Aanwijzingen voor het gebruik
Reinigingstijd instellen
De duur voor de reiniging van de walsen kan met de betreffende parameter ingesteld
worden.
Reinigingsinterval voor voorsorteerwalsen instellen
Omdat de grondreinigings- en voorsorteerwalsen in verschillende mate vervuild kunnen
raken, kan het reinigingsinterval voor de voortsorteerwalsen apart ingesteld worden.
De aanpak wordt aan de hand van de voorsorteerwalsen beschreven. De instelling voor
de voorsorteerwalsen II gebeurt op dezelfde manier.
1. Bedieningspaneel oproepen.
2. Met behulp van de pijltoetsen (2) de functie "Reinigingsinterval voor voorsorteerwal-
3. Knop (1) bedienen.
4. Gewenste instelling met het scrollwieltje uitvoeren.
Alternatief kunnen deze instellingen ook via de machineparameters uitgevoerd worden.
► Zie voor verdere informatie pagina 209.
Parameters voor grondreinigingswalsen (► Zie voor verdere informatie pagina
207.)
Parameters voor voorsorteerwalsen (► Zie voor verdere informatie pagina 209.)
Parameters voor voorsorteerwalsen bij uitvoering met tweetrapse voorsorteereen-
heid (► Zie voor verdere informatie pagina 214.)
sen" selecteren.
Het veld krijgt een witte achtergrond.
Instelbereik: 1 t/m 6
Voorbeeld
Als het reinigingsinterval op 3 wordt ingesteld, worden de voorsorteerwalsen bij ie-
der derde reinigingsinterval van de grondreinigingswalsen gereinigd.
161