Karakteristiek verschuiving
(721, 1021,1321)
Karakteristiek aanpassing
(726, 1026, 1326)
Zomer/Winter verw grens
(730, 1030, 1330)
304657 02.11
De laagste berekende buitentemperatuur volgens de klimaatzone (bv -12°C in
Frankfurt) van de grafiek nemen (zie Afb. 15) (bv de verticale lijn van -12°C). Maxi-
male aanvoertemperatuur van het verwarmingscircuit invoeren, waarbij reken-
kundig met -12°C buitentemperatuur nog 20°C ruimtetemperatuur wordt bereikt
(b.v. horizontale lijn bij 60°C).
Het snijpunt van de twee lijnen geeft de waarde van de verwarmingskarakteris-
tiek-steilheid.
Afb. 15: Verwarmingskarakteristiek-diagram
° C
100
90
30
80
70
60
50
40
30
20
10
Correctie van de verwarmingskarakteristiek door parallelle verschuiving bij alge-
meen te hoge of te lage ruimtetemperatuur.
Automatische aanpassing van de verwarmingskarakteristiek aan de actuele oms-
tandigheden, waardoor een correctie van de verwarmingskarakteristieksteilheid
vervalt.
Om de verwarmingskarakteristiek automatisch aan te passen, moet er een rui-
mtevoeler aangesloten zijn. De waarde voor de ruimte-invloed (zie prog.-nr. 750,
1050, 1350) moet tussen 1% en 99% liggen. Mochten er in de invloedsruimte (lo-
katie van de ruimtevoeler) radiatorkleppen aanwezig zijn, dan dienen deze geheel
te worden geopend.
Zodra het gemiddelde van de buitentemperatuur van de afgelopen 24 uur 1°C bo-
ven de hier ingestelde waarde stijgt, schakelt het verwarmingscircuit over naar
zomerbedrijf. Zodra het gemiddelde van de buitentemperatuur van de afgelopen
24 uur 1°C onder de hier ingestelde waarde daalt, schakelt het verwarmingscir-
cuit over naar winterbedrijf.
TrioCondens BGB 15-28 E
Programmering
4
3,5
3
2,75
0
-10
-20
Buitentemperatuur
2,5
2,25
2
1,75
1,5
1,25
1
0,75
0,5
0,25
-30
° C
79