Download
Deel
Print deze pagina
flamco W10B Gebruikershandleiding
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. flamco Handleidingen
  4. Controleurs
  5. W10B
  6. Gebruikershandleiding
flamco W10B Gebruikershandleiding

flamco W10B Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
NL
NL
Weersafhankelijke warmteregelaar
W10B, W10, W20

Advertenties

loading

Gerelateerde Handleidingen voor flamco W10B

Samenvatting van Inhoud voor flamco W10B

  • Pagina 1 Weersafhankelijke warmteregelaar W10B, W10, W20...
  • Pagina 3 WEERSAFHANKELIJKE WARMTEREGELAAR W10B, W10 AND W20 INLEIDING Weersafhankelijke regelaars W.. regelaars zijn bedoeld voor de regeling van directe en/of mengcircuits voor verwarming of twee mengcircuits en warm water verwarming met ketel, zonnepanelen en andere energiebronnen.
  • Pagina 4 INHOUD Inleiding ................................3 GEBRUIKERSHANDLEIDING Beschrijving regelaar ............................6 Eerste instelling van de regelaar ......................7 Grafisch LCD-scherm ..........................10 Beschrijving van symbolen op het display ..................11 Schermen help, berichten en waarschuwingen ................16 Openen van en navigeren door het menu ..................17 Structuur en beschrijving menu ......................
  • Pagina 5 INHOUD INSTALLATIE HANDLEIDING Installatie regelaar ............................91 Elektrische regelaar aansluiting ......................92 Aansluiting van kabels en sensoren ....................93 Verbinding van temperatuursensoren ....................94 Warmwatertank ............................95 Kamerunit RCD ............................96 Het systeem op meerdere verwarmingscircuits uitbreiden ............97 Verbinding van regelaar met internet cloud service HeatNext..........99 Installatie en aansluiting van VT veiligheidsbegrenzer ..............100 Defect en onderhoud regelaar ......................
  • Pagina 6 BESCHRIJVING REGELAAR knop (een stap terug, Grafisch display. verlagen). knop (Esc - terugkeren naar Bevestigingsschroef voor vorige). afdekking. knop (geeft toegang tot een Y2-uitgang voor energiebronregeling. menu, bevestigt keuze). Uitgang Y1 voor regeling van de knop (een stap vooruit, circulatiepomp op zonne-energie. verhogen).
  • Pagina 7 EERSTE INSTELLING VAN DE REGELAAR W.. warmteregelaars zijn uitgerust met een innovatieve oplossing Easy start die de instelling van de regelaar in slechts drie of vier gemakkelijke stappen inschakelt. Wanneer de regelaar voor de eerste keer op de elektrische voeding aangesloten wordt, toont het scherm eerst het bedrijfslogo en de eerste stap van de procedure van de instellingen van de regelaar wordt gestart.
  • Pagina 8 EERSTE INSTELLING VAN DE REGELAAR U moet de taalkeuze met de knop bevestigen. Wanneer u het verkeerde schema kiest, keert u naar de schemakeuze terug met de knop Later kunt u het gekozen hydraulische schema met service parameter S1.1 wijzigen. 3.
  • Pagina 9 EERSTE INSTELLING VAN DE REGELAAR 4. STAP - INSTELLING STEILHEID VERWARMINGSCURVE VOOR TWEEDE CIRCUIT Stel de steilheid van de warmtecurve voor het tweede verwarmingscircuit in. Wijzig de waarde met knoppen Bevestig het gekozen waarde door op drukken. U moet de steilheid van de warmtecurve met de knop bevestigen.
  • Pagina 10 GRAFISCH LCD-SCHERM Op het LCD-scherm kunt u alle belangrijke gegevens over de werking van de regelaar opzoeken. BESCHRIJVING EN VOORSTELLING VAN HET BASISSCHERM: Bedienings- modus Gebruikersfuncties Herziening van gemeten Operatie Ruimte- temperaturen modus eenheid Tijd en Berichten en Status van de outputs datum waarschuwingen van de regelaar...
  • Pagina 11 BESCHRIJVING VAN SYMBOLEN OP HET DISPLAY SYMBOLEN VOOR VERWARMINGSCIRCUITS Symbool Omschrijving Het eerste (gemengd) verwarmingscircuit. Het tweede (direct of gemengd) verwarmingscircuit. Warmwaterverwarming. SYMBOLEN VOOR INDICATIE WERKINGSMODUS Symbool Omschrijving Kamerverwarming. Kamerafkoeling. Werking volgens de programmatimer - dagtemperatuur. * Werking volgens de programmatimer - nachttemperatuur. * Werkingsmodus gevraagde dagtemperatuur.
  • Pagina 12 BESCHRIJVING VAN SYMBOLEN OP HET DISPLAY SYMBOLEN VOOR GEBRUIKERSFUNCTIES Symbool Omschrijving Bedieningsmodus PARTY. Bedieningsmodus ECO. Bedieningsmodus Vakantie. Eenmalige warmwaterverwarming. Bescherming tegen legionella. Boiler voor vloeibare brandstof uitgeschakeld (geblokkeerd). Boiler voor vaste brandstof ingeschakeld. Automatische overschakeling naar zomermodus. - drogen dag Vloerdrogen geactiveerd.
  • Pagina 13 BESCHRIJVING VAN SYMBOLEN OP HET DISPLAY Symbool Omschrijving Temperatuur warmtebron - sensor toevoertemperatuur. Temperatuur voorstroom.* Temperatuur retourpijp.* Warmwatertemperatuur. Boilertemperatuur. Temperatuur zonnecollectoren. Vloertemperatuur. * Temperatuur retourpijp boiler. Temperatuur brandstofgassen. Temperatuur van de zone waar de warmtepomp geïnstalleerd is. Temperatuur pijp warmwatercirculatie. Temperatuur zonnecollectoren - programmeerbare differentieelthermostaat.
  • Pagina 14 BESCHRIJVING VAN SYMBOLEN OP HET DISPLAY Symbool Omschrijving Verstelkraan - direct circuit. Verstelkraan - warmwatertank. Warmwaterpomp. Circulatiepomp voor warmwater. Pomp zonnecollectoren. Bypass pomp boiler. Circulatiepomp boiler. Warmtepomp. Elektrische verwarming. Elektrische verwarming voor warmwater. Output werking volgens programmatimer. T1, T2, T3, ... T8 Temperatuur gemeten door sensoren T1, T2, T3, T4, T5, T6, T7 of TR1, TR2 Temperatuur gemeten door een kamersensor of kamerunit.
  • Pagina 15 BESCHRIJVING VAN SYMBOLEN OP HET DISPLAY Symbool Omschrijving Bescherming tegen oververhitting warmwatertank - koeling naar de boiler. Bescherming tegen oververhitting warmwatertank - koeling naar de zonnecollectoren. Vorstbescherming - verwarmingscircuit. Vorstbescherming - inschakeling boiler naar minimumtemperatuur. SYMBOLEN VOOR DE INDICATIE VAN COMMUNICATIE TUSSEN APPARATEN Symbool Omschrijving...
  • Pagina 16 BESCHRIJVING VAN SYMBOLEN OP HET DISPLAY SYMBOLEN VOOR BERICHTEN EN WAARSCHUWINGEN Symbool Omschrijving Bericht Wanneer de maximumtemperatuur overschreden wordt of wanneer een beschermfunctie ingeschakeld wordt, zal een symbool op het scherm knipperen. Wanneer de maximumtemperatuur niet langer overschreden wordt of wanneer een beschermfunctie uitgeschakeld wordt, zal een ingeschakeld symbool de recente gebeurtenis tonen.
