De PROGRAM AE-
functie gebruiken
1
2
1
Stel de PLAY/STILL-
keuzeschakelaar in op STILL.
2
Druk herhaaldelijk op de
PROGRAM AE om de
gewenste PROGRAM AE-
modus kiezen.
Schemermodus
In deze modus wordt
kleurvervaging van een helder
onderwerp in een donkere
omgeving tegengegaan. Dit
gebeurt op een dusdanige wijze dat
de schemerige sfeer van de
omgeving niet verloren gaat.
Schemermodus plus
In deze modus wordt de werking
van de normale schemermodus
versterkt.
Modus Landschap
In deze modus wordt er
scherpgesteld op een verafgelegen
onderwerp voor het opnemen van
landschappen en dergelijke.
Modus Panfocus
In deze modus verandert de
scherpstelling snel en eenvoudig
van een dichtbijgelegen onderwerp
naar een verafgelegen onderwerp.
36-
NL
Puntbelichtingsstand
Kies deze stand als er sprake is van
tegenlicht of wanneer er
bijvoorbeeld een sterk contrast is
tussen het onderwerp en de
achtergrond. Zorg dat het
dradenkruis voor de
belichtingsmeter samenvalt met het
onderwerp dat u wilt opnemen.
LCD-scherm
PROGRAM AE annuleren
Druk herhaaldelijk op PROGRAM AE
totdat de indicator op het LCD-scherm
verdwijnt.
Opmerkingen
• Alleen in de modus Landschap kunt u
scherpstellen op verafgelegen
onderwerpen.
• In de modus Panfocus is de zoomregelaar
ingesteld op de W-zijde en kan de
brandpuntsafstand niet worden geregeld.
• Als u een opname maakt in de
Schemermodus plus, raden we u aan een
statief te gebruiken om bewegen te
voorkomen.
• In de volgende modi raden we u aan de
geforceerde flits
–
Schemermodus
–
Schemermodus plus
–
Modus Landschap
• U kunt de PROGRAM AE-functie niet
gebruiken wanneer [REC MODE] is
ingesteld op [TEXT].
Dradenkruis
belichtingsmeter
te gebruiken: