Inbedrijfstelling en parametrering met centrale besturing en MQP..
8.4
Inbedrijfstelling en parametrering met centrale besturing en MQP..
De MOVIMOT
businterface MQP.. (PROFIBUS-DPV1) in bedrijf gesteld en geparametreerd worden.
AANWIJZING
Deze inbedrijfstelling "Expert" is alleen mogelijk als:
•
•
•
Ga als volgt te werk:
1. Let bij werkzaamheden aan de MOVIMOT
2. Controleer de aansluiting van de MOVIMOT
3. Breng de 24V-voeding van de MOVIMOT
4. Start de communicatie tussen de overkoepelende besturing en de MOVIMOT
5. Stel de parameter P805 Startup mode in op "Expert".
6. Deactiveer alle mechanische bedieningselementen door het met bits gecodeerde
7. Stel de stuur-setpointbron in op RS-485 door de P100 Control setpoint source op "1"
8. Stel de vereiste parameters in.
9. Controleer de werking van de MOVIMOT
Technische handleiding – MOVIMOT
Inbedrijfstelling "Expert" met parameterfunctie
®
-aandrijving kan met behulp van een centrale besturing via de veld-
er geen extra functie is geactiveerd (DIP-switch S2/5 – S2/8 = "OFF");
de Drive-Ident-module is aangesloten;
de parameter P805 Startup mode = "Expert"-modus is ingesteld.
zingen en waarschuwingen in het hoofdstuk "Belangrijke aanwijzingen voor de inbe-
drijfstelling" (Æ pag. 102).
Zie hoofdstuk "Elektrische installatie".
laar.
De aansluiting van de overkoepelende besturing op de MOVIMOT
begin van de communicatie zijn afhankelijk van het type overkoepelende besturing.
Informatie over de aansluiting van de overkoepelende besturing op de MOVIMOT
regelaar vindt u in het handboek "PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers".
selectieveld van parameter P102 te overschrijven met "FFFFhex" (P102 = "1111
1111 1111 1111").
in te stellen.
Optimaliseer de parameters, indien nodig.
®
MM..D met draaistroommotor DRS/DRE/DRP
®
-regelaar altijd op de veiligheidsaanwij-
®
-regelaar.
®
-regelaar tot stand.
®
-aandrijving.
I
8
0 0
®
-rege-
®
-regelaar en het
®
-
107