17.1 Apparaten weergeven
De apparaten van het actieve project kunnen naar keuze voor het gehele gebouw of voor afzon-
derlijke etages of ruimtes worden weergegeven.
Werkwijze:
o
Tabblad Apparaten kiezen.
o
Element van de gebouwstructuur kiezen, bijv. gang.
o
Evt. filter activeren, bijv. alle aktoren.
De apparaten in dit element van de gebouwstructuur worden weergegeven.
i De gebouwstructuur kan met de pijltoetsen omhoog en omlaag worden verplaatst.
Met de knop op de apparaattegel kan worden genavigeerd naar de schema's op de tabbladen
Verbindingen en Scenario's, waarmee de kanalen verbonden zijn.
i De installatieplaats van het apparaat kan via het tekstveld van de installatieplaats worden
gewijzigd. Door de keuze van de installatieplaats wordt de gebouwstructuur geopend. Er
kan een ruimte worden gekozen en het apparaat kan in de ruimte worden verschoven.
17.2 Verbindingen weergeven
De schema's van de verbindingen kunnen naar keuze voor het gehele gebouw of voor afzon-
derlijke etages of ruimtes worden weergegeven.
Werkwijze:
o
Tabblad Verbindingen kiezen.
o
Element van de gebouwstructuur kiezen, bijv. gang.
o
Evt. filter activeren, bijv. alle aktoren.
i De gebouwstructuur kan met de pijltoetsen omhoog en omlaag worden verplaatst.
De schema's van de verbindingen in dit element van de gebouwstructuur worden als lijst
weergegeven.
i Met de pijltoetsen kan naar de schema's worden genavigeerd.
17.3 Scenario's weergeven
De scenario's van het actieve project kunnen naar keuze voor het gehele gebouw of voor afzon-
derlijke etages of ruimtes worden weergegeven.
Werkwijze:
o
Tabblad Scenario's kiezen.
o
Element van de gebouwstructuur kiezen, bijv. gang.
o
Evt. filter activeren, bijv. alle aktoren.
i De gebouwstructuur kan met de pijltoetsen omhoog en omlaag worden verplaatst.
De scenario's in dit element van de gebouwstructuur worden weergegeven.
i Met de pijltoetsen kan naar de scenario's worden genavigeerd.
17.4 Apparaat lokaliseren
Met de functie Apparaat lokaliseren kan een apparaat in de installatie aan het geprojecteerde
apparaat worden toegewezen. Het is mogelijk een apparaat in de projectering en in de installa-
tie te identificeren.
17.4.1 Apparaat in de installatie op het projecteringsscherm lokaliseren
Werkwijze:
o
Kies de knop Apparaat lokaliseren (afbeelding 66).
Het venster Apparaat lokalisering verschijnt waarin wordt verzocht om bediening van het
apparaat.
Best. nr. 5301 00
Overzicht
Pagina 92 van 142