster voor de GRIMME distributiepartner Info Deze maatregelen moeten door de GRIMME distributiepartner in het kader van de vo- orgeschreven inspecties uitgevoerd worden. De uitgevoerde maatregelen en tijdstip- pen moeten intern gedocumenteerd worden. De exploitant van de machine moet de onderhoudsintervallen controleren en is er verantwoordelijk voor dat de machine op tijd door de GRIMME distributiepart- ner wordt gecheckt.
  • Pagina 234: Onderhoudsrooster Voor De Grimme Service-Technicus

    13.1.3 Onderhoudsrooster voor de GRIMME service-technicus Info Deze maatregelen mogen en moeten alleen door de servicetechnicus van GRIMME in het kader van de voorgeschreven inspecties uitgevoerd worden. De uitgevoerde maatregelen en tijdstippen moeten intern gedocumenteerd worden. De onderhoudswerkzaamheden van de GRIMME service-technicus zijn beperkt tot op af fabriek aangegeven ombouwmaatregelen en software-actualisaties.
  • Pagina 235: Inspectie / Instandhouding

     De volgende onderhoudsaanwijzingen moeten erbij helpen om de GRIMME-produc- ten te allen tijde bedrijfsklaar en veilig in gebruik en op de openbare weg te hebben en de hoge waarde van de GRIMME-producten door zorgvuldig onderhoud en de bewaking door de service te behouden.
  • Pagina 236: Bestellen Van Onderdelen

    Aanwijzing Gebruik bij de vervanging van elektrische of hydraulische onderdelen uitsluitend origi- nele onderdelen van GRIMME. Het gebruik van andere onderdelen kan leiden tot sto- ringen. Bij het bestellen van toebehoren en onderdelen zijn het machinetype alsook het identi- ficatienummer belangrijk.
  • Pagina 237: Laswerkzaamheden

    ► Zie voor verdere informatie pagina 218.  Laswerkzaamheden mogen uitsluitend door ervaren deskundig personeel uitgevoerd worden. Waarschuw indien nodig de distributiepartner van GRIMME.  Bevestig de massaklem van het lasapparaat altijd aan of dicht bij het te lassen...
  • Pagina 238 (bijv. MDA) en uitbreidingsmodules (bijv. ECA) worden ge- scheiden.  Alle elektrische verbindingen (1) moeten vóór het begin van laswerkzaamheden van de bedieningsterminals (bijv. GRIMME VC 50) (2) worden gescheiden. Aan de volgende componenten mogen geen laswerkzaamheden uitgevoerd worden:  Assen / wielophangingen ...
  • Pagina 239: Transportbanden

    Onderhoud 13.5 Transportbanden Afhankelijk van de uitvoering kan de machine met verschillende uitvoeringen van transportbanden uitgevoerd zijn. 13.5.1 Algemene aanwijzingen Door het te transporteren product wordt de transportband slechts minimaal belast. De meeste beschadigingen zijn mechanische beschadigingen, die ten dele door onjuiste instellingen van de machine en ten dele door externe invloeden kunnen ontstaan.
  • Pagina 240 Onderhoud Aanpak GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels mogelijk! Draaiende of bewegende machineonderdelen kunnen ledematen intrekken of afsnijden.  Alle werkzaamheden die de aanwezigheid in de gevarenzone van de machine vereisen mogen slechts uitgevoerd worden als de motor is uitgeschakeld. ...
  • Pagina 241: Aanwijzingen Voor Het Uitlijnen Van Transportbanden

    Onderhoud 13.5.3 Aanwijzingen voor het uitlijnen van transportbanden Speciaal bij banden met geweven inlagen is het nodig dat ze een bepaalde tijd onder belasting werken, zodat de band zich aan de vorm van de installatie en van de vultrech- ter kan aanpassen. Bij de eerste inbedrijfstelling kan er een correctie van de draai- richting van de transportband noodzakelijk zijn.
  • Pagina 242: Afstrijkers Afstellen

    Onderhoud Aanpak GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels mogelijk! Draaiende of bewegende machineonderdelen kunnen ledematen intrekken of afsnijden.  Alle werkzaamheden die de aanwezigheid in de gevarenzone van de machine ver- eisen mogen slechts uitgevoerd worden als de motor is uitgeschakeld. ...
  • Pagina 243: Afvoerbanden Aanspannen