  • Pagina 17 OPENEN VAN EN NAVIGEREN DOOR HET MENU Om het menu te openen, drukt u op Om door het menu te navigeren, gebruikt u en bevestigt u uw keuze door op te drukken. U kunt naar het vorige scherm terugkeren door op drukken.
  • Pagina 18 STRUCTUUR EN BESCHRIJVING MENU TEMPERATUURINSTELLING Dagtemperatuur voor circuit 1. Nachttemperatuur voor circuit 1. Dagtemperatuur voor circuit 2*. Nachttemperatuur voor circuit 2*. Warmwatertemperatuur. GEBRUIKSFUNCTIES GEBRUIKSFUNCTIES VOOR HET EERSTE VERWARMINGSCIRCUIT Bedieningsmodus PARTY. Bedieningsmodus ECO. Bedieningsmodus Vakantie. Functie uitschakelen. GEBRUIKSFUNCTIES VOOR HET TWEEDE VERWARMINGSCIRCUIT* Bedieningsmodus PARTY.
  • Pagina 19 STRUCTUUR EN BESCHRIJVING MENU Eenmalige inschakeling warmwaterverwarming. Functie uitschakelen. GEBRUIKERSFUNCTIES VOOR ENERGIEBRONNEN** Eenmalige inschakeling van de boiler voor vloeibare brandstof. Uitschakeling (blokkeren) van de boiler voor vlo- eibare brandstof. Opstart van boiler voor vaste brandstof. Functie uitschakelen. KEUZE BEDIENINGSMODUS WERKINGSMODUS VOOR HET EERSTE VERWARMINGSCIRCUIT Werkingsmodus volgens geselecteerd tijdprogramma.
  • Pagina 20 STRUCTUUR EN BESCHRIJVING MENU WERKINGSMODUS VOOR WARMWATERVERWARMING Warmwaterverwarming volgens het geselecteerde tijdprogramma. Permanente inschakeling warmwaterverwarming. Uitschakelen. SELECTIE VAN WERKINGSMODUS VERWARMING OF KOELING MANUELE WERKING VAN OUTPUTS UITSTOOTANALYSE TIJDPROGRAMMA‘S TIJDPROGRAMMA VOOR HET EERSTE VERWARMINGSCIRCUIT Het eerste tijdprogramma. Het tweede tijdprogramma. TIJDPROGRAMMA VOOR HET TWEEDE VERWARMINGSCIR- CUIT * Het eerste tijdprogramma.
  • Pagina 21 STRUCTUUR EN BESCHRIJVING MENU Gebruikerstaal. Datum en tijd. SCHERMINSTELLINGEN Duur van actieve schermverlichting en terugkeer naar hoofdmenu. Intensiteit van actieve schermverlichting. Intensiteit van stand-by schermverlichting. Contrast. GEGEVENSOVERZICHT Grafische weergave van dagtemperaturen voor de voorbije week. Gedetailleerde grafische weergave van temperaturen voor de huidige dag.
  • Pagina 22 STRUCTUUR EN BESCHRIJVING MENU Instellingen voor alternatieve energiebronnen. ONDERHOUDSPARAMETERS Algemene onderhoudsparameters. Onderhoudsparameters voor het eerste verwarmingscircuit. Onderhoudsparameters voor het tweede verwarmingscircuit. Onderhoudsparameters voor warmwater Onderhoudsparameters voor boilers. Onderhoudsinstellingen voor alternatieve energiebronnen. Onderhoudsinstellingen voor de warmtepomp. Service-instellingen FUNCTIE PARAMETERS Parameters voor het drogen van de vloer. FABRIEKSINSTELLINGEN Reset van regelparameters.
  • Pagina 23 TEMPERATUURINSTELLINGEN Het menu toont de beschikbare temperatuur door het gekozen hydraulische schema. Selecteer de temperatuur met knoppen . Een nieuw scherm met temperaturen zal geopend worden. Huidige waarde van Geselecteerde gevraagde temperatuur temperatuur (numeriek scherm) Laatst bevestigde waarde van instelling Grafische weergavevan Fabriekswaarde...
  • Pagina 24 GEBRUIKERSFUNCTIES Gebruiksfuncties bieden extra comfort en voordelen van het gebruik van de regelaar. De volgende gebruikersfuncties zijn nu beschikbaar in het menu: Eerste verwarmingscircuit Tweede verwarmingscircuit* Warmwater Energiebronnen ** * Functies zijn enkel beschikbaar voor schema’s met twee verwarmingscircuits. ** Functies zijn enkel beschikbaar voor schema’s met een boiler voor vloeibare brandstof en een voor vaste brandstof.
  • Pagina 25 GEBRUIKERSFUNCTIES BEDIENINGSMODUS VAKANTIE Functie VAKANTIE activeert de werking volgens de gevraagde ecologische temperatuur tot de geselecteerde datum. Selecteer de functie vakantie met knoppen , en activeer het met de knop . Om de vervaldatum en de gewenste temperatuur in te stellen, selecteert u opnieuw het pictogram.
  • Pagina 26 GEBRUIKERSFUNCTIES OPSTART VAN BOILER VOOR VASTE BRANDSTOF Deze functie schakelt de boiler voor vloeibare brandstof uit en wordt gebruikt wanneer we de boiler voor vaste brandstof willen opstarten. Als de boiler voor vaste brandstof niet de gewenste verwarmingstemperatuur bereikt binnen een bepaalde tijd, wordt de boiler voor vloeibare brandstof opnieuw geactiveerd.
  • Pagina 27 KEUZE BEDIENINGSMODUS In het menu kunt u de werkingsmodus voor ieder verwarmingscircuit, warmwaterver- warming en andere bedieningsmodi kiezen. De volgende bedieningsmodi zijn nu beschikbaar in het menu: EERSTE VERWARMINGSCIRCUIT TWEEDE VERWARMINGSCIRCUIT* WARMWATER MANUELE BEDIENING OVERSCHAKELING TUSSEN VERWARMING EN KOELING ANALYSE UITSTOOT * Het menu is enkel beschikbaar in schema’s met twee verwarmingscircuits.
  • Pagina 28 KEUZE BEDIENINGSMODUS MANUELE BEDIENINGSMODUS Deze bedieningsmodus wordt gebruikt voor het testen van het verwarmingscircuit of bij een defect. Elke bedieningsoutput kan manueel in- of uitgeschakeld worden of op automatische werking ingesteld worden. Navigeer tussen individuele outputs R1 tot R8 * met knoppen .
  • Pagina 29 INSTELLINGEN TIJDPROGRAMMA’S Voor elk verwarmingscircuit zijn er twee tijdprogramma’s beschikbaar. HET TIJDPROGRAMMA WIJZIGEN Selecteer het gewenste verwarmingscircuit en tijdprogramma met knoppen . Er zal een nieuw scherm verschijnen: Nummer tijdprogramma en verwarmingscircuit Geselecteerde dag Tijdlijn (weergave van tijdprogramma voor de geselecteerde dag). Tijdprogramma kopiëren Tijdprogramma bewerken Selecteer de dag die u wilt bewerken of kopiëren met knoppen...
