Veiligheid
2.3 Voorschriften en normen
2.4 Vloeibaar gas onder het
maaiveld
2.5 CE markering
8
Dit toestel dient te worden geïnstalleerd conform de geldende regels, en mag en-
kel worden gebruikt in een voldoende geventileerde ruimte.
- DIN 4109; Geluidsisolatie in de hoogbouw
- DIN EN 12828; Verwarmingssystemen in gebouwen
- EnEV - Energiebesparingsverordening
- Conform de norm NBN B61 002 BImSchV
- DVGW-TRGI 2008 (DVGW-Afdeling G 600); Technische regels voor gasinstalla-
ties
- TRF; Technische Regels voor vloeibaar gas
- DVGW-Merkblad G 613; Gastoestellen - installatie, veiligheids - en bedienings-
handleidingen
- DIN 18380; Verwarmingssystemen en centrale waterverwarmingssystemen
(VOB)
- DIN EN 12831; Verwarmingssystemen in gebouwen
- DIN 4753; Waterverwarming en Waterverwarmingssystemen voor drink- en in-
dustriewater
- DIN 1988; Technische regels voor tapwaterinstallaties (TRWI)
- VDE 0700-21, DIN EN 60335-2-21: Gebruik van elektrische toestellen voor huis-
houdelijke toepassingen of aanverwanten - voornamelijk voor de opwarming
van warm water
- VDE 0700-102, DIN EN 60335-2-102: Gebruik van elektrische toestellen voor
huishoudelijke toepassingen of aanverwanten: Bijzondere eisen voor gas-, olie-
en vaste brandstofgestookte apparaten met elektrische aansluitingen
- Verbrandingsverordening , nationale verordeningen
- Voorschriften van de plaatselijke energieleveranciersbedrijven
- Meldplicht (o.o. vrijstellingsverordening)
- ATV-toelichting M251 van de afwateringtechnische vereniging
- Lokale wetgeving voor de behandeling van condenswater.
De BGB voldoet aan de norm DIN EN 126 en DIN EN 298 en heeft daarom geen
extra afsluitklep bij het gebruik met vloeibaar gas onder het maaiveld nodig.
De CE markering betekent dat de condenserende gasketels in overeenstemming
zijn met de schikkingen en richtlijnen betreffende de gastoestellen 90/396/CEE, de
richtlijn laagspanning 06/95 CE en de richtlijn 04/108/CE (elektromagnetische
compatibiliteit CEM) van de Raad voor de toenadering van de wetgevingen van de
lidstaten.
Het naleven van beschermingseisen in overeenstemming met de richtlijn 04/108/
CE is enkel in orde in het geval van een exploitatie van ketels in conformiteit met
hun bestemming.
De voorwaarden betreffende de milieubescherming volgens EN 55014 moeten na-
geleefd worden.
Het gebruik is enkel toegelaten met een correct gemonteerde omkasting.
De correcte elektrische aarding van het geheel moet door regelmatige controle
verzekerd zijn (vb. jaarlijks onderhoud).
Bij de vervanging van onderdelen, mogen enkel en alleen de originele onderdelen
van de fabrikant gebruikt worden.
De condenserende gastoestellen beantwoorden aan de determinerende eisen van
de richtlijn 92/42/CEE betreffende de rendementeisen als condenserende gaske-
tel.
Bij gebruik van aardgas, is de NOx uitstoot van condenserende gasketel minder
mg
dan 60
/
NO
.
kWh
X
TrioCondens BGB 15-28 E
304657 02.11