Om de plasmastroombron op vol vermogen en bij de nominale werkcyclus te laten werken
(raadpleeg
Voorkomen van oververhitting
juiste formaat geven. In onderstaande tabellen ziet u de maximale nominale uitgang voor
gebruikelijke invoerspanningen. De uitgangsinstelling die u gebruikt, heeft betrekking op de dikte
van het werkstuk en de limiet van het ingangsvermogen naar de plasmastroombron.
De aanbevolen zekeringgroottes laten pieken in de ingangsstroom
optreden wanneer u de plasmaboog uitrekt. Het uitrekken van de
plasmaboog komt veel voor in bepaalde toepassingen, zoals bij gutsen.
Powermax65 SYNC
CSA-configuraties (1-fase)
Ingangsspanning bij 50 Hz/60 Hz*
Ingangsstroom bij nominaal vermogen (65 A × 139 VDC = 9,0 kW)
Ingangsstroom tijdens uittrekken van boog
Zekering (vertraagd)
* Alle modellen hebben een spanningstolerantie van +10%/-15%.
CSA-configuraties (3-fasen)
Ingangsspanning bij 50 Hz/60 Hz*
Ingangsstroom bij nominaal vermogen
(65 A × 139 VDC = 9,0 kW)
Ingangsstroom tijdens uittrekken van boog
Zekering (vertraagd)
* Alle modellen hebben een spanningstolerantie van +10%/-15%.
CE/CCC-configuraties (3-fasen)
Ingangsspanning bij 50 Hz/60 Hz*
Ingangsstroom bij nominaal vermogen (65 A × 139 VDC = 9,0 kW)
Ingangsstroom tijdens uittrekken van boog
Zekering (vertraagd)
* Alle modellen hebben een spanningstolerantie van +10%/-15%.
Powermax65/85/105 SYNC
op pagina 83), moet u uw elektriciteitsvoorziening het
Gebruikershandleiding
810470NL
Installeren en instellen van de plasmastroombron
200 V–208 V
52 A/50 A
74 A
80 A
200 V–208 V
230 V–240 V
32 A/31 A
27 A
45 A
45 A
50 A
50 A
2
230 V–240 V
480 V
44 A
22 A
74 A
38 A
80 A
40 A
400 V
480 V–600 V
15 A
13 A
27 A
23 A
30 A
25 A
380 V
400 V
15,5 A
15 A
27 A
27 A
30 A
30 A
43