  • Pagina 30 INSTELLINGEN TIJDPROGRAMMA’S TIJDPROGRAMMA KOPIËREN Een nieuw scherm verschijnt met de weergave van tijdprogramma voor de geselecteerde dag. Bovenaan in het scherm vindt u het veld voor de selectie van een dag of een aantal dagen waarnaar u uw tijdprogramma wilt kopiëren. Selecteer de dag of een aantal dagen met de knoppen .
  • Pagina 31 BASISINSTELLINGEN Dit menu is bedoeld voor de instelling van taal, tijd, datum en weergave. GEBRUIKERSTAAL Selecteer de gewenste gebruikerstaal met knoppen en bevestig door te drukken. Verlaat de instelling door op te drukken. TIJD EN DATUM De juiste tijd en datum wordt als volgt ingesteld: Navigeer door de individuele gegevens met knoppen .
  • Pagina 32 BASISINSTELLINGEN Selecteer en bevestig de gewenste instelling met de knoppen Grafisch Huidige instellingswaarde symbool (numeriek) Laatst bevestigde Waarde fab- instellingswaarde rieksinstelling Instellingsbereik Huidige instellingswaarde U kunt de instelling wijzigingen met knoppen bevestig door op drukken. Verlaat de instelling door op te drukken.
  • Pagina 33 GEGEVENSOVERZICHT De volgende pictogrammen om toegang te krijgen tot gegevens over de bediening van de regelaar zijn in het menu beschikbaar: GRAFISCHE WEERGAVE VAN DAGTEMPERATUREN VOOR DE VOORBIJE WEEK Grafische weergave van dagtemperatuur voor iedere sensor. Temperaturen worden opgeslagen voor de laatste werkingsweek. GEDETAILLEERDE GRAFISCHE WEERGAVE VAN TEMPERATUREN VOOR DE HUIDIGE DAG Gedetailleerde grafische temperatuurweergave van iedere sensor voor de...
  • Pagina 34 PARAMETERS REGELAAR Alle extra instellingen en aanpassingen van de bediening van de regelaar worden via parameters uitgevoerd. Gebruikers-, service- en functieparameters zijn beschikbaar. Ze zijn beschikbaar op het tweede menuscherm. In iedere groep kunnen enkel de parameters die in het geselecteerde hydraulische schema gebruikt worden, gezien worden.
  • Pagina 35 ALGEMENE INSTELLINGEN Gebruikersparameters zijn verdeeld in de volgende groepen: P1 - algemene instellingen, P2 - instellingen voor het eerste verwarmingscircuit, P3 - instellingen voor het tweede verwarmingscircuit P4 - instellingen voor warmwater, P5 - instellingen voor boilers, en P6 - instellingen voor alternatieve energiebronnen. Wanneer u de gewenste groep parameters in het menu selecteert, verschijnt een nieuw scherm: Huidige...
  • Pagina 36 ALGEMENE INSTELLINGEN ALGEMENE INSTELLINGEN Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden P1.1 AUT. OMSCHAKE- Automatische uitschakeling van de 0- NEE LING ZOMER/ verwarming, wanneer de gemiddel- 1- JA WINTER de dagtemperatuur hoger is dan de ingestelde omschakeltemp. P1.2 GEMIDDELDE Instelling van de gemiddelde 10 ÷...
  • Pagina 37 ALGEMENE INSTELLINGEN Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden P1.9 UITGEBREIDE Het geavanceerde scherm toont u 0- NEE WEERGAVE de gemeten en vereiste of berek- 1- JA VAN DE ende temperaturen terwijl u de TEMPERATUREN temperatuur checkt. P1.10 NIVEAU VORST- Met deze instelling bepalen we het 0 - GEEN BEVEILIGING...
  • Pagina 38 ALGEMENE INSTELLINGEN INSTELLINGEN VOOR HET EERSTE VERWARMINGS- CIRCUIT Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden P2.1 STEILHEID De helling van de 0,1 ÷ 2,6 0,5 - vloer VERWARMINGSCURVE warmtecurve toont de 1,0 - radia- vereiste temperatuur toren voor de verwarmingsele- menten door een bepaalde buitentemperatuur.
  • Pagina 39 ALGEMENE INSTELLINGEN INSTELLINGEN VOOR HET TWEEDE VERWARMINGS- CIRCUIT Para- Functie Omschrijving Instelmogeli- Waarde meter jkheden P3.1 STEILHEID De helling van de warmte- 0,1 ÷ 2,6 0,5 - vloer VERWARMINGSCURVE curve toont de vereiste 1,0 - radi- temperatuur voor de atoren verwarmingselementen door een bepaalde buitentemperatuur.
  • Pagina 40 ALGEMENE INSTELLINGEN INSTELLINGEN VOOR WARMWATER Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden P4.1 GEWENSTE TEM- Instelling van de gewenste 4 ÷ 70 °C PERATUUR VAN HET proceswatertemperatuur, wan- PROCESWATER BIJ neer het tijdprogramma voor HET UITSCHAKELEN de proceswaterverwarming is VAN HET TIJDPRO- uitgeschakeld (OFF).
  • Pagina 41 ALGEMENE INSTELLINGEN INSTELLINGEN VOOR BOILERS Para- Functie Omschrijving Instelmogeli- Waarde meter jkheden MINIMALE P5.1 Instelling van de minimale 1 ÷ 90 °C TEMPERATUUR temperatuur van de vloeibare VAN DE VLOEIBARE brandstofketel. BRANDSTOFKETEL P5.2 MINIMALE TEMPER- Instelling van de minimale 10 ÷ 90 °C ATUUR VAN DE VASTE temperatuur van de vloeibare BRANDSTOFKETEL...
  • Pagina 42 ONDERHOUDSPARAMETERS ONDERHOUDSPARAMETERS Onderhoudsparameters zijn verdeeld in de volgende groepen: S1 - algemene instellingen, S2 - instellingen voor het eerste verwarmingscircuit, S3 - instellingen voor het tweede verwarmingscircuit S4 - instellingen voor warmwater, S5 - instellingen voor boilers, S6 - instellingen voor alternatieve energiebronnen en S7 - instellingen voor de warmtepumpe.
  • Pagina 43 ONDERHOUDSPARAMETERS ALGEMENE ONDERHOUDSINSTELLINGEN Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S1.1 HYDRAULISCH Keuze van het gewenste Afhankelijk van het type SCHEMA hydraulische schema. regelaar S1.2 DEBLOKKEERCODE Het is mogelijk om de code te 0000 - 9999 0001 VOOR HET OPENEN wijzigen die noodzakelijk is om in het onderhoudsmenu te komen.
  • Pagina 44 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogeli- Waarde meter jkheden S1.4 SELECTIE 5- KF2, sensor van de vaste brandstofketel. 0- GEEN Activeert de ketel-verschilthermostaat. SENSOR Gebruik bij 4 of 5 als tweede sensor T8 en FUNCTIE 1- RF1 voor de aansturing van de circulatiepomp SENSOR T1 2- EF1 het relais R6.
  • Pagina 45 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogeli- Waarde meter jkheden S1.4 SELECTIE 12- AGFTK, rookgassensor voor ketel met 0- GEEN vaste brandstof. Regelaar blokkeert de SENSOR werking van de ketel met vloeibare brandstof FUNCTIE 1- RF1 als de rookgas de temperatuur overstijgt die SENSOR T1 2- EF1 met parameter S5.19 ingesteld is.
