OMNIA M 3.2
Gebruik H07RN-F voor de voedingskabel, alle kabels zijn aangesloten op hoogspanning, behalve de thermistorkabel en
de kabel voor het bedieningspaneel.
•
Apparatuur moet geaard worden.
•
Alle externe hoogspanningslaadstroom, als het metaal of een geaarde poort is, moet geaard worden.
•
Alle externe stroombelasting moet minder dan 0,2 A zijn, als de enige stroombelasting groter is dan 0,2 A, moet de last
door AC-schakelaar worden gecontroleerd.
•
"AHS1" "AHS2", "A1" "A2", "R1" "R2" en "DTF1" "DTF2" klempoorten voor bedrading leveren alleen het schakelsignaal.
Raadpleeg de afbeelding van 9.7.6 voor de poortposities in het apparaat.
•
Expansieklep verwarmingslint, platenwarmtewisselaar verwarmingslint en stroomschakelaar verwarmingslint delen een
regelpoort.
4
5
1
2
3
Richtlijnen voor veldbedrading
•
De meeste veldbekabelingen op het apparaat moeten worden gemaakt op het klemmenblok in de schakelkast. Om
toegang te krijgen tot het klemmenblok moet het servicepaneel van de schakelkast worden verwijderd.
Schakel alle stroom uit, inclusief de voeding van het apparaat, back-upverwarming en de voeding van de warmwatertank
(indien van toepassing), voordat u het onderhoudspaneel van de schakelkast verwijdert.
•
Bevestig alle kabels met behulp van kabelbinders.
•
Voor de back-upverwarming is een speciaal voedingscircuit nodig.
•
Installaties die zijn uitgerust met een warmwatertank (niet meegeleverd) hebben een speciaal stroomcircuit voor de
hulpverwarming nodig. Zie de installatie- en gebruikershandleiding van de warmwatertank. Zet de bedrading in de
hieronder aangegeven volgorde vast.
•
Leg de elektrische bedrading zo aan dat de voorkap niet omhoog komt bij het uitvoeren van de bedradingswerkzaamheden
en maak de voorkap goed vast.
•
Volg het elektrische bedradingsschema voor elektrische bedradingswerkzaamheden (de elektrische bedradingsschema's
bevinden zich aan de achterzijde van deur 2.
•
Installeer de draden en bevestig de afdekkap stevig, zodat deze er goed in past.
9.7.3 Voorzorgsmaatregelen bij de bedrading van de voeding
•
Gebruik een ronde krimpklem voor aansluiting op het klemmenbord van de voeding. • Als deze door onvermijdelijke
redenen niet kan worden gebruikt, moet u de volgende instructies in acht nemen.
-
Sluit geen verschillende meterdraden aan op dezelfde voedingsaansluiting (losse aansluitingen kunnen leiden tot
oververhitting).
-
Zie de onderstaande afbeelding voor het correct aansluiten van draden op dezelfde meter.
•
Gebruik de juiste schroevendraaier om de klemmen vast te draaien. Kleine schroevendraaiers kunnen de schroefkop
beschadigden en ervoor zorgen dat de schroef niet goed wordt vastgedraaid.
•
Het te vast aandraaien van de klemschroeven kan de schroeven beschadigen.
•
Breng een aardlekschakelaar en een zekering aan op de elektrische leiding.
•
Let er voor de bekabeling op dat de voorgeschreven draden worden gebruikt, maak de volledige verbindingen en bevestig
de draden zodat er geen kracht van buitenaf op de klemmen kan worden uitgeoefend.
22T÷30T
OPMERKING
6 7
WAARSCHUWING
Cod. 3QE47670 - Rev. 02 - 11/2023
117
NL