    Onderhoud 13.5.5 Afvoerbanden aanspannen GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels mogelijk! Draaiende of bewegende machineonderdelen kunnen ledematen intrekken of afsnijden.  Alle werkzaamheden die de aanwezigheid in de gevarenzone van de machine ver- eisen mogen slechts uitgevoerd worden als de motor is uitgeschakeld. ...
  • Pagina 244 Onderhoud Aanpak:  Eerst de schroeven (2) aan beide zijden licht losdraaien (mogen enigszins losge- draaid blijven, zodat ze snel kunnen worden versteld).  Transportband aan de spindels met de ratel evenwijdig voorspannen.  De gelijkmatige uitlijning van het spanstation moet aan beide kanten van de marke- ring (3) gecontroleerd worden.
  • Pagina 245: Top Clean-Afstrijkers Instellen

    Onderhoud 13.5.6 Top Clean-afstrijkers instellen De afstand (1) tussen transportriem en afstrijker mag niet groter zijn dan 3 mm. Anders moet de afstrijker bijgesteld worden. Aanpak VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar! Letsel mogelijk! Aan beweeg- en verschuifbare machineonderdelen is er kans op letsels. ...
  • Pagina 246 Onderhoud 4. Positie van de afstrijker (2) in het gatenpatroon (4) zodanig kiezen dat de afstand tussen transportriem en de omlaaggeklapte afstrijker niet groter is dan 3 mm. Info Als de instelling via het gatenpatroon niet voldoende is moet de afstrijker worden ver- vangen! 5.
  • Pagina 247: Aanhaalmomenten Voor Algemene Boutverbindingen

    Onderhoud 13.6 Aanhaalmomenten voor algemene boutverbindingen Bouten en moeren regelmatig controleren op stevige montage. Bij het vervangen van bouten en moeren erop letten, dat de betreffende bevestigingselementen van dezelfde kwaliteit worden gebruikt. Ga na of de schroefdraad in orde is en schoon en dat de bouten goed worden aangebracht.
  • Pagina 248: Boutverbindingen Met Speciale Onderhoudsvoorschriften Controleren

    Onderhoud 13.7 Boutverbindingen met speciale onderhoudsvoorschriften controleren GEVAAR! Draaiende of bewegende machineonderdelen kunnen ledematen intrekken of afsnijden. Onbeveiligd geparkeerde machines kunnen over personen heen rollen - kans op letsels!  Alle werkzaamheden die de aanwezigheid in de gevarenzone van de machine ver- eisen mogen slechts uitgevoerd worden als de motor is uitgeschakeld.
  • Pagina 249 Onderhoud Hydraulische olietank voor stortbunker Bouttype (1): M12 8.8 Aantal bouten: Aanhaalmoment: 80 Nm Onderhoudsinterval: ► Zie voor verdere informatie pagina 232. Motorflens hydraulisch aggregaat voor proefnemer Bouttype (1): M12x40 10.9 Aantal bouten: Aanhaalmoment: 80 Nm Onderhoudsinterval: ► Zie voor verdere informatie pagina 232.
  • Pagina 250 Onderhoud Hydraulische olietank voor proefnemer Bouttype (1): M12 8.8 Aantal bouten: Aanhaalmoment: 80 Nm Onderhoudsinterval: ► Zie voor verdere informatie pagina 232.
  • Pagina 251: Wielen / Banden

    Onderhoud 13.8 Wielen / banden 13.8.1 Wielen / banden controleren GEVAAR! Bij een te hoge bandenspanning bestaat kans dat de band klapt! Wanneer er een band bij het vullen knapt kunnen de rondvliegende onderdelen in de buurt aanwezige personen raken en verwonden. ...
  • Pagina 252: Wielmoeren / Wielbouten Controleren En Aandraaien

     Wielmoeren / wielbouten altijd met een momentsleutel en het aangegeven aanhaal- moment aandraaien.  Wielmoeren / wielbouten aan de hand van het aangegeven onderhoudsinterval op stevige montage controleren Machinevarianten RH 20-45, RH 20-60, RH 24-45, RH 24-60 en RH 24-70 Bouttype (1) M18x1,5 8.8 Aantal bouten:...
  • Pagina 253: Aandrijvingen

    Onderhoud Machinevarianten RH 24-80 en RH 28-70 Bouttype (1) M22x1,5 8.8 Aantal bouten: Aanhaalmoment: 510 Nm Onderhoudsinterval: ► Zie voor verdere informatie pagina 233. 13.9 Aandrijvingen GEVAAR! Draaiende of bewegende machineonderdelen kunnen ledematen intrekken of afsnijden. Onbeveiligd geparkeerde machines kunnen over personen heen rol- len.
  • Pagina 254: Samenvatting Van De Aandrijvingen

