Inspectie / onderhoud
11
Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotor DR.71-DR.132
11.3.5 Procedure inspectie remmotor DR.71-DR.132
166
GEVAAR!
Gevaar voor beknelling door onbedoeld aanlopen van de aandrijving en gevaar door
elektrische spanningen. Gevaarlijke spanningen kunnen nog tot enkele minuten na
uitschakeling van de netspanning aanwezig zijn.
Dood of zwaar letsel.
®
•
MOVIMOT
-regelaar voor de werkzaamheden spanningsloos schakelen en hem
beveiligen tegen onbedoelde herinschakeling van de voeding.
•
Vervolgens minstens één minuut wachten.
•
Volgende procedure nauwgezet aanhouden.
1. Indien aanwezig, onafhankelijk aangedreven ventilator en encoder demonteren.
2. Ventilatorkap [35] en ventilator [36] demonteren.
3. Cilinderschroeven [13] van het flenslagerschild [7] en het B-lagerschild [42] demon-
teren, stator [16] van het flenslagerschild demonteren.
®
4. MOVIMOT
-regelaar van de klemmenkast demonteren, remkabel van de
gelijkrichter losmaken.
5. Rem van de stator afdrukken en voorzichtig verwijderen.
6. Stator ca 3...4 cm eraf trekken.
7. Visuele controle: zit er vocht of reductorolie in de binnenruimte van de stator?
– Als dit niet het geval is, ga dan verder met stap 10.
– Als er vocht is, ga dan verder met stap 8.
– Als er reductorolie is, laat de motor dan door een bevoegd reparateur repareren.
8. Als er vocht in de binnenruimte van de stator zit:
– Bij motorreductoren: motor van de reductor demonteren
– Bij motoren zonder reductor: A-flens demonteren
– Rotor [1] demonteren
9. Wikkeling reinigen, drogen en elektrisch controleren.
10.Groefkogellagers [11], [44] vervangen door toegestane kogellagers.
Zie hoofdstuk "Toegestane typen wentellagers" (Æ pag. 180).
11.As opnieuw afdichten:
– Aan A-zijde: askeerring [106] vervangen
– Aan B-zijde: askeerring [30] vervangen
Afdichtingslip insmeren met vet (Klüber Petamo GHY 133).
12.Statorzitting opnieuw afdichten:
– Afdichtingsvlak afdichten met een afdichtmiddel van duroplastic (gebruikstempe-
ratuur –40...180°C) bijv. "Hylomar L Spezial"
– Afdichting [392] vervangen.
13.Motor, rem en accessoires monteren.
Technische handleiding – MOVIMOT
®
MM..D met draaistroommotor DRS/DRE/DRP