Montage: PLANO 26 SP
TDMA SOLAR PUR:
Solderen
Bij soldeerwerken op een zolder of in een opslagplaats alle
brandbare stoffen verwijderen. Door grote afdekkingen
smeulvuurtjes en vonken verhinderen. Brandblusapparaat bij
de hand houden.
Elektrische leidingen
Het aanraken van elektrische leidingen onder spanning kan
dodelijke gevolgen hebben. In de buurt van elektrische leidin-
gen onder spanning, waar aanraking mogelijk is, enkel wer-
ken wanneer:
ze niet onder spanning staan en dit voor de duur van de
werken
de delen onder spanning door afdekken of afsluiten be-
schermd zijn
de veiligheidsafstanden gerespecteerd worden
Veiligheidsstraal 1 m bij 1000 Volt
Veiligheidsstraal 3 m bij 1000 tot 110000 Volt
Veiligheidsstraal 4 m bij 110000 tot 220000 Volt
Veiligheidsstraal 5 m bij 220000 tot 380000 Volt
Veiligheidsstraal >5 m bij onbekende spanningsgrootte
Arbeidsbescherming
Bij boorwerken veiligheidsbril dragen!
Bij montage veiligheidsschoenen dragen!
Bij montage veiligheidshandschoenen dragen!
Bij montage helm dragen!
Beveiliging tegen vallen
Bij dakmontage de voorgeschreven beveiliging tegen vallen of
opvanginstallaties volgens DIN 18338 – Dakdekkings- en dak-
dichtingswerken en volgens DIN 18451 – stellingwerken met
veiligheidsnet, zeker vóór het begin van de werken monteren!
In het geval beveiliging tegen vallen of opvanginstallaties om
arbeidstechnische redenen niet voorhanden zijn, moet een
veiligheidsharnas gebruikt worden!
Enkel een door de TUV gekenmerkt en gecontroleerd veilig-
heidsharnas (houd- of opvangordels, verbindingstou-
wen/banden, valbrekers, kabelverkorter) gebruiken. Veilig-
heidsharnas indien mogelijk boven de gebruiker bevestigen.
Veiligheidsharnas aan solide bouwelemen-
ten/bevestigingspunten bevestigen!
Wanneer er geen beveiliging tegen vallen of geen opvanginstal-
latie voorhanden is, kan men zonder veiligheidsharnas van
grote hoogte vallen en zich daardoor zwaar of zelfs dodelijk
verwonden!
Ladders
Beschadigde ladders, bvb. gekneusde bomen en sporten van
houten ladders, verbogen en geknikte metalen ladders, niet
gebruiken. Gekneusde bomen, zijvlakken en sporten van
houten ladders niet herstellen!
PLadders veilig opstellen. Juiste opstelhoek in acht nemen (68°
- 75°). Ladders tegen uitglijden, omvallen, wegglijden en in
elkaar vallen beveiligen, bvb. door voetverbreding, aan de
ondergrond aangepaste laddervoeten, inhaakvoorzieningen.
Ladders enkel tegen veilige steunpunten plaatsen.
Ladders in een verkeerszone d.m.v. afsluitingen beveiligen.
Bij gebruik van ladders kan men gevaarlijk vallen wanneer de
ladder wegzakt, wegglijdt of omvalt!
12.3 Veiligheid van de solaire installatie
22