Inbedrijfstelling "Expert" met parameterfunctie
I
8
Parameterbeschrijving
0 0
Parameter 160
Parameter 161
Parameter
170...173
8.7.3
Motorparameters
Parameter 300
Parameter 301
Parameter 302
122
Setpoint n_f1
Setpoint n_f1 is geldig als
•
setpointpotentiometer f1 is gedeactiveerd, d.w.z. als P102:13 = "1";
•
parameter P600 Binary inputs = "0" is;
•
het signaal "0" op klem f1/f2 X6:7,8 staat.
Setpoint n_f2
Setpoint n_f2 is geldig als
•
switch f2 is gedeactiveerd, d.w.z. als P102:14 = "1";
•
parameter P600 Binary inputs = "0" is;
•
het signaal "1" op klem f1/f2 X6:7,8 staat.
Vast setpoint n0...n3
De vaste setpoints n0...n3 zijn geldig als parameter P600 Binary inputs = "1" is.
De vaste setpoints n0...n3 kunnen dan door de geprogrammeerde functionaliteit van de
ingangsklemmen worden geselecteerd.
Het voorteken van het vaste setpoint bepaalt de draairichting van de motor.
Parameter
Actief setpoint
P170
n0
P171
n1
P172
n2
P173
n3
Start-/stoptoerental
Deze parameter legt de kleinste toerentalopdracht vast, waarmee de motor bij de vrij-
gave belast wordt door de regelaar. De overgang naar het door het setpoint bepaalde
toerental vindt vervolgens plaats met de actieve acceleratie-integrator.
Minimumtoerental (als switch f2 is gedeactiveerd)
Deze parameter legt het minimumtoerental n
De aandrijving komt ook niet onder deze toerentalwaarde bij een setpointinstelling die
kleiner is dan het minimumtoerental.
Maximumtoerental (als switch f1 is gedeactiveerd)
Deze parameter legt het maximumtoerental n
De aandrijving komt ook niet boven deze toerentalwaarde bij een setpointinstelling die
groter is dan het maximumtoerental.
Als u n
> n
instelt, geldt de in n
min
max
en het maximumtoerental.
Technische handleiding – MOVIMOT
Status
Klem L
X6:9,10
OFF
ON
OFF
ON
van de aandrijving vast.
min
van de aandrijving vast.
max
ingestelde waarde voor het minimumtoerental
min
®
MM..D met draaistroommotor DRS/DRE/DRP
Status
Klem f1/f2 X6:7,8
OFF
OFF
ON
ON