NUTTIGE ADVIEZEN
JUISTE BEREIDINGSTIJD
In de meeste gevallen moeten de tijden worden gehanteerd
die in het recept zijn aangegeven.
De bereidingstijden moeten echter worden verkort bij
recepten die langere bereidingstijden verlangen (bv.
vruchtentaarten). In grote lijnen kan worden gezegd dat de
bereidingstijd na het eerste uur met 10 minuten moet
worden ingekort voor elk uur bereiding die wordt
opgegeven in het recept, of na een ¾ van de opgegeven
tijd. Deze aanwijzingen zijn ook van toepassing op grote
stukken vlees of kalkoen, waarbij geadviseerd wordt om
een vleesthermometer te gebruiken. Ga altijd na of het
voedsel gaar en warm is, alvorens het te serveren.
GEBRUIK VAN VELLEN ALUMINIUM OF
SILICONE
Om het voedsel tijdens de bereiding te beschermen kan er
een vel aluminiumfolie worden gebruikt, maar dit mag niet
in contact komen met de verwarmingselementen van de
oven. Het mag niet worden gebruikt om de ruimten van de
oven of de bakplaat te beschermen, want dit zou
oververhitting, instabiliteit en barsten in het email kunnen
veroorzaken.
Bakmatten van silicone mogen niet op de bodem van de
oven worden gelegd wanneer er onderwarmte wordt
gebruikt, want het silicone beschadigt het email van de
oven.
DEUR EN AFDICHTING
De algehele toestand van de deur en de afdichting ervan
kan de oventemperatuur beïnvloeden. Maak de afdichting
regelmatig schoon en controleer of hij onbeschadigd is en
op de juiste plaats zit.
Laat reinigingsproducten niet langdurig in contact met de
afdichting, want daardoor gaat hij minder lang mee.
De handgreep van de deur mag niet worden gebruikt om
het fornuis aan te verplaatsen. Hierdoor zouden de
scharnieren van de deur kunnen worden verplaatst en de
oven onregelmatig kunnen worden verwarmd.
INDUCTIEKOOKPLAAT
De inductiekookplaat gebruikt een verfijnd beheersysteem
van de kookzones, dat het beschikbare vermogensniveau
voor elke zone controleert om overbelastingen op de
circuits en van het elektrische vermogen van het apparaat
te voorkomen.
Het systeem regelt de vermogensverdeling automatisch, d.
w. z. het verlaagt het vermogen in de zones waar het niet
nodig is zodat de beschikbaarheid ervan in de andere
zones hoger is.
Als er meerdere zones tijdelijk op het maximale vermogen
functioneren, kan het zijn dat andere zones niet kunnen
werken. Dit kan worden tegengegaan door het vermogen in
een van de gebruikte zones te verlagen.
Als de zones linksvoor en -achter bijvoorbeeld worden
gebruikt op niveau 9, zouden de andere zones mogelijk niet
kunnen werken. Deze zones worden als inactief aangeduid
door een lijn midden op het display. Door het vermogen van
de zone linksachter te verlagen tot 7, kan de rechter zone
werken op niveau 8.
91