Een oproep op een gecontroleerd toestel beantwoorden.
Naast de zichtbare aanwijzingen die de pictogrammen van het gecontroleerde
toestel en de lampjes van de aanpasbare toetsen bieden, hoort u ook een
andere beltoon als er een oproep binnenkomt. Als u in gesprek bent, hoort u
een hogere toon voor wisselgesprek.
Een inkomende oproep voor een gecontroleerd toestel wordt als volgt
weergegeven op uw telefoon:
Gecontroleerd
toestel
Beller
Nummer
van de
beller
U kunt de oproep beantwoorden terwijl de beltoon klinkt door te drukken op
de aanpasbare toets of op de contextafhankelijke functietoets Beantwoorden.
U kunt de oproep doorzenden naar de voicemail van het gecontroleerde
toestel door op NaarVM te drukken. U kunt een gesprek ook overnemen als
de eigenaar van het gecontroleerde toestel het gesprek in de wacht heeft gezet
door te drukken op de contextafhankelijke functietoets Overnmn.
Als u een oproep die is binnengekomen op het gecontroleerde toestel in de
wacht zet, wordt het gesprek geparkeerd op het toestel van de eigenaar, zodat
u beiden het gesprek weer kunnen overnemen.
De systeembeheerder kan de gecontroleerde toestellen zo instellen dat de
bellergegevens worden weergegeven bij een inkomende oproep en de
bellergegevens worden weergegeven bij actieve gesprekken. Bovendien kan
deze de beltoon inschakelen, uitschakelen of uitstellen voor inkomende
oproepen.
Fluisteroproep
Als u beschikt over de benodigde rechten voor zowel uw eigen telefoon als de
doeltelefoon (ingesteld door de systeembeheerder), kunt u met de functie
Fluisteroproep inbreken in een actief gesprek om met een interne gebruiker te
spreken. De andere gesprekspartner van het actieve gesprek kan de
onderbreking niet horen en u kunt hem/haar niet horen.
Gecontroleerd
toestel
41