Afbeelding 51: Signaalkwaliteit van de verbindingen is voldoende (voorbeeld)
o
Om de signaalkwaliteit tussen kanalen te meten, het symbool ď van het kanaal kiezen
dat als meetontvanger moet dienen.
Het gekozen kanaal wordt door het symbool Ē benadrukt. Er wordt aangegeven hoe
goed signalen van andere apparaten worden ontvangen. De verbindingen worden volgens
het stoplichtprincipe gekenmerkt.
In het volgende voorbeeld wordt het signaal op het actorkanaal geanalyseerd en de ontvangst
van beide zenders gecontroleerd. De signaalsterkte van de onderste zender is goed, die van de
bovenste zender voldoende (afbeelding 52).
Afbeelding 52: Meting van de ontvangstkwaliteit van twee zenders (voorbeeld)
o
Beëindig de meetmodus door op de knop ĵ te klikken.
i Een onvoldoende verbinding kan worden verbeterd door een repeater toe te voegen. In het
keuzevenster kunnen met het filter Repeater de apparaten met repeaterfunctie worden
weergegeven. De repeaterfunctie moet in de apparaatinstellingen worden geactiveerd.
Omdat er door het gebruik van repeaters storingen bij de telegramverzending kunnen ont-
staan, dienen slechts max. twee repeaters te worden gebruikt.
Om de gevolgen van uitgevoerde veranderingen in de installatie direct te controleren, kan de
meting worden herhaald.
o
Op de knop į klikken, om de meting te herhalen.
Best. nr. 5301 00
Tabblad Verbindingen
Pagina 70 van 142