Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Reinigen
Het LCD-scherm reinigen
Veeg het scherm af met een poetsdoek
(niet meegeleverd) of met een LCD-
reinigingsset (niet meegeleverd) om
vingerafdrukken, stof en dergelijke te
verwijderen.
De buitenkant van de camera
reinigen
Reinig de buitenkant van de camera
met een zachte doek die licht met water
is bevochtigd. Veeg vervolgens het
oppervlak droog. Gebruik geen
chemische oplosmiddelen zoals
verdunners, alcohol of benzine, omdat
hierdoor de afwerking of de behuizing
kunnen worden beschadigd.
Na gebruik van de camera aan zee
of in een stoffige omgeving
Reinig uw camera voorzichtig, anders
kunnen de metalen fittingen gaan
roesten door de zoute lucht of kan er
stof in uw camera terechtkomen. Dit
kan tot storingen leiden.
Diskettes
Ter bescherming van de gegevens die
op de diskettes zijn opgeslagen, dient u
de volgende punten in acht te nemen:
• Berg de diskettes niet op in de buurt
van magneten of magnetische velden,
zoals luidsprekers of tv-toestellen.
Dit kan namelijk permanent verlies
van de opgeslagen gegevens tot
gevolg hebben.
• Stel de diskettes niet bloot aan direct
zonlicht of aan hittebronnen, zoals
kachels en radiatoren. De diskette
kan hierdoor verbuigen of anderszins
beschadigd raken, waardoor deze
onbruikbaar wordt.
• Vermijd contact met het
schijfoppervlak en laat
het schuifplaatje van de diskette
dichtzitten. Als er vlekken op het
schijfoppervlak komen, kunnen de
gegevens onleesbaar worden.
• Zorg dat u geen vloeistoffen op de
diskette morst.
• Berg de diskettes op in een speciale
houder om belangrijke gegevens te
beschermen.
• Afhankelijk van de omgeving,
kunnen er soms geen beeldgegevens
worden opgenomen en/of afgespeeld,
zelfs al gebruikt u een 2HD-diskette
van 3,5 inch. Gebruik in dat geval een
diskette van een ander merk.
Temperatuur van de
omgeving
De camera is ontworpen voor een
bedrijfstemperatuur van 0°C tot 40°C.
Het maken van opnamen op extreem
koude of warme locaties wordt
afgeraden.
Condensvorming
Als de camera direct van een koude in
een warme omgeving wordt gebracht,
of in een zeer vochtige ruimte, kan er
zowel in als op de camera
condensvorming optreden. Wanneer dit
het geval is, functioneert de camera
niet goed.
In de volgende omstandigheden
treedt er vaak condensvorming op:
• Als de camera van een koude
omgeving, zoals een skipiste, naar
een goed verwarmde ruimte wordt
gebracht.
• Als de camera bijvoorbeeld vanuit
een ruimte of een auto met
airconditioning in de warme
buitenlucht wordt gebracht.
51-
NL