Programmering
Ontlaadbescherming
(5040)
Max laadtemperatuur
(5050)
Herkoelingtemperatuur
(5055)
Herkoeling collector
(5057)
Bedrijfssoort EL verwarm
(5060)
Vrijgave EL verwarming
(5061)
Regeling EL verwarming
(5062)
104
Deze functie zorgt ervoor dat de warmwaterpomp (Q3) pas inschakelt, wanneer
de temperatuur in de warmtebron voldoende hoog is.
Aanwending met voeler
De warmwaterpomp wordt pas ingeschakeld wanneer de warmtebron tempera-
tuur hoger is dan de warm water temperatuur plus de halve ladetemperatuurver-
hoging ligt. Wanneer de keteltemperatuur tijdens de lading weer onder de warm
watertemperatuur plus 1/8 van de ladetemperatuurverhoging komt wordt de bo-
ilerllaadpomp opnieuw uitgeschakeld. Zijn er twee warmwatervoelers voor de
warm water bereiding geparametreerd, wordt de ontlaadfunctie bij de laagste
temperatuur gebruikt ( normaal gesproken voeler B31).
Anwending met thermostaat
De laadpomp wordt ingeschakeld wanneer de keteltemperatuur hoger ligt dan de
streefwaarde voor warm water. Daalt de keteltemperatuur tijdens de lading on-
der de warmwaterstreefwaarde min de warmwaterschakel differenteel, wordt de
laadpomp terug uitgeschakeld.
Uit: de functie is uitgeschakeld.
Altijd: De functie werkt altijd.
Automatisch: De functie werkt enkel wanneer de warmtebron geen warmte le-
vert vb. niet beschikbaar is ( storing, blokkering).
Met deze instelling wordt de maximale laadtemperatuur voor het aangesloten
reservoir van de solarinstallatie beperkt. Als de tapwater-oplaadwaarde wordt
overschreden, schakelt de collectorpomp uit.
Door de oververhittingsbeschermfunctie van de collector (zie prog.-nr. 3850) kan
de collectorpomp weer geactiveerd worden tot de veiligheidstemperatuur van
het reservoir bereikt is.
Instelling van de temperatuur voor de herkoeling van het tapwatertank.
Herkoeling bij een oververhitte boiler door afgifte van de energie aan de omge-
ving via het collectoroppervlak.
- Vervang: Het tapwater wordt alleen door elektrisch element verhit wanneer de
ketel een storing meldt of wanneer er sprake is van een ketelblokkering.
- Zomer: Het tapwater wordt door elektrisch element verhit wanneer alle aan-
gesloten verwarmingscircuits op zomermodus overgeschakeld zijn. Zodra ten-
minste één verwarmingscircuit weer op verwarming overgeschakeld is, wordt
de tapwaterbereiding weer door de ketel overgenomen. De onder de bedrijfs-
modus Reserve vermelde voorwaarden voor het elektrische verwarmingsele-
ment worden in de bedrijfsmodus zomer eveneens geactiveerd.
- Altijd: De tapwaterbereiding wordt alleen door het elektrische element uitge-
voerd.
- 24h/dag: permanente vrijgave van het elektrische element
- Tapwater vrijgave: vrijgave van het elektrische element afhankelijk van de tap-
watervrijgave (zie prog.-nr. 1620).
- Klokprogramma 4 Tapw: Vrijgave van het elektrische element via het tijdscha-
kelprogramma 4 van de lokale regelaar.
- Externe thermostaat: de opslagtanktemperauur wordt met een externe ther-
mostaat zonder streefwaardebesturing van de regelaar bereikt.
- Tapwater vopnemer: de opslagtanktemperauur wordt met een externe thermo-
staat onder streefwaardebesturing van de regelaar bereikt.
TrioCondens BGB 15-28 E
304657 02.11