10 - HYDRAULISCHE BEDIENING
Niet proberen de hydraulische druk van het systeem te wijzigen. Neem in geval van storing contact op met uw dealer.
ELKE WIJZIGING MAAKT DE GARANTIE ONGELDIG EN IMPLICEERT UW STRAFRECHTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID IN GEVAL VAN EEN ONGEVAL.
Gebruik de hydraulische bedieningsorganen voorzichtig en zonder stoten om storingen te voorkomen die het gevolg zijn van schokken aan de heftruck.
Het gebruik van de hydraulische bediening is enkel mogelijk als de bediener aanwezig en correct op de stoel zit. Anders
worden de hydraulische bedieningen geblokkeerd.
OPTILLEN LAST
A
- De hendel A naar achteren voor het optillen.
- De hendel A naar voren voor het neerlaten.
VERLENGSTUK
B
- Hendel B naar voren om schutbord vooruit te brengen.
- Hendel B naar achteren om schutbord achteruit te brengen.
KANTELEN VAN DE MAST
C
- Hendel C naar voren om naar voren te kantelen.
- Hendel C naar achteren om naar achteren te kantelen.
ZIJWAARTSE VERPLAATSING VAN DE MAST
D
- Duw hendel D naar voren voor zijwaartse verplaatsing naar links.
- Duw hendel D naar achteren voor zijwaartse verplaatsing naar rechts.
STABILISATORS
E
- Hendel E naar achteren zetten voor het opheffen.
- Hendel E naar voren zetten voor het zakken.
TOEBEHOREN (
BESCHRIJVING EN GEBRUIK VAN DE OPTIES)
F
11 - OMKEERINRICHTING
De rijrichting van de heftruck alleen omzetten als men langzaam rijdt, zonder gas te geven.
• VOORUIT: De knop naar voren drukken (stand A).
• OPMERKING: De knop naar achter trekken (stand B).
• NEUTRAAL: Om de heftruck te starten moet de schakelaar in de vrije stand
staan (stand C).
OPMERKING: OPTIONEEL kunnen achteruitrijdlichten en een geluidssignaal bij het
achteruitrijden aangeven dat de heftruck achteruit rijdt.
VEILIGHEID TIJDENS HET VERPLAATSEN VAN DE HEFTRUCK
De toestemming om de heftruck te verplaatsen wordt gecontroleerd door een elektronische
module. Als de bediener de heftruck naar voren of naar achteren wenst te verplaatsen,
moet hij de volgende sequentie in acht nemen:
1 - naar behoren gaan zitten op de chauffeursstoel en de gordel aandoen,
2 - de parkeerrem loszetten (OFF),
3 - de versnelling vooruit of achteruit instellen.
Om de heftruck te stoppen, moet hij de volgende sequentie in acht nemen:
1 - De omkeerinrichting in de vrije stand zetten,
2 - de parkeerrem aantrekken (ON),
3 - uit de heftruck stappen.
Als deze sequenties niet in acht worden genomen (bijvoorbeeld: de bediener verlaat de bestuurderscabine zonder de
parkeerrem aan te trekken), hoort men een geluidsalarm. Men moet dan de richtingomkeerinrichting in de vrije stand zetten
en de sequentie opnieuw uitvoeren.
BELANGRIJK
2-25
A
E
C
F
B
D
A
B
C