(3) Fouten met betrekking tot randapparatuur
Foutmelding
"E9001: Spanning van de backup
batterij van het geheugen is te
laag."
"E9003: Probleem met de
aandrijving."
"E9004: Probleem met de Linear
Scale."
"E9005: Probleem met de
counter."
"E9002: Accuspanning te laag.
Sluit de netadapter aan."
"E9006: Te hoge
verplaatsingssnelheid. Stel het
referentiepunt |opnieuw in !"
"E9007: Signaaltaster is niet
aangesloten."
"E9008: Digimatic fout.
Controleer kabel en
meetinstrument."
"E9009: RS-232C fout.
Controleer kabel en instellingen."
"E9010: Printer fout. Controleer
kabel, papier en printer."
"E9011:Niet genoeg vrije
ruimte|op de disk. Wis eventueel
overbodige bestanden of plaats
een andere disk."
Nr. 99MBH032N
Betekenis
De spanning van de backup
batterij is te laag.
De motorische aandrijving werkt
niet goed.
Er is een fout opgetreden in het
signaal van het Linear Scale
meetsysteem.
Er is een overflow fout in de teller
opgetreden.
De accuspanning is te laag.
Er is een overspeed fout in de
teller opgetreden (te hoge snelheid
bij verplaatsing slede).
De signaaltaster is niet
aangesloten.
Er is een fout opgetreden bij de
communicatie met het
aangesloten meetinstrument.
(1) De RS-232C kabel is niet
aangesloten of het
aangesloten apparaat staat uit.
(2) De instellingen voor de
communicatie met het
aangesloten apparaat zijn niet
correct.
(1) De printerkabel is niet
aangesloten.
(2) Het papier is op.
(3) Er is een probleem met de
printer.
(4) Als een RS-232C
bonnenprinter wordt gebruikt
komen de
communicatie-instellingen niet
overeen.
Er is niet genoeg vrije ruimte op de
diskette.
12. BIJLAGE
Oplossing
Schakel het apparaat helemaal uit
en daarna weer aan.
Als het probleem regelmatig
optreedt moet u contact opnemen
met een Mitutoyo's service
vestiging.
Sluit de netadapter aan of plaats
een volle accu.
Stel het nulpunt opnieuw in, net
zoals bij het opstarten van het
systeem.
Sluit de kabel van de signaaltaster
aan.
Controleer het Digimatic
meetinstrument en de aansluiting
van de kabel.
(1) Controleer de aansluiting van
de kabel en de toestand van het
aangesloten apparaat.
(2) Stel de communicatie-
parameters zodanig in dat ze
gelijk zijn op Linear Height en
aangesloten apparaat.
(1) Sluit de printerkabel aan.
(2) Doe papier in de printer.
(3) Controleer de printer.
(4) Stel de instellingen "Baud Rate"
(Baudsnelheid) en "RS-232C
Communic." (RS-232C
communic.) in volgens de
instellingen van de RS-232C
bonnenprinter in het
"CONFIGURATION"
(Configuratie-) menu.
Wis overbodige bestanden of
gebruik een andere diskette.
12-11