Inhoudsopgave
Advertenties
Hydraulische werking
TDMA SOLAR PUR:
De circulatieleiding wordt aan de koudwatertoevoer van de
boiler aangesloten. Zoals bij elke warmwaterinstallatie ont-
staan er door de warmwatercirculatie aanzienlijke warmtever-
liezen. Bovendien wordt daardoor geleidelijk aan de ge-
laagdheid afgebouwd. De circulatiepomp mag niet perma-
nent draaien omdat er bij hoge boilertemperaturen verbran-
dingsgevaar is. Daarom moet ze met temperatuurregeling of
met intermitterende werking aangestuurd worden. (functie
geïntegreerd in de CONTROL 601 SP).
Gemengde installatie:
Bij aansluiting van de SOLAR PUR-boiler op een gegalvani-
seerde stalen warmwaterleiding kan er vooral bij nieuwe
installaties door het galvanische koppel corrosie van de stalen
leiding ontstaan. Bij twijfel moet de watermaatschappij gecon-
sulteerd worden.
Waterkwaliteit:
De kwaliteit van het water voor de voeding van de boiler moet
in overeenstemming zijn met de VDI 2035-richtlijn voor ver-
warmingswater. De pH-waarde van het aan de warmwater-
warmtewisselaar aangesloten drinkwater moet tussen 7,4 en
9,5 liggen. Bij pH-waarden tussen 7,0 en 7,4 mag de TOC-
waarde niet hoger liggen dan 1,5 mg/l (g/m
stig DIN 50930-6). Bij hard water moeten spoelkranen aan
de koudwateringang en warmwateruitgang voorzien worden.
Expansievat warm water:
Het expansievat kan bij de SOLAR PUR-boiler dankzij het
kleine volume van de warmwaterwarmtewisselaar weggelaten
worden. Om het lekken van het voorgeschreven veiligheids-
ventiel te vermijden kan een waterslagdemper (Art. Nr.
ZB010) ingebouwd worden. De boiler zelf heeft een variabele
vulstand, waardoor expansies opgenomen worden.
5.5 Solaire warmwaterproductie
Gebruik
Solaire warmwaterverwarming voor 3 - 6 personen
Hygiënische warmwaterproductie door het principe van opwarming
door doorstroming
Een- tot tweegezinswoning (tot 2 douches tegelijkertijd)
5.5.1
Warmwaterproductie, bijverwarming met ketel:
Om bij te verwarmen met lage temperatuur-, hoge rende-
ments- of oudere ketels kan de CONUS 502 SP op gebruike-
lijke wijze aangesloten worden. De temperatuurvoeler voor
warm water en bijverwarming kan in de dompelhuls op ver-
schillende hoogtes geplaatst worden, waardoor het volume
gebruiksklaar warm water aan de individuele behoefte aan-
gepast kan worden. De normtemperatuur van het volume
gebruiksklaar warm water, die via de ketel- of zonneregelaar
ingesteld wordt, moet naargelang de behoefte ca. 10-15 K
hoger liggen dan de werkelijk gewenste warmwatertempera-
tuur.
Voorbeeld 1
5.5.2
3
) (overeenkom-
Op de warmwateruitgang van de CONUS 502 SP kan een
doorstroomverwarmer aangesloten worden die overbrugd kan
worden wanneer de boilertemperatuur hoog genoeg is. De
doorstroomverwarmer moet op een instelbare eindtempera-
tuur kunnen verwarmen omdat er anders te hoge temperatu-
ren ontstaan. Het warmwatermengventiel moet na de door-
stroomverwarmer gemonteerd worden zodat bij onnauwkeu-
rige regeling de temperatuur begrensd wordt.
5.6 Koppeling met boiler voor sanitair water
Gebruik
8
Verwarmings-
lichaam
Warm water
Pomp
Mengkraan
Voedingspomp
boiler
TL
V
Ketel
Warmwaterproductie, bijverwarming door door-
stroomverwarmer:
Groot verbruik mogelijk (meergezinswoningen) bij beperkt warmwa-
tervolume (voorbeeld 2)
Bestaande boiler kan gebruikt worden
Collector
Pomp
Koud
water
W K
W K
W K
Water
Solair
Ketel
Advertenties
Inhoudsopgave
