Aanvullende gebruikershandleiding Modbus RTU
Register Aanduiding
1200
Starten/stoppen van de
pomp
1211
Ingestelde doseercapaciteit
1215
Doseervolume per activering
batchbedrijf
1217
Doseertijd voor batch
1221
Doseervolume per activering
contactbedrijf
1223
Externe doseercapaciteit
1225
Concentratiebedrijf activeren BOOLEAN 0 - INACTIEF
1226
Concentratiebedrijf
"Gewenste eindconcentratie"
1229
Ingestelde bedrijfsmodus
1233
Aanzuigduur
1234
Wissen teller
1235
Activeren van een batch-/
contactcyclus
1236
Wissen van fouten met ver‐
plichte bevestiging
40
Type
Weergave / betekenis
UINT8
Bit 0 - start/stop via bus
(0 - POMP STOPT; 1= POMP ACTIEF RESP.
BEDRIJFSGEREED)
Bit 1 - start/stop via modbus timeout
(0=geen timeout; 1=timeout)
FLOAT32
Afhankelijk van
- ingebouwde doseerkop
- apparaatcontext (bijv. ingestelde zuigslag)
- ...
FLOAT32
Richtlijn voor het waardenbereik in batchbedrijf:
Min. waarde is afhankelijk van de doseerkop,
De max. waarde ook van de ingestelde doseertijd
UINT16
Min./max. waarden worden ook beïnvloed door de
richtlijn voor "Doseertijd voor batch"
1 ... 10.000 sec.
FLOAT32
Richtlijn voor contactbedrijf
0,00 001 ... 99.99 l / contact
FLOAT32
Afhankelijk van
- ingebouwde doseerkop
- apparaatcontext (bijv. ingestelde zuigslag)
- ...
1 - ACTIEF
FLOAT32
0,01 ... 100.000 ppm
Enum
0 - EXTERNE STOP
1 - MANUAL
2 - CONTACT
3 - BATCH
4 - ANALOOG
UINT16
1 ... 60 sec.
Enum
0 - SLAGTELLER WISSEN
1 - VOLUMETELLER WISSEN
2 - CONTACTGEHEUGEN WISSEN
3 - ALLE TELLERS WISSEN
UINT16
Bij ontvangst van een Modbus-bericht met dit regis‐
ternummer en het gebruikersgegevenspatroon
"0x5555" wordt, afhankelijk van de ingestelde
bedrijfsmodus, een batch- of een contactcyclus
geactiveerd
UINT16
Bij ontvangst van een Modbus-bericht met dit regis‐
ternummer en het gebruikersgegevenspatroon
"0x5555", worden alle fouten die verplicht moeten
worden bevestigd gereset