NL
Para-
Functie
meter
S3.15 CONSTANTE
TEMPERATUUR
AANVOER-
STROOM
S3.16 VERTRAGING
UITSCHAKE-
LING VAN DE
CIRCULATIE-
POMP
ONDERHOUDSINSTELLINGEN VOOR WARMWATER
Para-
Functie
meter
S4.1
FUNCTIE VAN DE
UITGANG R5
56
ONDERHOUDSPARAMETERS
Omschrijving
De keuze, of de regelaar met een
constante aanvoertemperatuur dient
te werken. Het instelbereik van de con-
stante temperatuur is 10 ÷ 140 °C.
VOORZICHTIG: d.m.v. deze functie
wordt het regelen niet meer beïnvloed
door de buitentemperatuur.
Met deze instelling wordt de
uitschakelvertraging van de
circulatiepomp bepaald, wanneer
er geen verwarmingsbehoefte is.
Omschrijving
Met deze instelling kan een van
de additionele functies van de
relaisuitgang R5 worden gekozen.
1- Functioneert conform het ge-
kozen hydraulische schema.
2- Regelt de verwarming van
het proceswater met elektrische
verwarmingselementen
3- Functioneert conform het
gekozen tijdprogramma voor het
verwarmen van het proceswater.
4- Regelt de hoofdpomp van de
ketel
5- Regelt de pomp voor circulatie
van het proceswater.
6- Regeling van de proceswater-
pomp zonder rekening te houden
met verschilomstandigheden
(b.v.: bij het verwarmen van het
proceswater met een warmte-
pomp).
Instelmogelijk-
heden
0 - NEE
1 - JA
0 ÷ 10 min
Instelmogelijk-
heden
1- CONFORM
SCHEMA
2- ELEK.
RADIATOREN
3- TIJDPROG-
AMMA
4- HOOFD-
POMP
5- CIRCULATIE
6- ZONDER
DIFF.
Handleiding onderhoud instellingen
Waarde
0
5
Waarde
1