    Onderhoud 13.9.1 Samenvatting van de aandrijvingen Info De olieverversing mag uitsluitend door een distributiepartner van GRIMME uitgevoerd worden. Aandrijving bunkerbodem Vulopening: Vulschroef (1) met peilstok Aftapopening: aftapbout (2) Oliespecificatie: ISO VG 320 Mobilgear 632 Hoeveelheid: RH 20-45: 1,5 liter RH 20-60: 2,8 liter...
  • Pagina 255: 13.10 Kettingaandrijvingen

    Onderhoud aan het einde van het seizoen  Alle aandrijfkettingen grondig reinigen en met biologisch afbreekbare kettingspray behandelen, om roestvorming te voorkomen.  Slijtageonderdelen vervangen.  Kettingspanning controleren. Aanwijzing Kettingaandrijvingen die beschadigingen vertonen moeten door de distributiepartner van GRIMME worden vervangen.
  • Pagina 256: 13.10.1 Samenvatting Van De Kettingaandrijvingen

    Onderhoud 13.10.1 Samenvatting van de kettingaandrijvingen Bunkerbodemketting en glijrollen Spaninrichting: Geen spanmogelijkheid Onderhoudsinterval ket- ► Zie voor verdere informatie pagina 233. tingaandrijving smeren:  Bunkerbodemketting (1) en glijrollen reinigen en met spuitvet besproeien.  Aan de binnenkant van de kettingen (tussen de scharnierplaten) vet met een kwastje aanbrengen.
  • Pagina 257: 13.11 Smeerpunten

    Onderhoud 13.11 Smeerpunten GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Draaiende of bewegende machinedelen kunnen ernstige letsels tot gevolg hebben!  Voor onderhoudswerkzaamheden moet het hydraulisch aggregaat uitgeschakeld en tegen onbedoeld inschakelen beveiligd worden.  Elektrische voedingsleidingen scheiden. ...
  • Pagina 258 Onderhoud Hydraulische cilinder grondreinigingseenheid Smeerinterval: 100 h Aantal: Steunlier Smeerinterval: 100 h Aantal: Draaibuis Smeerinterval: 100 h Aantal: 1 aan elke kant van de machine...
  • Pagina 259 Onderhoud Schaarelementen grondreinigingseenheid en sorteereenheid 100 h of na langere stilstandtijden Smeerinterval: Schaarelementen reinigen en met spuitvet smeren. Spindel grondreinigingseenheid 100 h Smeerinterval: Spindel (1) helemaal uitdraaien, reinigen en smeren.
  • Pagina 260: 13.12 Hydraulische Installatie

    Milieubeschermingsmaatregel Bewaar hydraulische olie en gebruikte filters in geschikte reservoirs en verwijder ze op milieuvriendelijke wijze. Milieubeschermingsmaatregel Controleer regelmatig of alle hydraulische onderdelen dicht zijn. Repareer lekken on- middellijk. Gebruik uit milieuoverwegingen geen mineraalhoudende hydraulische vloeistoffen. Gebruik GRIMME-Fluid.
  • Pagina 261: 13.12.1 Hydraulische Slangen Controleren

    Onderhoud 13.12.1 Hydraulische slangen controleren Om de bedrijfsveiligheid te handhaven moeten alle hydraulische slangen aan de hand van het aangegeven onderhoudsinterval worden gecontroleerd. Onderhoudsinterval: ► Zie voor verdere informatie pagina 232. De hydraulische slangen moeten worden vervangen, als ten minste één van de vol- gende criteria optreedt: ...
  • Pagina 262: 13.12.2 Samenvatting Hydraulische Olietanks

    Onderhoud 13.12.2 Samenvatting hydraulische olietanks Afhankelijk van de uitvoering van de machine kan het aantal hydraulische olietanks ver- schillen. Hydraulische olietank voor stortbunker Hydraulische olietank voor proefnemer...
  • Pagina 263: 13.12.3 Hydrauliekoliefilter Vervangen