  • Pagina 46 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S1.5 SELECTIE 7 - BF3, sensor van de proceswatercirculatie. 0- GEEN De sensor wordt gepositioneerd aan het SENSOR FUNCTIE uiteinde van de proceswaterbuis. Wanneer 1 - RF2 SENSOR de regelaar een plotselinge temperatuurver- 2 - EF2 hoging registreert, dan wordt de proceswa- 3 - RLF2...
  • Pagina 47 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S1.6 DIGITALE Deze instelling bepaalt het functioneren van 0- GEEN INGANG de regelaar, wanneer er een kortsluiting FUNCTIE T1, T6, T8 ontstaat in ingang T1, T6 of T8. 1- AF- 0- Digitale ingang heeft geen functie. STAND- 1 –...
  • Pagina 48 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S1.7 ANTI-BLOKKEER- Wanneer langer dan een week 0- UIT geen relaisschakeling heeft plaats- FUNCTIE 1- AAN gevonden, schakelt de regelaar zich op vrijdag tussen 20.00 en 20:15 uur zelfstandig in. Circu- latiepompen draaien voor een tijdsduur van 60 sec, meng- en keerkleppen draaien 2 x 30 sec in beide richtingen.
  • Pagina 49 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmog- Waarde meter elijkheden S1.13 SENSORINSTELLING T1 Een afwijking van de weergegeven, -5 ÷ 5 ° C 0 gemeten temperatuurwaarde van de sensor T1, kan hier worden gecorrigeerd. S1.14 SENSORINSTELLING T2 Een afwijking van de weergegeven, -5 ÷...
  • Pagina 50 ONDERHOUDSPARAMETERS ONDERHOUDSINSTELLINGEN VOOR HET EERSTE VERWARMINGSCIRCUIT Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S2.1 INVLOED Instellen van de invloed van de 0,0 ÷ 3,0 AFWIJKING kamertemperatuurafwijking op de KAMERTEM- berekende aanvoertemperatuur. PERATUUR Lage waarde betekent een kleinere uitwerking en hogere waarde een grotere invloed op de regelaar.
  • Pagina 51 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S2.4 WERKING Instelling van de functie van de circu- 1- STAND. VAN DE CIR- latiepomp: 2- UIT CULATIEPOMP 1- Standaardwerking van de circulat- 3- TIJDPROG. iepomp 2- Uitschakelen van de pomp, wan- 4- TIJDPROG.
  • Pagina 52 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S2.10 D-CONSTANTE Het instellen van de invloed van de 0,0 ÷ 2,5 MENGKLEP aanvoertemperatuurverandering op het functioneren van de mengklepregelaar. S2.11 MAXIMALE Met deze instelling wordt de 10 ÷ 50 °C TEMPERATUUR maximaal geoorloofde temperatuur VAN DE VLOER van de vloer (bij vloerverwarming)
  • Pagina 53 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S2.15 CONSTANTE De keuze, of de regelaar met een 0 - NEE TEMPERATUUR constante aanvoertemperatuur dient 1 - JA VOORSTROOM te functioneren. Het instellingsbereik van de constante temperatuur is 10 ÷ 140 °C. VOORZICHTIG: door deze functie wordt de regelaar niet meer aangestuurd door de buitentemper- atuur.
  • Pagina 54 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S3.3 INVLOED KAM- Met deze instelling bepalen we de 0- NEE ER UNIT RCD invloed van de kamer unit RCD op 1- 1. K.U. de werking van het tweede ver- 2- 2. K.U. warmingscircuit.
  • Pagina 55 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S3.9 I-CONSTANTE Deze instelling bepaalt, hoe vaak de 0,4 ÷ 2,5 MENGKLEP regelaar de instelling van de menger corrigeert. Een lage waarde betekent een zelden, en een hoge waarde een frequente correctie van de positie van de menger.
  • Pagina 56 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S3.15 CONSTANTE De keuze, of de regelaar met een 0 - NEE TEMPERATUUR constante aanvoertemperatuur dient 1 - JA AANVOER- te werken. Het instelbereik van de con- STROOM stante temperatuur is 10 ÷ 140 °C. VOORZICHTIG: d.m.v.
  • Pagina 57 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S4.2 HYSTERESE VOOR Ingesteld wordt het temperatuur- 2 ÷ 20 °C PROCESWA- verschil tussen inschakel- en TERVERWARMING uitschakelpunt voor de verwarm- ing van het proceswater. S4.3 MAXIMALE Met deze instelling wordt de max- 50 ÷...
  • Pagina 58 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S4.8 MIN. PRO- Wanneer het mogelijk is om met een 1- 45 °C CESWATER- vaste brandstofketel of boiler het 2- 50 °C TEMP. BIJ proceswater tot de min. temperatuur 3- 55 °C VERWARMEN op te warmen, zal voor het gebruik 4- 60 °C...
  • Pagina 59 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S4.10 GEWENSTE Met deze instelling wordt de gewen- 50 ÷ 90 °C PROCESWA- ste temperatuur van het proceswater TERTEMPER- bij verwarming met zonnecollectoren ATUUR BIJ of vaste brandstofketel bepaald. VERWARMEN MET COLLEC- TOREN OF VASTE BRAND- STOFKETELS...
  • Pagina 60 ONDERHOUDSPARAMETERS ONDERHOUDSINSTELLINGEN VOOR BOILERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S5.1 MAXIMALE KET- Het instellen van de maximale 60 ÷ 160 °C ELTEMPERATUUR keteltemperatuur voor de vloeibare brandstofketel. S5.2 HYSTERESE Met deze instelling wordt de -1- UIT EN HET SOORT branderaansturing en Hysterese 0- AAN BRANDERFUNC-...
  • Pagina 61 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S5.6 KETELFUNCTIE Met deze instelling wordt ingesteld, 0- CONTINU MET MINIMALE wanneer de ketel op de minimaal 1- ALLEEN TEMPERATUUR ingesteld temperatuur dient te OVERDAG verwarmen. Functioneert alleen bij 2- NOOIT actief verwarmen. S5.7 UITSCHAKELEN Met deze instelling wordt de 0- NEE...
  • Pagina 62 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S5.13 MAXIMALE TEMP. Met deze instelling wordt de max- 60 ÷ 160 °C 90 VAN DE VASTE imaal toegestane temperatuur van BRANDSTOFKET- de vaste brandstofketel of boiler EL OF BOILER bepaald. Wordt de temperatuur over- schreden wordt de warmte afgevoerd en gebruikt voor de verwarming van het proceswater en het verwarm-...
  • Pagina 63 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S5.17 TEMP. VAN DE Bij de schema's #417 en #418 met 70 ÷ 350 °C 130 ROOKGASSEN combinatie ketels kan een sensor voor VOOR rookgassen voor een vaste brandst- OMSCHAKELING ofketel worden toegepast (S1.4=9). In NAAR EEN VASTE dat geval wordt er ook omgeschakeld BRANDSTOFKE-...
  • Pagina 64 ONDERHOUDSPARAMETERS ONDERHOUDSINSTELLINGEN VOOR ALTERNATIEVE ENERGIEBRONNEN Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S6.1 BEVEILIGING Met deze instelling wordt de 0- NEE VAN DE MAXI- maximale beveiligingstemperatuur 1- JA MALE TEMPER- van de zonnecollectoren of de vaste ATUUR VAN DE brandstofketel ingesteld. Wanneer COLLECTOREN de zonnecollectoren of de vaste OF VAN DE...
