Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

BRÖTJE TrioCondens BGB 15 E Installatiehandleiding pagina 113

Condenserende gaswand
Verberg thumbnails Zie ook voor TrioCondens BGB 15 E:
Inhoudsopgave

Advertenties

Functie uitgang P1
(6085)
Opnemertype collector
(6097)
Correctie collectoropnemer 1
(6098)
Correctie buitentemp opn
(6100)
Gebouwtijdconstante
(6110)
Centrale gew wrde beïnvl
(6117)
Vorstbev installatie
(6120)
Opnemer opslaan
(6200)
304657 02.11
Met deze parameter wordt functie van de modulerende pomp vastgelegd.
- Geen: Er is geen uitgang P1 voorhanden.
- Ketelpomp Q1: de aangesloten pomp dient voor circulatie van het ketelwater.
- Tapwater aandrijving Q3: aandrijving voor tapwaterbuffer..
- Tapw pomp intern Q33: laadpomp bij tapwater-reservoir met buiten liggende
warmtewisselaar.
- Verw circ pomp VG1 Q2: het pompverwarmingsgroep VG1 wordt geactiveerd.
- Verw circ pomp VG 2 Q6: het pompverwarmingsgroep VG2 wordt geactiveerd.
- Verw circ pomp VG3 Q20:het pompverwarmingsgroep VG3 wordt geactiveerd.
- Collectorpomp Q5: Voor het gebruik van zonnecollectors is een circulatiepomp
voor de collectorkring noodzakelijk.
- Zonpomp ext wiss K9: zijn meerdere wisselaars aangekoppeld, dan moet de buf-
ferboiler op de overeenkomstige relaisuitgang ingesteld, en de aard van het
corrigerend orgaan in prog.-nr. 5840 vastgelegd worden.
- Zon pomp zwembad K18: zijn meerdere wisselaars aangekoppeld, dan moet het
zwembad op de overeenkomstige relaisuitgang ingesteld, en de aard van het
corrigerend orgaan in prog.-nr. 5840 vastgelegd worden.
Keuze van het gebruikte opnemertype voor de meting van de collectortemperatu-
ur.
Instelling van een correctiewaarde voor de collectoropnemer1.
Instelling van een correctiewaarde voor de buitenopnemer.
Door de hier ingestelde waarde wordt de reactiesnelheid van de aanvoerstreef-
waarde bij schommelende buitentemperaturen beïnvloed afhankelijk van de
constructie van het gebouw.
Voorbeeld waarden (zie ook Geoptimaliseerd uit prog.-nr. 780, ... ):
- 40 voor gebouwen met dikke muren of met een buitenisolatie.
- 20 voor gebouwen van normale constructie.
- 10 voor gebouwen van lichte constructie.
De centrale richtwaardestrategie past de warmtebron streefwaarde aan aan de
noodzakelijk gewenste vertrekwatertemperatuur. Met deze instelling wordt de
maximale correctie begrengs ook wanneer een grotere aanpassing noodzakelijk
is.
De verwarmingscircuitpomp wordt zonder warmtevraag afhankelijk van de bui-
tentemperatuur geactiveerd. Als de buitentemperatuur de onderste grenswaarde
van -4°C bereikt, wordt de verwarmingscircuitpomp geactiveerd. Als de buiten-
temperatuur tussen -5°C en +1,5°C ligt, wordt de pomp om de 6 uur gedurende
10 min geactiveerd. Bij het bereiken van de bovenste grenswaarde van 1,5°C
wordt de pomp uitgeschakeld.
Toestand van de voelers kunnen geregistreerd worden in prog. no. 6200. Dit ge-
beurt automatisch; na een wijziging van de verwarmingsinstallatie (verwijdering
van een voeler) moet de toestand van de opnemers echter opnieuw opgeslagen
worden.
TrioCondens BGB 15-28 E
Programmering
113

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Triocondens bgb 20 eTriocondens bgb 28 e

Inhoudsopgave