    Onderhoud 13.12.3 Hydrauliekoliefilter vervangen Oliefilter van de hydrailische olietank Het oliefilter (1) van de hydraulische olietank moet aan de hand van het aangegeven onderhoudsinterval door de distributiepartner van GRIMME worden vervangen. Onderhoudsinterval: ► Zie voor verdere informatie pagina 233. Aanpak: 1.
  • Pagina 264: 13.12.4 Hydraulische Olietank Controleren

    1. Hydraulisch aggregaat uitschakelen. ► Zie voor verdere informatie pagina 98. 2. Verontreinigingen met een droge doek verwijderen. Gebruik geen hogedrukappa- raat! Aanwijzing Bij sterke verontreinigingen het filterelement in de ventilatie door een distributiepartner van GRIMME laten vervangen. Aanwijzing Laat defecte ventilaties onmiddellijk door de distributieparrtner van GRIMME vervan- gen.
  • Pagina 265 ► Zie voor verdere informatie pagina 233. versing: ► Zie voor verdere informatie pagina 232. Onderhoudsinterval oliepeil Het peilglas moet voor minimaal tweederde zijn ge- controleren: vuld met olie. Info De olieverversing mag uitsluitend door een distributiepartner van GRIMME uitgevoerd worden.
  • Pagina 266 ► Zie voor verdere informatie pagina 233. versing: ► Zie voor verdere informatie pagina 232. Onderhoudsinterval oliepeil Het peilglas moet voor minimaal tweederde zijn ge- controleren: vuld met olie. Info De olieverversing mag uitsluitend door een distributiepartner van GRIMME uitgevoerd worden.
  • Pagina 267 Onderhoud Oliespecificatie vaststellen Af fabriek wordt de machine met een van de volgende oliesoorten gevuld. Meng nooit minerale, biologische en synthetische smeerstoffen, bijvoorbeeld van verschillende soorten en merken. Info Oliesoort voor het vullen van de tank voor hydraulische olie aan de hand van de stikker vaststellen.
  • Pagina 268: Grimme-Fluid (Optie)

    Total Biohydran SE 46 Biologisch afbreekbare hydrauliekvloeistof GRIMME-Fluid Synthetische hydrauliekvloeistof voor producenten van levensmiddelen. 13.12.5 GRIMME-Fluid (optie) Deze voor de toepassing bij levensmiddelen geproduceerde hydrauliekvloeistof zonder minerale olie is gebaseerd op hoogwaardie en ongiftige synthetische koolwaterstoffen en vervangt de gebruikelijke hydrauliekolie.
  • Pagina 269: 13.12.6 Hydraulische Boutverbindingen Aandraaien

    Onderhoud 13.12.6 Hydraulische boutverbindingen aandraaien Bij het aandraaien van hydraulische boutverbindingen moet er een momentsleutel worden gebruikt. Als de betreffende momentsleutel niet bij de hand is moet er als volgt beschreven te werk worden gegaan. Sleutelmaat Aanhaalmoment [mm] [Nm] Hydraulische boutverbindingen zonder momentsleutel aandraaien 1.
  • Pagina 270: 13.13 Elektrische Installatie

    Onderhoud 13.13 Elektrische installatie GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Bij aanraking van de onder spanning staande onderdelen is er levensgevaar door elektrische stroom!  Reparaties aan de elektrische installatie mogen alleen in vakwerkplaatsen worden uitgevoerd.  Onderbreek de stroomtoevoer voordat u begint met werkzaamheden aan de elektrische installatie.
  • Pagina 271: Buiten Werking Stellen En Afvalverwijdering

    Afvalverwijdering De bedrijfsstoffen in de machine vereisen een bijzondere afvalbehandeling en mogen niet in het milieu terechtkomen. Verdere informatie omtrent de afvalverwijdering zijn bij de hiervoor verantwoordelijke plaatselijke instelling, de GRIMME distributiepartner of de GRIMME-service verkrijgbaar.  Producten met het symbool (1) mogen aan het einde van de levensduur niet in het...
  • Pagina 272  Koelmiddelen alleen door gespecialiseerde bedrijven met deskundig personeel en de noodzakelijke technische middelen weg laten doen. Koelmiddel mag in geen enkel geval in de omgeving terechtkomen. Koelmiddel door een GRIMME distribu- tiepartner weg laten doen.  Neem de nationale voorschriften in acht.
  • Pagina 273: Technische Gegevens

