BASISPROGRAMMERING
1. Druk op F, de eerste basisfunctie
verschijnt.
A951
De code van de functie blijft
zichtbaar zolang de knop inge-
drukt blijft.
GEAVANCEERDEPROGRAMMERING
1. Houd F ingedrukt en druk daarna
2. Laat F los. De waarde van de functie verschijnt.
3. Druk op + of - om de waarde van de functie te wijzigen.
4. Druk op F om de weergegeven waarde te bevesti-
gen. De geselecteerde waarde wordt onmiddellijk
van kracht en het display toont de volgende functie.
5. Herhaal de stappen 3 en 4 voor alle functies van het
menu. Met de laatst (St) kan de programmering
worden afgesloten.
6. Kies in St Y of no door middel van de knoppen +/- :
- Y = slaat de nieuwe programmering oop
- no = slaat de nieuwe programmering NIET op
7. Druk op F om te bevestigen en de programmering af
te sluiten. Men keert terug naar de status van het
automatiseringssysteem.
33
ook op +, de eerste geavanceerde
functie verschijnt.
De code van de functie blijft
zichtbaar zolang de knop inge-
drukt blijft.
532081 1 - RevA