  • Pagina 65 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S6.6 WERKING VAN Met deze instelling wordt bepaald, -1 - GELIJKTI- DE VLOEIBARE of het verwarmen met de vloeibare JDIG BRANDSTOFKE- brandstofketel met de collectoren of 0 ÷ 600 MIN vaste brandstofketel gelijktijdig func- VERTR.
  • Pagina 66 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Waarde Instelmogelijkheden meter S6.10 WERKWI- Met deze instelling kiezen we de 0- AAN/UIT JZE POMP werkwijze van de pomp. 1- TPM 0- AAN/UIT betekent dat de pomp 2- PWM met het maximum aantal toeren 3- PWM, INVERT. draait 4- 0-10 V 1- TPM wijze wordt uitsluitend...
  • Pagina 67 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Waarde Instelmogelijkheden meter S6.12 TIJD VAN HET MAX- Wanneer aan de verschilb- 5 ÷ 300 s IMALE TOERENTAL epaling is voldaan, schakelt VAN DE POMP VOOR conform de tijdinstelling, de COLLECTOREN OF Solarpomp met maximaal DE VASTE BRANDST- vermogen in.
  • Pagina 68 ONDERHOUDSPARAMETERS ONDERHOUDSINSTELLINGEN VOOR DE WARMTEPOMP Para- Functie Omschrijving Instelmogelijkheden Waarde meter WARMTEPOMP- S7.1 Met deze instelling wordt bepaald 1- ON/OFF WERKINGSMO- of de warmtepomp wordt gestuurd 2- WEERS- door continue inschakeling of d.m.v. GESTUURD weersinvloeden. S7.2 WARMTEPOMP Hier wordt de maximale bedrijf- 40 ÷...
  • Pagina 69 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Waarde Instelmogelijkheden meter S7.6 WARMTEPOMP - Instelling van minimum -30 ÷ 20 °C MIN. buitentemperatuur voor BUITENTEMPER- systeem met warmtepomp ATUUR VOOR en andere warmtebron, EENWAARDIGE waarboven enkel de werk- WERKINGSMODUS ing van de warmtepomp toegelaten is. S7.7 WARMTEPOMP - Met deze instelling kunnen 0 ÷...
  • Pagina 70 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S7.11 Y2 – KUEZE 3- 0-10V BRONVERMOGEN 1- 0-10V WERKWIJZE De stuurspanning Y2 betekent het ge- TEMP. BRON wenste niveau van werkingsvermogen 2- 0-10V van de warmtebron. Directe invloed op TEMP. W.P. de berekening hebben nog de instel- warmtepomp lingen van de parameters S7.12, S7.13,...
  • Pagina 71 ONDERHOUDSPARAMETERS Para- Functie Omschrijving Instelmogelijk- Waarde meter heden S7.17 Y2 – BREEDTE Met de instelling bepalen we de 2,0 ÷ 20,0 °C 4 P ZONE BIJ breedte van het temperatuurbereik, REGULERING waarbinnen de regulering van het VAN HET vermogen van de warmtebron VERMOGEN plaatsvindt.
  • Pagina 72 PARAMETERS VOOR HET DROGEN VAN DE VLOER Groep F1 bevat de parameters voor de instelling van het drogen van vloeren. De procedure voor het instellen van functieparameters is dezelfde als de procedure voor onderhoudsinstellingen. TABEL MET BESCHRIJVINGEN VAN PARAMETERS Para- Functie Instelmogelijkheden Waarde...
  • Pagina 73 STANDAARDINSTELLINGEN Het menu bevat de opties om u te helpen de regelaar in te stellen. RESET VAN REGELAARPARAMETERS Reset alle parameterinstellingen P1, P2, P3, P4, P5, P6, S1 (behalve S1.1), S2, S3, S4, S5, S6 en F naar fabrieksinstellingen. RESET VAN TIJDPROGRAMMA’S Verwijdert het ingestelde tijdprogramma en keert terug naar het tijdpro- gramma dat in de fabriek ingesteld werd.
  • Pagina 74 BESCHRIJVING BASISWERKING BESCHRIJVING BASISWERKING MENGCIRCUIT VOOR VERWARMING TEMPERATUURBEREKENING STANDBUIS The upper limit of stand-pipe temperature calculation is set with maximum stand-pipe temperature - parameters S2.6 and S3.6, lower limit is set with minimum stand-pipe temperature - parameters S2.5 and S3.5. Parameters S2.1 and S3.1 are used to set the influence of room temperature deviation for the calculation of the stand-pipe temperature, and with the parameters P2.2 and P3.2 you can adjust the parallel shifting of the heating curve.
  • Pagina 75 BESCHRIJVING BASISWERKING WARMTEACCUMULATOR Als de temperatuur van de warmteaccumulator onder de minimum temperatuur van de warmteaccumulator valt (parameter S5.3), zal de mengkraan geleidelijk sluiten. Als de temperatuur van de warmteaccumulator de maximumtemperatuur van de warmteaccumulator overschrijdt (parameter S5.13), wordt de beveiliging voor oververhitting van de warmteaccumulator geactiveerd, waardoor de mengkraan geopend wordt tot de maximum standbuistemperatuur (parameters S2.6 en S3.6).
  • Pagina 76 BESCHRIJVING BASISWERKING WARMTECURVE Door de warmtecurve aan te passen, is de regelaar aangepast aan het gebouw. Juiste instelling van de warmtecurve is heel belangrijk voor een optimaal warmtebeheer. De steilheid van de warmtecurve toont aan welke temperatuur vereist is voor de verwarmingsapparaten door een bepaalde buitentemperatuur. De waarde van de steilheid hangt hoofdzakelijk af van het type verwarmingssysteem (vloer, muur, radiator, heteluchtverwarming) en de isolatie van het gebouw.
  • Pagina 77 BESCHRIJVING BASISWERKING DIAGRAM WARMTECURVE Buitentemperatuur [°C] Handleiding onderhoud instellingen...
  • Pagina 78 BESCHRIJVING BASISWERKING BOILER VOOR VLOEIBARE BRANDSTOF Voor de vereiste temperatuur van de boiler voor vloeibare brandstof, wordt de hoogste temperatuur uit onderstaande lijst genomen: - berekende eerste standbuistemperatuur, verhoogd voor de waarde van parameter S5.3, - berekende tweede standbuistemperatuur, verhoogd voor de waarde van parameter S5.4, - gewenste warmwatertemperatuur, verhoogd voor de waarde van parameter S5.5, - berekende boilertemperatuur van een extra direct verwarmingscircuit,...
  • Pagina 79 BESCHRIJVING BASISWERKING WARMTEPOMP De warmtepomp (WP) kan in twee modi werken, afhankelijk van de instelling van de S7.1 parameter: - S7.1 = 1 - WP schakelt altijd in als verwarming nodig is en staat altijd aan. Als de buitentemperatuur daalt tot onder de limiet van de buitentemperatuur, die ingesteld is met parameter S7.4, gaat de warmtepomp uit.
  • Pagina 80 BESCHRIJVING BASISWERKING POMP VOOR VERHOGING RETOURPIJPTEMPER- ATUUR (by-pass pomp) Deze optie is beschikbaar voor de klassieke boilers voor vloeibare brandstof en boilers voor vaste brandstof zonder verbinding met de warmteaccumulator. Output circu- latiepomp (R6 of R7) kan gebruikt worden om de by-pass pomp te bedienen om de retourtemperatuur van de boiler te verhogen.
  • Pagina 81 BESCHRIJVING BASISWERKING Warmwaterverwarming wordt onvoorwaardelijk uitgeschakeld als de warmwatertem- peratuur de maximumtemperatuur overschrijdt - parameter S4.5, of als de temperatuur van de zonnecollectoren de maximumtemperatuur overschrijdt - parameter S6.3. Wanneer het warmwater opgewarmd wordt met zonnecollectoren, kunt u de werkingsmodus van de boiler voor vloeibare brandstof instellen met parameter S6.6: S6.6=-1 gelijktijdige werking van beide warmtebronnen.
  • Pagina 82 BESCHRIJVING BASISWERKING WARMWATERCIRCULATIE De warmwater circulatiepomp werkt volgens het tijdprogramma voor de warmwater- circulatie - parameter 4.7. De pomp werkt met werkings- en stand-by intervallen die ingesteld worden met parameters P4.8 en P4.9. WARMWATERCIRCULATIE IN OUTPUT R5 Met parameterinstelling S4.1=5, kan de R5 output geprogrammeerd worden voor de activering van warmwatercirculatie met temperatuursensor.
  • Pagina 83 BESCHRIJVING BASISWERKING WERKING VAN VERWARMINGSSYSTEMEN MET TWEE WARMTEBRONNEN W20 regelaars vertonen automatische werking van verwarmingssystemen met twee warmtebronnen, bijvoorbeeld met boilers voor vaste en vloeibare brandstof. Systemen kunnen werken met of zonder een warmteaccumulator. De hydraulische verbinding van de twee warmtebronnen kunnen parallel of serieel zijn. In een parallelle verbinding kan enkel één warmtebron werken, in een seriële verbinding kunnen beide warmtebronnen gelijktijdig werken.
  • Pagina 84 BESCHRIJVING BASISWERKING Overschakeling van boiler voor vloeibare (A) naar vaste (B) brandstof of warmteac- cumulator Wanneer de temperatuur van warmtebron B de overgangstemperatuur PT (punt1) overschreden wordt, wordt warmtebron A uitgeschakeld. Overgangstemperatuur PT is de hoogste temperatuur van onderstaande temperaturen: - minimumtemperatuur van warmtebron B, verhoogd voor 10°C.
  • Pagina 85 BESCHRIJVING BASISWERKING SCHAKELING TUSSEN TWEE WARMTEBRONNEN: PARALLELLE VERBINDING Aanbevolen (standaard) instelling Optionele instelling S5.16=0 S5.16=1 SERIËLE VERBINDING Aanbevolen (standaard) instelling Optionele instelling S5.16=0 S5.16=1 LEGENDE: A - Boiler voor vloeibare brandstof B - boiler voor vaste brandstof of warmteaccumulator - stroom van de afsluitklep is open wanneer de aandrijving in basispositie staat. Handleiding onderhoud instellingen...
  • Pagina 86 BESCHRIJVING BASISWERKING VERSCHILSCHAKELAAR De W20-controller heeft een ingebouwde onafhankelijke differentiaalbesturing. Sommige hydraulische schema’s bevatten al de differentieelregelaar, terwijl in sommige de differentieelregelaar bovendien kan worden geactiveerd met de parameter S1.4. De functie van de differentieelregelaar is mogelijk in hydraulische schema’s waar de R6, T1 en T8 leeg zijn. VOORBEELD VAN GEBRUIK VAN DIFFERENTIEEL CONTROLLER ZONNE-COLLECTOREN...
  • Pagina 87 BESCHRIJVING BASISWERKING MINIMUM R6 POMPSNELHEID NIVEAU INSTELLEN Bij het opstarten van het systeem moet het minimale toerentalniveau worden bepaald, waarbij de R6-circulatiepomp het minimale debiet mogelijk maakt. Gebruik eerst de schakelaar om het hoogste of ten minste het bedrijfsvermogen van de mediumpomp in te stellen.
  • Pagina 88 BESCHRIJVING BASISWERKING BRONBESTURING MET DE Y2-ANALOOG OUTPUT De W.. regelaar maakt bronregeling mogelijk met het 0–10V-signaal op de Y2-analoge uitgang. Met de S7.11-parameter wordt de Y2-uitgangsbedieningsmodus geselecteerd en met de S7.12 tot S7.20-parameters kan de modus ook aan de bronvereisten worden aangepast. De warmtepompregeling wordt ook door de warmtepompparameters beïnvloed.
  • Pagina 89 BESCHRIJVING BASISWERKING WERKINGSMODI IN GEVAL VAN SLECHTE WERKING VAN SENSOREN Buitensensor is niet verbonden of heeft een fout In zo een geval werkt de regelaar als een P-regelaar volgens de afwijking van de kamertemperatuur. Als de kamertemperatuursensor ook defect is of niet aangesloten is, zal de regelaar een constante standbuistemperatuur behouden, nl: - 25°C hoger als de ingestelde dag- of nachttemperatuur;...
  • Pagina 90 BESCHRIJVING BASISWERKING MARKERING EN BESCHRIJVING VAN TEMPERATUURSENSOREN Temperatuursensoren die Pt1000-sensorelementen bevatten, zijn gemarkeerd met »XX / Pt«. TABEL: weerstand van Pt1000 temperatuursensoren Temp. Weerstand Temp. Weerstand Temp. Weerstand Temp. Weerstand [°C] [Ω] [°C] [Ω] [°C] [Ω] [°C] [Ω] 1136 1347 1555 1155 1366...
  • Pagina 91 INSTALLATIE REGELAAR De controller moet buiten in een droge ruimte worden geïnstalleerd. Vermijd onmid- dellijke nabijheid van bronnen van sterke elektromagnetische velden. De controller kan rechtstreeks op een muur of op een installatielat worden geïnstalleerd. MUURINSTALLATIE De W.. -controller wordt meestal in de stookruimte geïnstalleerd. De installatie op een muur wordt als volgt uitgevoerd: 1.
  • Pagina 92 Pt1000 230 V~ Tamb 0-40°C COM BUS 50 Hz T1 T2 T3 T5 T6 T7 T8 L’ X W10B FUSE T4A 1 (1) A, 230 V~ IP20 4 (1) A, 230 V~ Pt1000 230 V~ Tamb 0-40°C COM BUS 50 Hz...
  • Pagina 93 AANSLUITING VAN KABELS EN SENSOREN Voer de kabels in de regelaar door de opening aan de onderkant of door de onderkant van de regelaar. Sluit eerst alle nulgeleiders aan, daarna alle aardgeleiders en tenslotte de inlaatgeleider en alle relaisuitgangen van links naar rechts. Rangschik de kabels op de volgende manier: EERSTE DOORVOER - stroomvoorziening, relais R1, relais R2;...
  • Pagina 94 VERBINDING VAN TEMPERATUURSENSOREN DOMPELSENSOR Een dompelsensor moet geïnstalleerd worden in de dompelbuis in de boiler, warmteaccumulator, warmwatertank, zonnecollectoren of ergens anders. Controleer of er een goed contact is tussen de sensor en de buis. Maak de sensor vast met een klem of schroef. OPPERVLAKTESENSOR Installeer de oppervlaktesensor op de standbuis boven de by-pass pomp of achter de mengkraan.
  • Pagina 95 WARMWATERTANK GEBRUIK VAN TWEE SENSOREN De eerste sensor wordt halfweg de warmtewisselaar geplaatst, de twee in het bovenste derde deel van de verwarmer. In dit geval gebeurt de verwarming van het water volgens de bovenste sensor, het stoppen met verwarmen gebeurt via de onderste sensor.
  • Pagina 96 KAMERUNIT RCD W.. regelaars maken aansluiting van kamerunit, die de kamertemperatuur meet en de instelling van de gewenste dag- en nachttemperatuur mogelijk maakt, en de selectie van de werkingsmodus mogelijk. Er kunnen tot twee kamerunits op een enkele regelaar aangesloten worden. INVLOED VAN DE KAMERUNIT RCD Om de invloed van de kamerunit ingesteld RCD de parameter S2.3 moet worden ingesteld voor het circuit 1 en parameter S3.3 voor de circuit 2.
  • Pagina 97 HET SYSTEEM OP MEERDERE VERWARMINGSCIRCUITS UITBREIDEN BUS-VERBINDING MET W.. REGELAARS: Met een BUS-verbinding kan men een willekeurig aantal W.. regelaars aansluiten. De eerste van de hoofdregelaars regelt feitelijk de warmtebronnen, terwijl de andere (slave) regelaars alleen de verwarmingscircuits regelen. Belangrijk: Temperatuursensoren voor buiten en voor de boiler moeten altijd op de hoofdregelaar worden aangesloten.
  • Pagina 98 HET SYSTEEM OP MEERDERE VERWARMINGSCIRCUITS UITBREIDEN BUS-AANSLUITING VAN W.. EN AHC40 REGELAARS: Met een BUS-verbinding kan men de W.. regelaar en een willekeurig aantal AHC40 regelaars verbinden. De eerste of hoofdregelaar is altijd de W.. regelaar, die de warm- tebronnen feitelijk regelt, terwijl de AHC40 regelaars de verwarmingcircuits regelen. отопления.
  • Pagina 99 VERBINDING VAN REGELAAR MET INTERNET CLOUD SERVICE HEATNEXT De communicatiemodule GWD3 wordt gebruikt voor toegang op afstand tot de HeatNext verwarming regelaars via een internetverbinding met de HeatNext-applicatie. De GWD3 is via een bekabelde verbinding met de verwarmingsregelaar verbonden. De GWD3 maakt verbinding met het Internet via een Wi-Fi-router (router), waardoor het met de service van de HeatNext-cloud communiceert.
  • Pagina 100 INSTALLATIE EN AANSLUITING VAN VT VEILIGHEIDSBEGRENZER Bij vloer- of muurverwarming moet een VT veiligheidsbegren- zer aangesloten worden. Gebruik een (capillaire) wandbuis, oppervlak of een dompelthermostaat met een schakelcontact. Installeer het boven de standbuissensor. Stel de maximum toegestane standbuistemperatuur voor vloerverwarming in (gewoonlijk tussen 40°C en 60°C) of de temperatuur die ten minste 5°C hoger is als de ingestelde maximum toegestane standbuistemperatuur in de regelaar - parameters 2.6 en S3.6.
  • Pagina 101 DEFECT EN ONDERHOUD REGELAAR Wanneer de regelaar defect of beschadigd is, mag enkel de module naar de onder- houdsdienst gestuurd worden. De basis moet geïnstalleerd blijven zonder de kabel te ontkoppelen. Afbeelding 1 Afbeelding 2 Draai eerst de schroef (A) los en verwijder het deksel (B). Draai vervolgens de bevestigingsschroef (C) los.
  • Pagina 102 TECHNISCHE GEGEVENS TECHNISCHE KENMERKEN - CONTROLLER Afmetingen ........................113 x 163 x 48 mm Gewicht regelaar ............................391 g Materiaal ........................ASA - термопласт Voeding ..........................230 V ~ , 50 Hz Eigen verbruik ............................5 VA Dwarsdoorsnede kabel ....................0.75 tot 1.5 mm Beveiliging ......................IP20 conform EN 60529 Beveiligingsklasse ....................
  • Pagina 103 OUDE ELEKTRISCHE EN ELEKTRONI- SCHE APPARATEN AFDANKEN Oude elektrische en elektronische apparaten afdanken (van toepassing op de lidstaten van de Europese Unie en andere Europese landen met een gescheiden huisvuilophaling). Dit symbool op het product of de verpakking ervan toont aan dat het niet als huishoudelijk afval weggegooid mag worden: Het product moet naar inzamelpunten voor afgedankte elektrische en elektronis- che apparatuur (AEEA) gebracht worden.
  • Pagina 104 LET OP: De installatieschema’s hebben betrekking op het bedrijfsprincipe en beschikken niet over alle hulp– en/of veiligheidselementen. Tijdens de montage de geldende voorschriften in acht nemen! Schema 401 (W10B, W10, W20) - Olieketel, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 2 GND 23 24...
  • Pagina 105 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 401c (W10B, W10, W20) - Boiler voor vaste brandstof, mengcircuit, 401c warmwatertank. 2 GND 28 N R3(+) R4(-) Schema 401d (W10B, W10, W20) - Zonder boilersysteem - warmwatertank. 401d 2 GND 28 N R3(+) R4(-) Hydraulische schema's...
  • Pagina 106 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 401e (W10B, W10, W20) - Uitbreiding van het schema - mengcircuit, warm- 401e watertank. 28 N R3(+) R4(-) Schema 402 (W10B, W10, W20) - Olieketel, direct circuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 28 N Hydraulische schema's...
  • Pagina 107 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 403 (W10B, W10, W20) - Olieketel, direct circuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 25 N Schema 404 (W10, W20) - Olieketel, mengcircuit, warmwatertank, zonnecollectoren. 1 GND 2 GND 23 24 28 N R3(+) R4(-) 29 N R6 / Y1...
  • Pagina 108 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 404b (W10, W20) - Warmeteaccumulator, mengcircuit, warmwatertank, 404b zonnecollectoren. 1 GND 2 GND 28 N R3(+) R4(-) 29 N R6 / Y1 Schema 404c (W10, W20) - Boiler voor vaste brandstof, mengcircuit, warmwater- tank, zonnecollectoren. 404c 1 GND 2 GND 28 N R3(+)
  • Pagina 109 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 404d (W10, W20) - Warmeteaccumulator met geïntegreerde warmwa- 404d tertank, mengcircuit, zonnecollectoren. 1 GND 2 GND 5 GND R3(+) 3 GND R4(-) 29 N R6 / Y1 6 GND Schema 404e (W10, W20) - Warmeteaccumulator met geïntegreerde warmwa- 404e tertank, mengcircuit, zonnecollectoren.
  • Pagina 110 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 404f (W10, W20) - Uitbreiding van het schema - mengcircuit, warmwater- 404f tank. 1 GND 28 N R3(+) R4(-) 29 N R6 / Y1 Schema 405 (W10, W20) - Olieketel, direct circuit, warmwatertank, zonnecollector- 1 GND 2 GND 23 24 28 N 29 N...
  • Pagina 111 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 406 (W10, W20) - Olieketel, direct circuit, warmwatertank, zonnecollector- 1 GND 2 GND 23 24 25 N 29 N R6 / Y1 Schema 407 (W10, W20) - Olieketel, mengcircuit, direct circuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 28 N R3(+) R4(-) Hydraulische schema's...
  • Pagina 112 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 407b (W10, W20) - Olieketel, direct circuit, warmwatertank, zonnecollectoren. 2 GND 23 24 28 N R3(+) R4(-) Schema 408 (W20) - Boiler voor vaste brandstof, olieketel, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 6 GND 3 GND 28 N R3(+) R4(-) R8(+)
  • Pagina 113 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 408b (W20) - Boiler voor vaste brandstof, gasboiler, mengcircuit, 408b warmwatertank 2 GND 23 24 3 GND 6 GND 28 N R3(+) R8(+) R4(-) Schema 409 (W20) - Warmeteaccumulator, olieketel, mengcircuit, 1warmwatertank. 2 GND 6 GND 23 24 3 GND 28 N R3(+)
  • Pagina 114 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 409b (W20) - Warmeteaccumulator, gasboiler, mengcircuit, 409b warmwatertank. 2 GND 23 24 6 GND 3 GND 28 N R3(+) R8(+) R4(-) Schema 410 (W20) - Warmeteaccumulator, olieketel, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 6 GND 23 24 3 GND 28 N R3(+) R4(-)
  • Pagina 115 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 410b (W20) - Warmeteaccumulator, gasboiler, mengcircuit, warmwatertank. 410b 2 GND 23 24 6 GND 3 GND 28 N R3(+) R4(-) R8(+) Schema 410c (W20) - Warmeteaccumulator met geïntegreerde warmwatertank, olieketel, mengcircuit. 410c 2 GND 5 GND 23 24 3 GND R3(+) R4(-)
  • Pagina 116 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 411 (W20) - Warmeteaccumulator, olieketel, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 6 GND 23 24 3 GND 28 N R3(+) R4(-) R8(+) Schema 412 (W20) - Pelletboiler, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 3 GND 28 N R3(+) R4(-) 25 N Hydraulische schema's...
  • Pagina 117 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 413 (W20) - Combinatie (vaste brandstof / olie) boiler, mengcircuit, warm- watertank. 2 GND 23 24 28 N R3(+) R4(-) Schema 414 (W20) - Combinatie (vaste brandstof / olie) boiler, warmteaccumulator, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 6 GND 23 24 1 GND 28 N...
  • Pagina 118 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 414b (W20) - Boiler voor vaste brandstof, warmteaccumulator, mengcircuit, warmwatertank. 414b 2 GND 6 GND 3 GND 28 N R3(+) R4(-) 29 N R7(+) R8(-) Schema 415 (W20) - Combinatie (vaste brandstof / olie) boiler, warmteaccumulator met geïntegreerde warmwatertank, mengcircuit. 2 GND 5 GND 23 24...
  • Pagina 119 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 415b (W20) - Boiler voor vaste brandstof, warmteaccumulator, mengcircuit, 415b warmwatertank. 2 GND 5 GND 3 GND 6 GND 1 GND R3(+) R4(-) 29 N R7(+) R8(-) Schema 415c (W20) - Olieketel, boiler voor vaste brandstof, warmteaccumulator 415c met geïntegreerde warmwatertank, mengcircuit.
  • Pagina 120 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 416 (W20) - Olieketel, warmteaccumulator, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 R3(+) 31 N 28 N R4(-) Schema 416b (W20) - Gasboiler, warmteaccumulator met geïntegreerde 416b warmwatertank, mengcircuit. 23 24 2 GND 3 GND R3(+) R4(-) Hydraulische schema's...
  • Pagina 121 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 416c (W20) - Olieketel, warmteaccumulator met geïntegreerde 416c warmwatertank, mengcircuit. 2 GND 23 24 R3(+) R4(-) 31 N 6 GND Schema 417 (W20) - Combinatie (vaste brandstof / olie) boiler, mengcircuit, warm- watertank. 2 GND 23 24 3 GND R3(+) 28 N...
  • Pagina 122 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 418 (W20) - Combinatie (vaste brandstof / olie) boiler, mengcircuit, warm- watertank. 2 GND 23 24 3 GND 28 N R3(+) R4(-) Schema 419 (W20) - Warmtepomp, direct circuit, warmwatertank. 2 GND 31 N 3 GND 25 N Hydraulische schema's...
  • Pagina 123 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 420 (W20) - Warmtepomp met elektrische verwarming, direct circuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 31 N 3 GND 25 N Schema 421 (W20) - Olieketel, warmteaccumulator, mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 6 GND 23 24 3 GND 28 N R3(+) R4(-) Hydraulische schema's...
  • Pagina 124 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 422 (W20) - Warmtepomp, warmteaccumulator met geïntegreerde warm- watertank, mengcircuit. 2 GND R3(+) R4(-) 3 GND Schema 422b (W20) - Warmtepomp, olieketel met geïntegreerde warmwatertank, mengcircuit. 422b 2 GND 5 GND 28 N 23 24 3 GND R3(+) R4(-) Hydraulische schema's...
  • Pagina 125 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 422c (W20) - Warmtepomp, warmteaccumulator, mengcircuit, 422c warmwatertank. 2 GND 23 24 3 GND 6 GND R3(+) 28 N R4(-) Schema 422d (W20) - Warmtepomp, olieketel met geïntegreerde warmwatertank, mengcircuit. 422d 2 GND 23 24 3 GND 2228 5 GND R3(+)
  • Pagina 126 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 423 (W20) - Olieketel, 2x mengcircuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 28 N R3(+) R7(+) R4(-) R8(-) Schema 423b (W20) - Olieketel, warmteaccumulator met geïntegreerde warmwatertank, 2x mengcircuit. 423b 2 GND 28 N 23 24 3 GND R3(+) R7(+) R4(-)
  • Pagina 127 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 423c (W20) - Gasboiler, warmteaccumulator met geïntegreerde 423c warmwatertank, 2x mengcircuit. 2 GND 23 24 5 GND 3 GND R3(+) R7(+) R4(-) R8(-) 1 GND Schema 423d (W20) - Uitbreidingsschema - warmteaccumulator met geïntegreerde warmwatertank, 2x mengcircuit. 423d 2 GND R3(+)
  • Pagina 128 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 423e (W20) - Warmteaccumulator, 2x mengcircuit, warmwatertank. 423e 6 GND 2 GND 3 GND 28 N R3(+) R7(+) R4(-) R8(-) Schema 423f (W20) - Boiler voor vaste brandstof, 2x mengcircuit, 423f warmwatertank. 6 GND 2 GND 3 GND 28 N R3(+) R7(+)
  • Pagina 129 HYDRAULISCHE SCHEMA’S Schema 423g (W20) - Vrijstaande boiler (voor vaste brandstof / olie), 2x mengcir- 423g cuit, warmwatertank. 2 GND 23 24 28 N R3(+) R7(+) R4(-) R8(-) Schema 423h (W20) - Uitbreidingsschema, 2x mengcircuit, warmwatertank. 423h 6 GND 28 N R3(+) R7(+) R4(-)
  • Pagina 130 OPMERKINGEN...
  • Pagina 132 01MC060683 © 2020 Wij behouden ons het recht voor veranderingen en verbeteringen zonder voorafgaande kennisgeving.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

W10W20