    400 V draaistroom omvoorziening Netfrequentie: 50 Hz Aansluitstekker: 5-polige CEE-stekkerdoos Vermogensopname: zie typeplaatje van de elektromotor Modellenserie RH 20 Voeding Elektromotor* 7,5 kW* 10 kW* 15 kW* 10 kW* 15 kW* * zie typeplaatje van de elektromotor Hydraulisch aggregaat: 45 cm³ Load-Sensing-pomp...
  • Pagina 274 Technische gegevens Modellenserie RH 24 Voeding Elektromotor* * zie typeplaatje van de elektromotor Hydraulisch aggregaat: 45 cm³ Load-Sensing-pomp (bij 5,5 kW: 14,4 cm³ tandwielpomp) Banden Bandenmaat: 12.5/80-18 12PR vereiste luchtdruk: 5,0 bar Afmetingen Maximale breedte*: 3500 mm Maximale hoogte*: 3400 mm Maximale lengte*: *De maatvermeldingen gelden voor alle uitvoeringsvarianten en zijn niet machinespecifiek.
  • Pagina 275 Technische gegevens Voeding Elektromotor* * zie typeplaatje van de elektromotor Hydraulisch aggregaat: 45 cm³ Load-Sensing-pomp (bij 5,5 kW: 14,4 cm³ tandwielpomp) Banden Bandenmaat: 12.5/80-18 12PR 40x 15.5-19 vereiste luchtdruk: 5,0 bar 6,0 bar Afmetingen Maximale breedte*: 3500 mm Maximale hoogte*: 3400 mm Maximale lengte*: *De maatvermeldingen gelden voor alle uitvoeringsvarianten en zijn niet machinespecifiek.
  • Pagina 276: Laadwerkzaamheden

    Laadwerkzaamheden Laadwerkzaamheden GEVAAR! Kans op letsel! Ernstige letsels en dood mogelijk! Opgetilde lasten kunnen vallen als een hefvoorziening niet meer werkt of als andere hefwerktuigen vallen.  Het is niet toegestaan om onder hangende lasten te komen. Personen uit de geva- renzone wegsturen.
  • Pagina 277 Laadwerkzaamheden Hijsogen voor aan de machine Hijsogen achter aan de machine...
  • Pagina 278 Laadwerkzaamheden Laden op een transportvoertuig Als de machine op een transportvoertuig wordt geladen moet de machine op het trans- portvoertuig met hiervoor geschikte hulpmiddelen tegen een onbedoelde verandering van de positie beveiligd worden.  Bij de toepassing van kettingen of riemen mogen alleen de hiervoor bedoelde sjor- punten worden gebruikt.
  • Pagina 279: Bijlage

    Gekwalificeerde distributiepartners in meer dan 100 landen ter wereld borgen de be- kende GRIMME-kwaliteit ter plaatse. De distributiepartners van GRIMME zorgen er bovendien voor dat er altijd originele GRIMME onderdelen beschikbaar zijn. Kijk voor een overzicht van de GRIMME distributiepartners bij u in de buurt op internet www.grimme.com 17.3 Schakelschema's Alle schakelschema´s van de machine bevinden zich op de afgebeelde positie (1).
  • Pagina 280: Index

    Definitie ................29 Afstand van de grondreinigingswalsen met GBT 831 instellen ..................123 Eisen aan het bedieningspersoneel ........15 Afstand van de grondreinigingswalsen met GRIMME VC 50 Elektrische installatie ............270 instellen ................ 123 Elektrische voedingsleiding aansluiten........53 Afstand van de voorsorteerwalsen instellen ..... 134, 144 Elektrische voedingsleidingen scheiden .......31...
  • Pagina 281 ..................125 Mogelijke waarschuwings- en informatiemeldingen ...80 Helling van de grondreinigingswalsen met GBT 831 instellen ..................127 Helling van de grondreinigingswalsen met GRIMME VC 50 Onderhoud .................231 instellen ................ 127 Onderhoudsfases voor de machine ........231 Helling van de valbreker instellen ........175 Onderhoudsrooster voor de gebruiker van de machine ..232...
  • Pagina 282 Wielen / banden ..............251 Turbo Clean handmatig activeren met GBT 831 ....152 Wielen / banden controleren..........251 Turbo Clean handmatig activeren met GRIMME VC 50 ..153 Wielmoeren / wielbouten controleren en aandraaien ..252 Turbo Clean voor grondreinigingswalsen ......153 Turbo Clean voor voorsorteringsrollen......
  • Pagina 283 Index...
  • Pagina 284 Index...
  • Pagina 285 Index...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Rh 24Rh 28

Inhoudsopgave