Type 2100
Onderhoud
GEVAAR!
Gevaar door smeermiddel.
Smeermiddel kan het medium verontreinigen. Bij zuurstoftoepassingen bestaat daardoor explosiegevaar.
▶ Bij specifieke toepassingen alleen de toegestane smeermiddelen gebruiken (bijv. bij zuurstof- of analyse-
toepassingen)
Schroefdraad van de huisverbinding voor opnieuw inbouwen invetten (bijv. met Klüberpaste UH1
96-402 van de fa. Klüber).
LET OP!
Beschadiging van de ventielzittingdichting of van de contour van de zitting.
▶ Bij de installatie van de aandrijving moet het ventiel zich in geopende stand bevinden.
Bij stuurfunctie A de stuurluchtaansluiting 1 onder druk van perslucht (5 bar) zetten: Ventiel gaat open.
Aandrijving in het ventielhuis schroeven. Aandraaimoment van de volgende tabel in acht nemen.
Zittingmaat
15
20
25
32
40
50
65
80
Tab. 25: Aandraaimomenten ventielhuis en huisverbinding
10.4
Vervangen van de stopmof
De dichtingsset voor de stopmof bestaat uit
▪ 1 steunring
▪ 7 dakmanchetten
▪ 2 drukringen
▪ 1 drukveer
▪ 1 spindelgeleiding
▪ Dichting
▪ Smeermiddel
Voor apparaten van de aandrijvingsgrootte ø70 met zittingdiameter 50 is de vervangen van de stop-
mof vanaf seriestandaard januari 2017 mogelijk.
GEVAAR!
Gevaar voor letsel door hoge druk en ontsnappende media.
▶ Vóór werkzaamheden aan het apparaat of installatie de druk eraf halen. Leidingen ontluchten of legen.
Aandraaimoment [Nm]
45 ±3
50 ±3
60 ±3
65 ±3
65 ±3
70 ±3
100 ±3
120 ±5
43