Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Stuurfunctie Variant 3-Standenaandrijving; Apparaatopties; Varianten - Burkert 2100 Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor 2100:
Inhoudsopgave

Advertenties

De sluitkracht op de pendelschotel wordt door een spindel overgebracht. De spindel is met de aandrijfzui-
ger verbonden.
Middenpositie
De middenpositie stemt overeen met een bepaalde, instelbare doorstroming van het medium. Ze wordt met
een extra zuiger ion het bovenste deel van de aandrijving bereikt. De positie van de middenpositie wordt
met een moer ingesteld (zie afbeelding).
De extra zuiger dient als aanslag voor de aandrijfzuiger. Als stuurluchtaansluiting 2 met druk wordt belast,
beweegt de extra zuiger zich naar onderen tot in de ingestelde positie. Als aansluitende de stuurluchtaan-
sluiting 1 met druk wordt belast, beweegt de aandrijfzuiger zo lang naar boven tot hij de extra zuiger raakt,
en blijft staan.
Maximale slag
Als de bovenste luchtkamer door stuurluchtaansluiting 2 wordt ontlucht, bewegen beide zuigers zich naar
boven. Daardoor wordt de maximale slag bereikt.
Ventiel sluiten
Als de onderste luchtkamer door stuurluchtaansluiting 1 wordt ontlucht, werkt de veerkracht op de aandrijf-
zuiger. De veerkracht beweegt de aandrijfzuiger naar onderen, tot het ventiel gesloten is (ruststand).
5.3.1

Stuurfunctie variant 3-standenaandrijving

Stuurfunctie
A (SFA)
Tab. 2: Stuurfuncties
De aanstroming (2->1; 1->2) is afhankelijk van de doorstromingsrichting.
5.4

Apparaatopties

▪ Slagbegrenzing
Begrenzing van de maximale of minimale doorstromingshoeveelheid met een stelschroef.
▪ Positieterugmelder en aansturingen
Afhankelijk van de eisen zijn er verschillende varianten beschikbaar.
5.5

Varianten

Informatie over de varianten van het apparaat vindt u in het gegevensblad op of in uw verkoopafde-
ling.
14
Definitie
In ruststand gesloten
door veerkracht.
Type 2100
Productbeschrijving
Symbool
2 (A)
1 (P)
Afbeelding
up
down

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave