Inhoudsopgave
Advertenties
Watson-Marlow 620DiN, 620Di Handleiding
Meet de afgegeven hoeveelheid vloeistof. Op de display verschijnt nu de berekende
dosis, gebaseerd op eerdere kalibratiegegevens. Gebruik de numerieke toetsen
zodat deze waarde overeenkomt met het gemeten volume. Druk op ENTER. Op de
display verschijnen kort de nieuwe pompkop-, slang- en debietsinstellingen, en het
hoofdmenu verschijnt weer. Zie de afbeelding voor voorbeelden.
Opm.: Als de pomp zo is ingesteld dat het debiet in eenheden van massa wordt
weergegeven (zie 18.8 Debietseenheden), zoals in dit voorbeeld, dan verschijnt er een
scherm waarop u het soortelijk gewicht van de verpompte vloeistof kunt bevestigen,
voordat u ten slotte op ENTER drukt.
Opm.: Kalibreer de pomp altijd nadat de pompslangen, vloeistof of aansluitleidingen zijn
vervangen. Het verdient ook aanbeveling de pomp regelmatig te herkalibreren om de
nauwkeurigheid te behouden.
Recalibrate
Na op STOP te hebben gedrukt terwijl de pomp in bedrijf is, de UP- en DOWN-
toetsen gebruiken om Recalibrate te kiezen en op ENTER drukken om uw keuze te
bevestigen.
Een andere mogelijkheid...
Druk op SHIFT, 8 (CAL) tijdens een afgifte-procedure om tegelijkertijd opnieuw te
kalibreren.
Opm.: Indien op SHIFT, 8 (CAL) wordt gedrukt terwijl dosering is gestopt of
gepauzeerd, dan kan volledige kalibratie worden uitgevoerd.
Het huidige doseringsvolume wordt weergegeven. Voer een nieuwe waarde in met
behulp van de numerieke toetsen en druk op ENTER.
Indien het gewenste doseringsvolume binnen 25% van het vorige volume valt, dan
accepteert de pomp het nieuwe volume en geeft vier opties te zien: Unpause,
Restart, Recalibrate en Exit. Gebruik de UP- of DOWN-toets om een keuze te
maken en druk op ENTER om uw keuze te bevestigen. Indien de procedure
opnieuw kalibreren werd ingegaan door op SHIFT, 8 (CAL) te drukken terwijl een
dosis werd afgegeven, dan toont de pomp opnieuw het huidige scherm, en gaat
door met afgifte zonder op een ander commando te wachten. De nieuwe
kalibratie wordt toegepast wanneer de eerstvolgende complete dosis wordt gestart.
Wanneer een computer is aangesloten op de pomp (alleen 620Di), wordt een
statusbericht afgegeven. Zie de afbeelding voor een voorbeeld:
Pump address 16
Program name PROG1
Doses completed 521
Date 25.10.05
Time 16:59:00
Flow calibration 6.830 ml/rev
Recalibrated
Indien het gewenste doseringsvolume meer dan 25% hoger of lager is dan het
vorige volume, dan wordt er kort een waarschuwingsbericht getoond en wordt de
gebruiker verzocht een nieuwe waarde in te voeren.
Opm.: Na het kiezen van Recalibrate en bevestiging van de keuze door op ENTER te
drukken, of op SHIFT, 8 (CAL) terwijl een dosis wordt afgegeven, kan de gebruiker de
pomp opnieuw primen vóór kalibratie door op SHIFT, 4 (MAX) te drukken (indien
Always enabled werd gekozen tijdens intelling van de pomp – zie Instellen).
Pompadres 16
Naam van het programma PROG1
Afgegeven dosissen 521
Datum 25.10.05
Tijd 16:59:00.
Debietskalibratie 6.830 ml/omw.
Opnieuw gekalibreerd
51
Advertenties
Inhoudsopgave
